Een jaar geleden vertelde ik naar aanleiding van World Mental Health Day een heel persoonlijk verhaal over mijn psychische kwetsbaarheid en hoe ik die leerde te aanvaarden als een deel van wie ik ben. Dankzij de hartverwarmende reacties die ik daarop kreeg, blik ik met een warm gevoel terug op oktober 2021. Ik dacht dat mijn verhaal was verteld. Voor wie hier vaker leest of mij in het echt kent, zal het niet als een totale verrassing komen dat ik al eens worstel met het leven. Mijn enthousiaste en ondernemende kant heeft een gespannen en angstige keerzijde. Ook hier kregen mijn sportieve verhalen de laatste tijd vaker een ondertoon van knagende onzekerheid. Waar ik dacht mijn kwelgeesten onder controle te hebben, moet ik nu vaststellen dat ze al enkele jaren bezig zijn mij de dieperik in te praten. Op 1 september begon ik vol goede moed aan het schooljaar om vrij snel te ervaren dat het helemaal op was. Het-ging-niet-meer. Mijn hoofd zat overvol. Rust nemen was een noodzaak.
In vergelijking met vorig jaar vind ik het nu een pak lastiger om over mijn hoofd en ik te vertellen. Toen kon ik vanuit mijn sterkte over mijn interne winkel spreken. Vanop afstand ook. Ik was niet de crisis, maar de observator. Nu bevind ik me in het oog van de storm. Op het eerste zicht ben ik een goed functionerende vrouw. Sterker nog, op sportief vlak ben ik in topvorm: ik won dit jaar heel wat wedstrijden, verzamelde tal van podiumplekken en liet het ene na het andere PR optekenen. Voor mezelf vind ik het behoorlijk lastig om die mentale turbulentie te kunnen rijmen met een lichaam dat wel kan presteren, laat staan hoe ik dat aan de buitenwereld kan uitleggen. Of eerder verantwoorden, want zo voelt het. Ik vind het kortom erg moeilijk om te accepteren dat het fysiek wel lekker kan lopen, maar mentaal voor geen meter. En dat ik dat net zo goed serieus moet nemen. Net daarom besloot ik om in deze Week van de Mentale Gezondheid toch weer iets neer te schrijven. Omdat ik een gezicht wil geven aan mentale kwetsbaarheid. Omdat ik eerlijk en oprecht wil zijn. Niet door alles van mezelf zomaar te grabbel te gooien, wel door een genuanceerd beeld te schetsen van mij als persoon.
Ik heb lang gedacht dat ik veerkrachtig was omdat ik zogenaamd alles aankon. Ik ben de persoon met het gigantische draagvlak die altijd plankgas kan geven. Veerkrachtig zijn stond voor mij gelijk aan altijd hoge toppen scheren of dat toch op z’n minst ambiëren: presteren op professioneel vlak, als loper, als lezer, als zus, als vriendin. Om die reden vind je in mijn huishouden geen weessokken, vergeet ik nooit een verjaardag en zal je mij niet kunnen betrappen op een spelfout. Elke dag wil ik als mens groeien door mijn idealen na te streven. Ik wil altijd sterk en dapper zijn. Ik heb de teugels graag strak in handen. Voor een heel groot deel is dat echt wie ik ben. Hoe ik als kind ook was: iemand die er voldoening uithaalt om zichzelf te verrijken en uit te dagen. Ik heb er altijd van gehouden om heel veel projecten te hebben en daar eisen aan te stellen. Anderzijds is het gaandeweg ook een vorm van vermijding geworden. Ik ben bang dat het de enige rol is waarvoor ik waardering zal krijgen, zowel van mezelf als van mijn omgeving. Het is ook een strategie geworden om mezelf staande te houden in de complexiteit van het leven.
Door elke dag mijn stinkende best te doen, sta ik de laatste jaren altijd “aan”. Mijn gedachtemolen blijft op volle kracht verder malen zonder pauzeknop. Ik kan mezelf helemaal verliezen in overpeinzen en (over)analyseren. De traumatische ervaring uit mijn studententijd heeft mij gesterkt in de overtuiging dat denken mij wapent in het leven. Als ik maar ver genoeg vooruit denk en rekening houd met alle mogelijke doemscenario’s ben ik voorbereid op wat er mis kan gaan. Ik voel me vaak angstig. Somber ook, want het kan heel donker zijn in mijn hoofd. Door al dat rumineren verlies ik soms de voeling met de realiteit. Mijn angstmonsters zijn een steeds prominentere rol gaan spelen in mijn dagelijks functioneren. Ik kan niet anders dan toegeven aan de akelige gedachten die in mijn bovenkamer gegenereerd worden. Er is overal een dreiging. Mijn meest dierbare bezit lijkt altijd in gevaar te zijn. Ik moet paraat staan om op elk moment te kunnen vluchten of vechten. Ik overleef meer dan dat ik kan leven.
Door tijdelijk een stap terug te zetten, besef ik dat veerkracht iets heel anders betekent. Het is toelaten dat het minder gaat of zelfs helemaal niet. Het is toegeven aan mijn soms alles verlammende verdriet. Een soort verdriet dat heel onverwacht kan toeslaan en mij in alle hevigheid overmant. Veerkrachtig zijn betekent nu om een troostende schouder te zoeken en te aanvaarden. Om te proberen met mildheid naar mezelf te kijken. Het is schaamteloos kunnen genieten van het plezier dat lopen mij schenkt waardoor het volume van de denkmolen even getemperd kan worden. Veerkracht is gas terugnemen. Loslaten ook. Het is – ondanks de angst dat dit het is en dat het altijd zo zal zijn – er ook op durven vertrouwen dat het uiteindelijk wel goed komt.
Hoe lastig deze periode ook is, ik wil dit momentum aangrijpen om dingen fundamenteel anders aan te pakken (zonder ook daar weer een enorme uitslover in te zijn). Om te beginnen door niet altijd in mijn eigen hoofd te kruipen als het wat minder gaat. Om nog meer verbinding te zoeken met mijn omgeving. Buiten mijn sociale vangnet kan ik terecht bij mijn huisarts en ga ik tweewekelijks naar de psycholoog. Ik ga nu meer dan ooit de confrontatie aan met alles wat ik de voorbije jaren heb vermeden omdat ik mezelf een zorgelozer leven gun. Ik doe kortom wat ik denk dat nodig is om te herstellen. Morgen ga ik terug aan het werk en, geloof het of niet, daar heb ik veel zin in. Het mag dan tegenstrijdig klinken, ik beschouw mezelf nog steeds als een enorme gelukzak. Net nu ervaar ik ook hoeveel liefde er om mij heen is en dat ik echt wel graag gezien word om de persoon die ik ben in al haar facetten. Ik kan niet anders dan daar ontzettend dankbaar voor zijn.
Goed om dingen op te schrijven en open te zijn. Het is een zoektocht naar de balans. Er zitten veel herkenbare punten in. Mij bracht veel rust dat ik goed genoeg ben al ben ik niet perfect. En dat je het nooit goed genoeg kunt doen voor iedereen en in alle omstandigheden. Succes met je zoeken naar inner balance.
LikeGeliked door 1 persoon
Het is ook heel sterk te beseffen dat je niet altijd sterk hoeft te zijn. ❤
LikeLike
Een hele dikke knuffel voor jou Joke
LikeLike