Slechts tien dagen scheiden mij van een tiende marathonverhaal. Dat voelt dicht genoeg om er echt naar uit te kunnen kijken en ver genoeg om de laatste puntjes op de i te zetten. Ik ben nu dus aan het taperen als een bezetene. Concreet betekent dit dat mijn activiteitengehalte duchtig wordt teruggeschroefd. De focus ligt op ontspanning. Vorige week legde ik nog heel wat loop-, maar vooral fietskilometers af zodat ik ook lichamelijk zou voelen dat rustiger aan doen nu wel echt een meerwaarde is. Rusten op bevel is namelijk niet mijn sterkste kant. Op professioneel vlak doe ik het deze laatste schoolweek voor de paasvakantie allesbehalve kalmer aan, aangezien er heel wat alternatieve activiteiten op het schoolprogramma staan die de nodige voorbereiding vragen. Die afleiding is echter ook van harte welkom. Vanaf morgen is het alle hens aan dek om een kordaat punt op die i te zetten en de inner luilak in mezelf aan te spreken, zodat ik als een ontspannen mens op de trein richting Parijs kan stappen.
In januari had ik dus een strak plan: zo goed voorbereid en fit mogelijk aan de start staan in Parijs. Ik bekende recent dat Plan Parijs moeilijk vorm kreeg in mijn hoofd. Wat is een goede voorbereiding in cijfers? Iets met theorie versus praktijk. Ik heb doorgaans geen problemen om me volop in een project te smijten, maar ik vergeet wel eens dat een dag ook voor mij slechts 24 uur telt en dat lopen mijn werk niet is. De angst voor een blessure hing soms als een zwaard van Damocles boven mijn hoofd. Om me niet te vergalopperen – letterlijk en figuurlijk – hield ik me dus bij twijfel een beetje in. Bijgevolg deed ik minder interval- en tempotrainingen dan ik zou willen. Zo leek het me bijvoorbeeld verstandig om niet als een gek door een besneeuwd bos te sjezen met vermoeide benen. Slim, maar ook saai. Toen ik in de krokusvakantie ook nog eens bijzonder weinig op de fiets kon zitten, kwam de twijfel als een gevaarlijke tijger om de hoek loeren. Ik hoef jullie niet uit te leggen dat mijn zelfvertrouwen soms ver zoek was met dat zwaard boven mijn hoofd en de twijfeltijger die ik recht in de ogen keek.
Op de tonen van Hoziers No Plan – there’s no plan, there’s no race to run – besefte ik plots dat ik zo hard wel een plan had. Sterker nog: ik besef nu dat ik zelf de sleutel in handen heb om dat plan ook waar te maken. Deze marathonloper mankte een jaar geleden met een kruk. Ik sleepte bovendien de scherven van mijn stukgeslagen marathondroom als een pijnlijke last achter me aan. Een nieuwe droom werd als een klein wolkje geboren toen ik me inschreef voor de marathon van Parijs editie 2019. Eind april 2018 was ik in Parijs op schoolreis. Tijdens een boottocht over de Seine (aanrader!) zat ik wat te mijmeren. Ik miste Roos die me zo goed hielp met alles (ik ben geen gemakkelijke patiënt) en mijn maatje An, die niet mee kon naar Parijs. Mijn geblesseerde been worstelde met de vele stapkilometers en drukte me met de neus op de feiten. Ik stuurde Roos een sms: Volgend jaar marathon Parijs. Ik ga zo hard genieten. Et voila: eigenlijk was mijn Plan Parijs daar geboren. Ik schudde mezelf afgelopen zondag na een geslaagde Brussels 10 Miles eens goed door elkaar en realiseerde me dat ik over twee weken weer een marathon mag en kan lopen in mijn geliefde stad in het bijzijn van mijn familie. Een scherpe tijd is leuk, maar mag niet het doel van deze missie zijn. Er is zo ontelbaar veel om naar uit te kijken in Parijs.

Ben ik dan helemaal niet zenuwachtig? Natuurlijk wel! Er zijn momenten dat ik de twijfeltijger aai als was hij een schattige kitten, maar even goed verschiet ik me een ongeluk als hij geeuwt en ik zijn scherpe tanden zie. Ik probeer om die spanning te omarmen als een positieve stimulans: een teken dat ik er klaar voor ben en dat het mag gaan gebeuren. Het zou immers vreemd zijn als toeleven naar een marathon mij onberoerd zou laten. Ik denk ook aan mijn mama wiens rikketik ongetwijfeld al ongeziene pieken heeft bereikt bij alleen nog maar de gedachte aan het Bois de Boulogne en hoe zij daar tijdig zal geraken. Naast luieren heb ik de komende week ook nog enkele voorbereidingen te treffen. Het verschil met toen is dat ik al naar de kapper ging en dat ik niet met een schoenendilemma zit. Ik zal de marathon van Parijs lopen in blauwe Nike Zoom Fly’s die ik met enige zin voor dramatiek een jaar geleden huilend uit de verpakking haalde omdat ik er geen voorjaarsmarathon in 2018 mee zou lopen. Ik liep ze al eens warm tijdens mijn langste duurloop in gezelschap van Roos. Volgende week ga ik nog eens langs de kinesitherapeut voor een algemene check-up en wie weet wordt ook mijn Flat White uitzet weer wat groter. Paris, j’arrive!
En ik ga zo hard mee genieten!
LikeLike
Zeker als we de nacht voor de marathon geen oog dicht doen en de wekker om 5u gaat 🙂
LikeLike