Het jaar eindigt in mineur. Vandaag namen wij afscheid van Oma die onverwacht overleed op kerstdag. Begin deze maand werd ze 90 jaar. Een prachtige leeftijd voor een ijzersterke vrouw. Ze is gestorven zoals ze het zelf gewild zou hebben: plots, thuis, zonder af te zien. Dat biedt troost, maar neemt het ongemakkelijke gevoel niet weg dat haar leven nog niet af was. Ze is er ineens niet meer en dat klopt niet. Net zoals de trui die ze voor Marike aan het breien was: bijna klaar, maar nog niet helemaal. Of mijn kerstkaart die wel op de post ging, maar niet meer geopend kan worden door haar handen. Misschien is het ook typisch Oma om ons te snel af te zijn. 90 worden, een feest plannen en dan het licht dat uitgaat. Na de tranen denk ik met een grote glimlach en vol trots aan alles wat Oma voor mij betekent en de talloze herinneringen die ze nalaat.
Een grootouder die sterft dat is voor een stuk ook afscheid nemen van je kindertijd. De jaren negentig zijn één brok nostalgie. Zo leerde Oma ons met de kaarten spelen en later kruiswoordraadsels maken. Ik leerde dat Eire Ierland is. Ik leerde dat jeirebezen aardbeien zijn en een peerrips een wesp. Seppe en ik verslonden de Jommekes strips die Oma voor de kleinkinderen kocht. We wisten allemaal waar de glazen snoeppot met fruittella’s stond. Oma nam ons in de zomer mee naar de speeltuin. Alles was goed als zij maar in de schaduw kon zitten. Ik herinner me ook hoe Oma en Opa toe leefden naar het huwelijk van onze Mark. Oma en ik knipten maanden van tevoren confetti uit gebruikte chocoladewikkels. Als ze op reis gingen, namen ze altijd chocolade mee voor de kleinkinderen. Ik koester nog steeds de authentieke matroesjka die ik kreeg omdat ik voor hun kat had gezorgd toen zij in Rusland waren. Toen ik op de middelbare school zat, ging ik tijdens de examens ’s middags bij Oma en Opa eten. Oma’s kost: dat was oerklassiek, maar altijd lekker omdat het van Oma was.
Oma en Opa werden ouder, ik ook. Als ik bij hen langsging, was er altijd genoeg om over te praten. Wat er zoal op tv kwam bijvoorbeeld. Nieuws van de andere familieleden. Het vreemde gedrag van hun kat Jappe. Occasioneel een roddeltje dat in de Story stond die ze bij de kapper las. Oma kreeg een klap toen Opa vijf jaar geleden stierf. Ze waren ruim zestig jaar getrouwd, maar sterk als ze was, ging ze alleen verder. Ze verliet het huis dat ze met Opa had gebouwd om in de tuin van onze Mark te gaan wonen. Een nieuwe start als 87-jarige: niet iedereen kan dat. Koken beperkte Oma echter tot een minimum. Ze bakte wel nog af en toe frieten voor zichzelf en verving maaltijden al eens door een stuk taart. Ah ja, want een stuk fruittaart is toch hetzelfde als een boterham met confituur? Haar plan trekken en leven, dat was Oma ten voeten uit.
De laatste jaren ging ik te weinig naar Oma. Dat was niet erg, want Oma was altijd gewoon blij als ik kwam. Vol bewondering aanschouwde ze de kledingstukken en tassen die ik naaide en zelfs de sjaals die ik breide. Ons Joke, dat is nogal nen artiest, zei ze dan tegen al wie het wilde horen. Ik kon geen groter compliment krijgen aangezien zij dé handwerk-expert was. Oma was ook een trouwe volger van het wielrennen. Al in mijn vroegste herinneringen was ze fan van Tony Rominger, een Zwitser: daar gingen ze ook op vakantie. Hij won helaas nooit de Tour. Uiteraard volgde ze ook Seppes sportieve prestaties nauwgezet op. Als zijn naam nog maar in de krant stond, ging ze al blinken van fierheid. Je moest als kleinkind niet in de krant staan om Oma trots te maken, dat was ze sowieso. Het geeft me nu wel een warm gevoel dat Oma mij vorige week nog in haar gazet Het Nieuwsblad heeft zien staan door mijn prestatie in de Hel mét foto.
Als kind was ik me al bewust van het onvermijdelijke idee dat ik het overlijden van Oma en Opa zou meemaken. Op de één of andere manier leek dat altijd veilig ver weg. Nu Oma er niet meer is, voelt het alsof ook mijn leven even stilstaat. Ze zal mij niet ouder hebben gekend dan de 33 jaar die ik nu ben. Alles wat ik nu nog meemaak, zal ik niet meer met Oma kunnen delen. We zagen elkaar dan wel minder, maar ze was nog steeds dezelfde Oma als die uit mijn jeugd. Ik schreef haar kaartjes om te tonen dat ze nog steeds een rol vervulde in mijn leven. De laatste tijd vond Oma het vooral belangrijk dat haar familieleden samen waren en elkaar konden vinden. Ze moest daar zelf niet meer per se in betrokken zijn. Als wij het weer eens hadden over lopen, dan vond ze het mooi om te zien dat wij iets deelden. Die band is wat overblijft. Oma zit nog altijd tussen ons.
Ik heb geen afscheid genomen van Oma. Misschien is dat ook niet zo erg. Ik zou niet weten hoe ik dat had moeten doen. Vaarwel zeggen. Voor eeuwig en altijd. Wat had ik haar moeten toewensen? Hoe had ik haar kunnen geruststellen? Ik denk dat Oma alles al wist wat ik haar nog had kunnen zeggen. En ik kan ook wel bedenken wat zij me nog had kunnen vertellen. Ik voel Oma nu overal. Zowel in de spullen die ik van haar heb, als in de gedachten die door mijn hoofd wandelen. Slaap zacht, Rachelle. Dag liefste Oma.
8 gedachten over “Het portret – Afscheid van mijn liefste Oma”