Loperspraat – Mijn debuut in de cross

Zaterdag 9 december liep ik mijn eerste cross. Bij de masters welteverstaan, dat zijn de 35plussers onder de lopers. Bovendien was dit niet alleen mijn eerste veldloop, maar was het meteen ook het Belgisch Kampioenschap. Ik heb dus voor het eerst in mijn leven een wedstrijdlicentie op mijn naam staan. Plaats van gebeuren was het park van Laken. Je hoeft geen kenner te zijn om te weten dat in onze hoofdstad geen meter vlakke grond te bespeuren is. Lopen in Brussel is altijd een uitdaging. De voet van het Atomium was het prachtige decor voor wat eigenlijk de generale repetitie was voor het Europees Kampioenschap veldlopen van de “echte atleten”. Daags nadien zouden zij op datzelfde parcours rondes door de modder lopen. Ik leg jullie graag in 12 stappen uit wat ik allemaal heb meegemaakt op die druilerige zaterdagnamiddag.

De coach
Niemand minder dan mijn broer Seppe Odeyn sleurde me mee in dit cross-avontuur. Hij vroeg of ik deel wilde uitmaken van het mixed relays team (4×1000) van DCLA, de Leuvense atletiekclub waar ik mijn eerste stappen in het lopersleven zette. Er bleken in de club namelijk geen vrouwen bereid te zijn om hun zaterdagnamiddag op te offeren voor een kilometertje modderlopen. Ik beschouwde het als een eer om ergens voor gevraagd te worden – al was het bij gebrek aan beter – en zei dus volmondig ja. Een Borlée-momentje in onze familie, dat zag ik wel zitten. Helaas weerhield een hamstringblessure Seppe ervan om zelf te lopen en nam hij dus de rol van coach Jacques Borlée voor zijn rekening, een rol die hij met veel toewijding vervulde.

De opwarming
Opwarmen is doorgaans niet aan mij besteed. Voor een explosieve race van 5 kilometer is dat wel aangewezen. Ik volg dus gedwee het advies van Seppe om in de regen met een jasje wat op en neer te lopen, want dat is blijkbaar wat opwarmen inhoudt. Ik doe dat met mijn trailschoenen langs het parcours. Warm lopen is geen overbodige luxe. Het regent hard, de lucht is grijs en de wind van de partij. Volgens mijn coach is dit het ideale cross-weer en wie ben ik om hem tegen te spreken.

De callroom
Vooraleer de 48 vrouwen van mijn reeks op de startzone worden losgelaten, moeten we wachten in een callroom. Een grote witte tent, waar officials spikes controleren, je je chip aan je schoen bevestigt en je vervolgens officieel geregistreerd wordt door over een mat te lopen. De callroom-tent is hermetisch afgesloten. Je moet op tijd aanwezig zijn en de klok telt af tot je er weer uit mag. Nagelbijten voor mij, want ik ben behoorlijk onder de indruk van het hele gebeuren. Zo dadelijk zou ik voor het eerst op spikes gaan lopen. Zou ik dat wel kunnen? Tot overmaat van ramp blijk ik ook willekeurig geselecteerd te zijn om bij wijze van test (die generale repetitie voor het EK dus) samen met 4 andere vrouwen officieel voorgesteld te worden aan het (op dat moment afwezige) publiek. Een mens zou voor minder stress krijgen.

De startzone
De flappen van de tent gaan open. We mogen eruit! Aan de startzone krijgen we nog de kans om wat warm te lopen. Eindelijk kan ik dus voelen hoe die spikes lopen op een drassig grasveld. Het gevoel zit gelukkig meteen goed. Ik kan gewoon lopen zoals ik dat gewend ben, de spikes geven me alle grip die ik nodig heb op de zompige ondergrond. Tijd voor mijn acte de présence als zogenaamde topper (ahum) die op een officiële aankondiging mag rekenen. Ik krijg instructies van de cameraman hoe ik naar het grote scherm toe moet lopen en waar ik halt moet houden om goed in beeld te komen. Op dat moment wil ik er juist alles aan doen om helemaal niet op te vallen, om op te gaan in de menigte en te verdwijnen in de anonimiteit. Helaas. Ik voel me zowel diep gegeneerd als vereerd en ik probeer toch het moment te pakken.

De modder 
Veldlopen of crossen in België dat wil zeggen in de modder lopen, vechten tegen de blubber op een stuk grond of veld waar je geen grasspriet meer in herkent. Nu heb ik behoorlijk wat ervaring met modder in een bos, maar modder in een park is toch van een heel andere orde. Het is vooral heel veel nattigheid waar je enkeldiep in wegzakt. Vettige modder die zo nat is dat je na een paar passen volledig besmeurd bent. Een pap die er alles aan doet om je lichaam naar beneden te trekken. Een zware beproeving die ook het kind in je wakker maakt.

TWUJ5341

De spike
Door modder lopen doe je dus op spikes: minimalistische loopschoentjes waarin je vier pinnen draait die houvast geven in een zompige ondergrond. Ik kan jullie vertellen dat het een systeem is dat echt werkt. Een klassieke loopschoen met wat profiel in de zool kan die stabiliteit niet evenaren. Ik liep met best veel vertrouwen, maar wel net ietsje behoedzamer door de bochten. Hoogmoed kan al eens voor de val komen. Seppe regelde trouwens spikes voor mij en, toeval of niet, hij koos voor Nikes. De Nike Zoom Rival Distance zijn bij deze getest en goedgekeurd!

De start
Het moment van de start pakken, ik hou daar van. Niks doseren dus de eerste kilometers van een duurloop, maar gewoon meteen fors het gaspedaal indrukken om dan een goed bollend tempo te vinden. De startstrook die we hier voorgeschoteld krijgen is er eentje om in te kaderen: tientallen meters breed, lichtjes naar beneden hellend om dan meteen omhoog te knallen. Mijn explosiviteit is duidelijk een werkpunt. Ik moet harken om de eerste 100 meter aansluiting te blijven houden met het pak. Gelukkig merk ik na ongeveer 200 meter en een eerste helling dat mijn motor goed aanslaat. Ik ben gelanceerd en het enige wat ik nu moet doen is blijven doorduwen. Alles geven! Dat is wederom de raad van Coach Seppe.

De race
Mijn individuele race bestaat uit 5 kilometer met veel draaien en keren, pittige hoogtemeters en modder dus. Veel modder. De eerste ronde is er eentje van een kilometer. Ik ga hard. Bergop kan ik wat vrouwen inhalen. Die eerste kilometer loop ik aan 4’10”, wat me vertrouwen geeft. Ook de tweede ronde kan ik behoorlijk goed tempo blijven maken. Ik loop in 8e positie. De derde en vierde ronde zijn elk 1,5 km lang en bevatten dus nog wat extra venijnige lusjes en klimmetjes. Na 3,5 km zie ik sterretjes. Dit is zo hard niet mijn afstand! 5 kilometer is te lang om mijn kruissnelheid op een zwaar geaccidenteerd parcours te blijven aanhouden en te kort om in een gelijkmatig tempo te kunnen vallen. Bovendien wordt het parcours meter per meter zwaarder. De laatste anderhalve kilometer is echt sterven, maar ik slaag erin om mijn 8e plek te behouden. Een top 10 plaats op een Belgisch Kampioenschap: ik kan er alleen maar heel tevreden mee zijn.

De chip
Na de finishzone worden we terug naar de tent geleid waar we de chip van onze schoen moeten losmaken. Ik heb mijn veters stevig gestrikt. Logisch toch? Een spike moet blijkbaar goed strak zitten en je wil echt geen schoen verliezen in de modder. Met mijn modderige en verkleumde handen probeer ik mijn dubbele knoop los te peuteren. Na heel wat gewrik kan ik alleen maar concluderen dat er geen beweging in te krijgen is. Mijn veters en dus mijn chip zitten muurvast. Een volgende stresspiek dient zich aan. Ik word verwacht in die vervloekte callroom voor het aflossingsnummer! Iemand van de organisatie probeert mij te helpen, maar ziet als enige oplossing “couper”. Niet dus, met de moed der wanhoop blijf ik 10 minuten lang pulken en trekken aan mijn veters tot er schot in de zaak komt en ik de chip kan inleveren.

De aflossing
De mixed relays worden gelopen in teams van 2 mannen en 2 vrouwen die elk 1 kilometer voor hun rekening nemen. Aan teamgeest geen gebrek bij DCLA, ook al ontmoet ik mijn teamgenoten voor het eerst. Vanuit de callroom gaan we weer richting startzone. De sfeer is ontspannen. We worden verwacht bij het grote scherm om als team voorgesteld te worden. Een echte team-move hebben we niet, dus ik stel voor om gewoon overtuigend te zwaaien. Er staan slechts 7 teams aan de start, een podiumplaats zou tot de mogelijkheden behoren. Startloper Loïc loopt meteen hard van stapel en geeft in tweede positie het spreekwoordelijke stokje door aan Mona die eveneens als een kanonskogel haar kilometer als tweede aflegt. En dan is het aan mij om de eer van DCLA te verdedigen. Ik geef alles wat erin zit. Het parcours ligt er weer wat zwaarder bij en, eerlijk is eerlijk, ik zie af. Ik word voorbij gelopen door Caroline die me ook versloeg op het individuele nummer. Uiteindelijk kan ik als derde wisselen met Steven, een man met tonnen ervaring die de bronzen plaats voor team DCLA kan consolideren.

De podiumceremonie
En zo behaal ik dus als lid van een team een bronzen medaille op een Belgisch Kampioenschap. Voor het slotakkoord van deze regenachtige zaterdag gaat het weer richting callroom. Ik kan die tent inmiddels echt niet meer zien of ruiken. We worden in formatie verwacht voor de podiumceremonie. Hier hebben we al die jaren keihard voor getraind, zou je dan kunnen zeggen, maar bij ons ligt het net ietsje anders. Het zijn de teams van Rieme en Lokeren die beslag leggen op het goud en zilver. Hoe dan ook klinkt het Belgische volkslied. We zetten onze petjes af en vooral Loïc en ik zingen luidkeels mee. Wat een dag!

OFNX4827

De conclusie
Ik wist op voorhand niet wat ik ervan zou mogen verwachten, maar ik kan alleen maar positief terugblikken op dit avontuur. De cross is als (marathon)loper een leuke uitlaatklep: eens iets helemaal anders, goed om kracht en explosiviteit te trainen. De meeste veldlopen zijn trouwens wat langer dan 5 kilometer, wat mij net wat beter zou moeten liggen. Mede door de zware omstandigheden – die eerder in mijn voordeel spelen – was ik stikkapot aan de finish, maar voelde ik me ook verbazingwekkend snel weer hersteld. Ik zat ’s avonds niet met loden benen in de zetel, wel met benen die door de modder hebben gewroet. Papa, Hans en Roos testten trouwens de supportersbeleving. Hoewel een cross door het compacte parcours heel wat spektakel kan bieden, viel dat hier toch tegen. De organisatie had in de generale repetitie weinig aandacht voor de supporter, wat resulteerde in een namiddagje koukleumen voor gevorderden. Ik heb in de cross niet mijn nieuwe roeping als loper gevonden, maar aangezien ik nu een wedstrijdlicentie, CrossCup-startnummer en spikes heb, is de kans reëel dat ik me in 2024 nog eens aan wat crossen in de buurt waag.

5 gedachten over “Loperspraat – Mijn debuut in de cross”

Plaats een reactie