Op zondag 13 april sta ik aan de start van mijn eerste EK. Leuven is dan gaststad van de European Running Championships. Ik woon niet meer in Leuven, maar ik werd er geboren, ging er naar school en werkte er 15 jaar. Ik liep er bij atletiekclub DCLA, waar ik mezelf als loper ontdekte en ik fietste en liep ontelbaar veel kilometers langs de Vaart. De ene al met meer zin dan de andere. Er huist een stukje Leuven in mij. Jullie weten wel dat mijn hart groot genoeg is om ook andere steden te herbergen. In de begindagen van deze blog was het al Brussel wat de klok sloeg. Er was een tijd dat Leuven-Brussel-Leuven mijn vrijetijdsverkeer op de fiets was. De marathon van Brussel liep ik 3x. Nog vaker liep ik er de halve afstand en natuurlijk ook de legendarische 20 km van Brussel. Eén keer liep ik in rechte lijn van Brussel-Centraal naar mijn toenmalige thuis in Heverlee. Om die reden beschouw ik mezelf toch een klein beetje als de geestelijke moeder van deze uitzonderlijke marathon.
Toeval bestaat natuurlijk niet. Uitgerekend mijn 20e marathon loopt in een rechte lijn van Brussel naar Leuven om daar nog wat verder te kronkelen. Een ereronde van een kilometer of 11 door de stad die je zo goed kent: hoeveel symbolischer kan een marathonfinale zijn? Ook het woord “uniek” is hier op zijn plaats, want het is een eenmalig evenement dat helemaal kadert binnen dat EK. Een kampioenschap waar profs en recreanten samen aan de start staan: dat vind je bij geen enkele andere sport. In mijn tijd in de winkel bleek al hoe het marathongevoel Leuven in zijn greep heeft. Er zullen zo’n 2000 Leuvenaars aan de start staan op een totaal van 12.000 deelnemers. Op diezelfde dag gaan trouwens de (belachelijk snel uitverkochte) marathons van Parijs en Rotterdam door. Te duchten concurrentie dus, maar je zou gek zijn om het loopfeest in Leuven te missen.

Een marathon lopen die eigenlijk een thuismatch is: het vraagt om een degelijke parcoursverkenning. Het was Hans die met het idee op de proppen kwam om de trein naar Brussel te nemen en het parcours waarheidsgetrouw tot in Leuven te lopen. Minus de toer in Leuven dus, die houden we nog te goed. Op 3 weken voor de grote dag was het de ideale lange duurloop om de 30 eens aan te tikken. Wij dus in looptenue op de trein. Traveling light zoals dat heet. Voor de gelegenheid had ik zelfs twee gelletjes op zak. Hans was zoals gewoonlijk beter uitgerust en voorbereid. Hij zou zich ook ontfermen over de navigatie, zodat we echt wel elke EK-meter tot in Leuven voor de kiezen kregen.
Vanuit Brussel-Centraal wandelen we lichtjes gespannen richting Warandepark. Zouden we nu echt helemaal tot in Leuven gaan lopen op deze stralende zondag? Aan lopers geen gebrek in het park. Onze start ligt op het Paleizenplaan, vlak voor het Koninklijk Paleis. Royaler kan een startvak niet zijn. De hekken fantaseer ik er voor het gemak maar even bij. Onder een goedgeluimd zonnetje staan de politiecombi’s klaar voor een potentiële manifestatie. Wij zijn er klaar voor. 3 2 1 goooo! Weg richting Wetstraat. Over een start met cachet gesproken. Met zicht op de triomfboog van het Jubelpark gaat het meteen al naar beneden en wat naar boven. De poort van het Jubelpark staat gelukkig open (hopelijk wel net ietsje meer op 13 april). Met 2,5 kilometer op de teller is mijn oordeel glashelder: dit is een fantastische startstrook (die ook al wel een klein beetje kan prikken als je Brussel niet kent).

Een nadeel van een simulatie in Brussel is dat je niet over de weg, maar over de stoep loopt. Heel vaak op en af dus, grote bochten rond de rotondes en slalommen tussen voetgangers en steppers. Gezellig druk, dat betekent in Brussel uit je doppen kijken. We trotseren de Tervurenlaan in de omgekeerde richting van de 20 van Brussel, bergaf gaat dat lekker. De echte klim wacht ons na het park van Woluwe, waar we 2 kilometer lang omhoog lopen. Er was een tijd dat ik de marathon van Brussel liep en hier ook naar boven moest. Het is een lang stuk omhoog, maar wel met een geleidelijke stijging. En met 6 kilometer in de benen is dat nog behapbaar. Op naar Tervuren over een stukje onverhard langs het Zoniënwoud. Op het bekende Vierarmen-kruispunt (bekend vanwege de files) wacht een verrassing van jewelste: we moeten niet oversteken in drie fases, maar kunnen rechtstreeks over het kruispunt dankzij een prachtige nieuwe voetgangerstunnel. Er was een tijd dat dat wel even anders was.
We kunnen Tervuren inmiddels ruiken. De herinneringen schieten heen en weer in mijn hoofd. Ik denk aan die keer tijdens de marathon dat mama en Marike zich als supporters aan kilometer 30 hadden geposteerd zonder enige gêne, niet wetende dat ze aan de tijdsmat gefilmd werden. Er was die keer tijdens de marathon dat mijn beide ouders stukken meefietsten. Er was die marathon met een lus door het Zoniënwoud die mij heel wat pogingen op de mountainbike (Juan!) kostte om verkend te krijgen. We lopen weer lekker naar beneden, een stukkie naar boven en na de Jazzfontein op de Paleizenlaan nemen we een duik naar beneden het Park van Tervuren in. Ook hier bruist het van de wandelaars en fietsers, de ene al meer van het flanerende type dan de andere. Hans mag dan wel een nagelnieuw shirt aan hebben, als zijn benen hadden mogen kiezen, zouden ze voor een ander dagprogramma gegaan zijn op deze zonnige zondag.

Er is dus nog steeds een tijd dat wij op zondag in Tervuren gaan lopen. We sluiten onze training dan af met een koffietje van Ernesto, die je in weer en wind kan vinden bij de ingang van het park langs Vossem. Omdat toeval dus echt niet bestaat, bevindt onze Ernesto zich halverwege onze duurloop op kilometer 15,5. Een ontspannen koffie in de zon staat niet op onze planning. Vooruit zullen we gaan! Als we afdraaien bij bakkerij Vogelaers (ons zeer bekend, beste bakker!) krijg ik een tikje. Tot nu toe liep het bij mij heel vlot, we hadden 16 kilometer gelopen, maar het dringt door dat we helemaal verder moeten tot Leuven. Niet bepaald bij de deur. Bovendien ken ik het erbarmelijke fietspad richting Leefdaal net iets te goed. Ik begin ook dorst te krijgen.
Het dieptepunt is er eentje dat omhoog loopt. Onbegrijpelijk, maar waar: er wordt gewerkt in centrum Leefdaal. Het rechte lijn feestje wordt onderbroken, het officiële marathonparcours maakt dus braaf een omwegje. En wat voor één! Omhoog lopen zullen we, richting de steenweg. Een klimmetje dat er stevig inhakt waarbij je ook aan alles voelt: dit is uit de richting. Met 20 kilometer op de teller doet dat pijn. Hans blijft gestaag op karakter doormalen. We lopen een stukje over de steenweg en dan gaat het weer naar beneden richting Dorpsstraat. Hehe, dit was pittig. Tijdens de marathon zal deze verrassing niet zo venijnig smaken. Een voorbereid loper laat zich geen 2x mentaal pakken.
Na 22 kilometer stoppen we even om een gelletje weg te slikken. Ik ga voor een isogel met cafeïne van 6D. De ananassmaak bevalt me wonderwel goed. Het is dus best warm en ik kan niet anders dan toegeven dat ik dorst heb. Hans heeft een soft flask water mee die hij zusterlijk deelt. Zelf was ik te eigenwijs om drinken te voorzien. We zetten onze tocht verder over een pittig deel van het parcours. Pittig door de eentonigheid. Opluchting als we na 25 kilometer afdraaien richting Bertem, het voelt alsof we er een heel klein beetje bijna zijn. Via wat bochtige wegen bereiken we dan de Celestijnenlaan in Heverlee. Er was een tijd dat ik daar woonde. Hoe vaak zou ik hier zijn afgedraaid langs IMEC om dan richting Arenberg te lopen? Hier besef ik: stad in zicht! Nog een lange rechte lijn over de Kardinaal Mercierlaan naar de Naamsepoort en dus de ring van Leuven. Met 31,5 kilometer op de teller besluiten we er een punt achter te zetten op het punt waar de stadslus begint. We passen dus voor het klimmetje richting Parkpoort. Dat houden we voor een bijzonder moment. Mijn trip down Memory Lane zit erop.

Nu is het de vraag in welke mate de laatste en langste duurloop geldt als een generale repetitie voor de marathon. Na de trainingsarbeid van de afgelopen weken waren onze beentjes allesbehalve fris. Het zonnetje was heerlijk, maar zonder echte bevoorrading, maakte het de onderneming wel eens zo pittig. Hoe dan ook: ik heb ervan genoten, dit smaakt absoluut naar meer! We hebben ruim 3/4 van het parcours gelopen met 217 hoogtemeters. Ik ga er vanuit dat het meest geanimeerde deel zich in Leuven zal bevinden. Ik zie het al voor me hoe de supporters rijen dik staan om ons naar die finish te schreeuwen. Of misschien ook niet, dan wordt het gewoon een kwestie van de omgeving diep in je opnemen. Niks niemandsland of bedrijventerrein: Leuven onthaalt marathonlopers in stijl zoals het een wereldstad betaamt. Een verkenning van het laatste kwart volgt waarschijnlijk nog. Dan is de Tour de Nostalgie helemaal klaar. Nooit eerder zal ik een parcours zo grondig getest en goedgekeurd hebben. 13 april, u bent nu al onvergetelijk.