Gelukkige Gedichtendag!

Poëzie is taal die feestviert en om die reden is Gedichtendag niets minder dan een feestdag. Dit jaar is vriendschap het thema van de Poëzieweek met besties Miriam Van Hee en Hester Knibbe als boegbeelden. Op school is er nooit een tekort aan vriendschap én poëzie. Mijn vijfdejaars namen een dichtbundel naar keuze mee om in te grasduinen, zich te verwonderen en eens achter de oren te krabben, want wat wordt hier nu eigenlijk mee bedoeld?! Korte gedichten die quote-achtig aanvoelen vallen dan ook in de smaak. Ze dachten nog eens goed na en formuleerden zelf een uitspraak over poëzie.

IMG_0541b

Poëzie is therapie
Poëzie is niet in hokjes denken
Poëzie is het enige dat de taal kan verslaan
Poëzie is je kleine zusje dat (te) veel vragen stelt
Poëzie is een canvas en jij bent de kunstenaar
Poëzie is een rimpel die kan denken, fronsen en lachen
Poëzie is een sprint in slow motion
Poëzie is als praten met vrienden: het gaat over niets en alles tegelijkertijd
Poëzie is als een sleutel, je moet gewoon nog de juiste deur vinden
Poëzie is zoals de Mona Lisa: mooi, maar niemand weet waarom
Poëzie is als een optische illusie: prachtig, maar niet te begrijpen
Poëzie is net zoals een uil: met grote ogen naar de wereld kijken
Poëzie is de kleine wegen nemen om de gebaande paden te vermijden
Ik weet dat poëzie onmisbaar is, ik weet alleen niet voor wie
Alles wat ik voel en zie wordt met de juiste woorden poëzie
Wriemeldiertjes zijn de poëzie van de wereld

IMG_0536b

Zelf werd ik geraakt door een gedicht van Jef Aerts. Hij bracht in 2006 de dichtbundel Voor je er bent uit die hij opdroeg aan het kind dat op komst was. Inmiddels is zij een meisje van 16 jaar dat een boek van haar papa mee naar school nam. Een ode aan mijn favoriete boom, de berk en de fantasie. Hopelijk liggen er vanavond takken in mijn bed. Cheers op de poëzie!

Middag in het bos

Ik leek wel op bezoek, die middag
in het bos, toen een berk vroeg of ik nog wist
hoe wij ooit samen zaten

toe, ruisten haar blaadjes, zeg dat je
me eerder zag en ik voelde dat ze het meende
onder haar zilverwitte bast

vertel me nog een keer, zei ze, oktober
in de mist, ik fluisterde wat over niets
zocht naar woorden tussen gras

er is een berk die ik al heel lang ken, dat zei ik
thuis aan tafel en merkte toen ik ging slapen
dat het bed vol takken lag.

Jef Aerts

IMG_0556b

Het moment – Wat ik dit schooljaar heb geleerd

30 juni: dé laatste schooldag. Wat maakten we weer veel mee in schooljaar 2021-2022. Na 2 heel atypische schooljaren, waarbij zowel leerkrachten als leerlingen zochten en worstelden om zichzelf te herontdekken, was dit een schooljaar van voorzichtige eerste keren. We konden in de klas blijven zitten en elkaars gezicht weer zien. We mochten zelfs op (meerdaagse) uitstap gaan. Met vlagen voelde het aan alsof het vroeger was. Al kan ik niet anders dan hier meteen een heel grote MAAR aan toe te voegen. Vergis u namelijk niet: de druk op het onderwijs is reëel. Het lerarentekort is geen hoax, maar bittere realiteit, een symptoom ook van de negatieve spiraal waarin het onderwijs verzeild is geraakt en – als we niet opletten – aan kan bezwijken. Als het schip niet snel van koers verandert, dan knalt het keihard op die ijsberg. Laten we dus met z’n allen ons best doen om het tij te keren. Dit is wat ik dit schooljaar in en rond de klas geleerd heb.

  • Over scheepsrampen gesproken. Is die ramp met de Titanic eigenlijk echt gebeurd? vroeg een leerling zich luidop af.
  • Met de vijfdejaars van humane wetenschappen gingen we twee dagen naar Keulen. We bezochten musea en beklommen de Dom, maar de mooiste herinneringen heb ik aan het samen onderweg zijn en aan tafel zitten in de jeugdherberg: authentieke momenten waarbij je je als leerkracht (al is het voor even) deel van een familie voelt.
  • Jongeren kunnen echt niet weerstaan aan de verleiding van fastfood. Op 500 meter van de school ging een nieuwe McDonalds open die uiteraard meteen een heel grote afzetmarkt vond. Ook in Keulen was het al vette hap wat de klok sloeg.
  • Een schooluitstap die er bij mij echt in hakte, was het bezoek aan Fort Breendonk: een bikkelharde geschiedenisles over het sinistere regime waaraan 3590 gevangen tijdens de Tweede Wereldoorlog onderworpen werden. Aan het verhaal van Israël Neuman (gevangene 22) denk ik nog vaak terug en telkens weer grijpt het me naar de keel.
  • Het engagement van leerlingen lijkt elk schooljaar te groeien. Dat je als jongere bekommert bent om de klimaatopwarming is inmiddels de norm. Bovendien blijven ook Black Lives Matter, vrouwenrechten en LGBTQIA+ hot topics. Deels is dat eigen aan het heterogene publiek van onze school, deels is dit het bewijs dat de jeugd van tegenwoordig het misschien echt anders en beter wil doen dan voorgaande generaties.
  • Jongeren zijn heus niet vies van wat poëzie. Gedichtendag 2022 was er eentje om in te kaderen. Toen we vorige maand in de boekenclub de roman De hemel is altijd paars bespraken bleek – geheel tegen mijn verwachting in – dat dit veelgeprezen debuut met poëtische inslag gesmaakt werd door een brede groep diverse lezers. Met name de beeldende taal van Sholeh Rezazadeh werd erg gewaardeerd.
  • De overtreffende trap van chill is ziek chill. Een boek kan oogopenend of meesleurend zijn. Je kan in plaats van een sollicitatiegesprek ook een socialisatiegesprek aanvragen. En bij het woord prangender werd gevraagd wat voor type een pran-gender dan wel is.
  • Leerlingen kiezen heel vaak een boek enkel op basis van de titel. Doorgaans worden ze dan aangetrokken door allesomvattende (thematische) woorden als Liefde, Geluk of Vriendschap. Logischerwijze leidt die beperkte lezing wel eens tot een teleurstelling. Ik kreeg eveneens best vaak te horen dat er te veel seks (of erotica zoals een leerling het verbloemd probeerde te zeggen) voorkomt in een boek. Te veel?
  • Het nummer Porselein van Yasmine is behoorlijk gekend en geliefd bij jongeren omwille van de kwetsbaarheid waar de song over gaat. Ook hierachter schuilt een vorm van engagement: de normalisatie van psychische zorg voor iedereen.
  • De voorbije twee corona-schooljaren hebben zowel een positieve als negatieve invloed gehad op het lesgebeuren. De digitalisering heeft een aantal zaken absoluut vergemakkelijkt, maar er is ook een keerzijde van de medaille. Vooral ouders verwachten inmiddels dat we bovenop de klaspraktijk nog een volwaardige digitale stroom aanbieden. Ook lijken we via ons scherm altijd present te moeten staan, waardoor de school nog vaker je eigen huiskamer binnendringt: nefast voor de work-life balance en de werkdruk.
  • Je mag leerlingen nooit onderschatten. Ze zijn echt in staat om boven zichzelf uit te stijgen. Als leerkrachtenteam mag je nooit de pretentie hebben om labels te plakken of negatieve toekomstvoorspellingen te maken.
  • Er is (terecht!) veel aandacht voor de individuele zorg voor leerlingen. Het onderwijs heeft echter een gebrek aan zorg en begeleiding voor leerkrachten. Hoe wil je mensen aan boord houden als er amper reddingsboeien of zwemvesten op het droge liggen? Het is een probleem dat verankerd zit in het systeem, aangezien een school zelf moet roeien met de (weinige) beschikbare riemen.
  • Dat het respect en de waardering voor het lerarenberoep tanende is, dat ondervindt elke leerkracht. Iedereen die graag in het onderwijs wil staan om veel vakantie te hebben: kom het team vooral versterken, want we hebben je nodig! Denk er wel aan dat een leerkracht niet alleen aan het werk is binnen de schoolmuren. Er ging na de paasvakantie geen weekend voorbij waarin ik niet ernstig gewerkt heb. Het is eigenlijk intriest dat ik steeds de neiging heb om te vermelden dat ik eerder 50 dan 40 werkuren (van 60 minuten) per week aftik.
  • Als je je in woelige wateren bevindt, koester je eens zo hard de collega’s die een klankbord zijn, een vrolijke noot en een vriend in en naast de school. Je begrepen en gewaardeerd voelen zorgt ervoor dat het je soms echt lukt om de vloedgolven al surfend te doorstaan.

IMG_7992b

IMG_7682b

IMG_7687b

IMG_7693b

IMG_7974b

Ik wens iedereen oprecht een schitterende zomer toe, een deugddoende vakantie en de oh-zo-verdiende rust en ontspanning waar je lang naar hebt uitgekeken.

De gedachte – Over 8 bijzondere vrouwen

Welke persoon heeft een belangrijke – zo niet de belangrijkste – invloed gehad op de maatschappij waarin wij vandaag leven? Wie was een groots influencer avant la lettre? Die vraag moesten mijn vijfdejaars beantwoorden tijdens hun spreekexamen Nederlands. Ze kregen 2 minuten de tijd om hun gekozen persoon met vuur te verdedigen. Enkele grote namen die elk jaar terugkeren zijn Napoleon Bonaparte, Isaac Newton, Nelson Mandela, Rosa Parks en Elon Musk. Elk jaar zijn er ook heel wat originele of zelfs gedurfde keuzes. Zo werden dit jaar onder andere Pierre Kompany, Karen Damen, Stromae, Anne Frank, Eminem en William Shakespeare uitvoerig de hemel in geprezen. Dat zo ongeveer alles kan en mag moge bij deze dan ook duidelijk zijn. Ik selecteerde voor jullie 8 bijzondere vrouwen uit de spreekexamens en baseerde me voor onderstaande tekst hoofdzakelijk op wat mijn leerlingen vertelden. Mijn geschreven woorden hier heb ik dus te danken aan hun gesproken woorden.

Jane Austen kwam in de overgangsperiode tussen de 18e en 19e eeuw op voor het recht van vrouwen om ongehuwd en intelligent te zijn. Ze rekende af met de sentimentele vrouwenromans van haar tijd waarin de traditionele rolpatronen bestendigd worden. In haar romans wilde ze de absurditeit tonen van de cultuur waarin ze leefde. Op die manier werd ze niet alleen de grondlegger van een literaire romantraditie, maar ook één van de eerste vrouwen die geld kon verdienen door boeken te schrijven. Anno 2022 zijn haar vrouwelijke personages nog steeds levensecht en herkenbaar. Ze was een vrouw die het aandurfde om tegen de maatschappij in haar eigen koers te varen.

Vesta Stoudt stuitte als arbeider op een heel praktisch probleem toen ze munitiekisten verpakte in de Tweede Wereldoorlog. De kisten waren namelijk te stevig dichtgeplakt waardoor soldaten aan het front ze in het heetst van de strijd niet snel konden openen. Ze kreeg het lumineuze idee om stukken stof te bewerken zodat ze een hoge plakkracht hadden, maar toch scheurbaar zouden zijn. Op die manier werd een waterdichte, scheurbare tape ontwikkeld die geldt als het prototype van de duct tape. En zeg nu zelf: als zelfs de NASA rampen kon voorkomen door duct tape te gebruiken, kan je dan niet eigenlijk alles fiksen met die wonderlijke plakband?

Marie Stopes startte het debat rond anticonceptie. Als paleobotanicus onderzocht ze aanvankelijk steenkool en varens, maar haar boek Married Love bracht in 1918 heel wat te weeg. Ze hield een pleidooi voor anticonceptie om ongewenste zwangerschappen tegen te gaan omdat ze ook tegen abortus was. Ze werd de eerste vrouwelijke docent aan de Universiteit van Manchester. Samen met haar man richtte ze uiteindelijk ook een anticonceptie-kliniek op in Londen waar vrouwen advies konden krijgen over geboortebeperking. Haar nalatenschap zet zich nog steeds in om wereldwijd ongewenste zwangerschappen te voorkomen.

Harriet Tubman geldt als een voorbeeld voor niemand minder dan Barack Obama en Martin Luther King. Zelf kon ze ternauwernood ontsnappen aan een leven als slavin. Slavery is the next thing to hell zei ze daarover. Om die reden hielp ze tijdens Amerikaanse Burgeroorlog honderden slaven ontsnappen aan hetzelfde gruwelijke lot. Later streed ze voor de afschaffing van de slavernij en een algemeen stemrecht. Vandaag de dag wordt ze nog steeds beschouwd als één van de grote Amerikaanse vrouwen met Afrikaanse roots en vormt ze ook een inspiratiebron voor de Black Lives Matter beweging.

Rihanna belichaamt de diversiteit. De zangeres uit Barbados is niet alleen één van de meest succesvolle artiesten, ze is daarenboven een rolmodel voor jongeren. Ze bracht een genderinclusieve lingerielijn op de markt, foundation voor donkere tinten en ze is begaan met het klimaat. Ook tijdens haar zwangerschap maakte ze van de gelegenheid gebruik om te ijveren voor de normalisatie van blote zwangere buiken. Met al die initiatieven doorprikt ze het vooroordeel van de zingende modepop. En vooral: er is een Rihanna-song voor elke stemming.

Leymah Gbowee won in 2011 de Nobelprijs voor de Vrede. Ze was mede-oprichter van de Liberiaanse vredesbeweging die ervoor zorgde dat er een eind kwam aan de Liberiaanse Burgeroorlog in 2003, waardoor er in 2005 voor het eerst een vrouwelijke Afrikaanse president kwam. Ze begeleidde ook getraumatiseerde kindsoldaten en hekelde de positie van de vrouw in de maatschappij. Ze streeft ernaar om bruggen te slaan tussen het christelijke geloof en de islam. Onder meer Malala Yousafzai beweert dat ze één van de sterkste vrouwen is die de wereld heeft veranderd.

Frida Kahlo kennen we omdat ze haar eigen kleurrijke werkelijkheid schilderde terwijl ze het merendeel van haar leven aan bed gekluisterd was. Ze is ook de vrouw met de unibrow die getrouwd en biseksueel was. In haar uiterlijk schuwde ze de mannelijkheid niet. Zo rekende ze op haar eigen manier af met het westerse schoonheidsideaal. Ze was een feministe in hart en nieren die er niet voor terugdeinsde om vrouwelijke problemen die als taboe werden beschouwd bespreekbaar te maken. Voor de huidige generatie is ze het toonvoorbeeld van hoe je onder alle omstandigheden vooral trouw moet blijven aan jezelf. Inmiddels lieten al heel wat artiesten zich door haar kunst en persoonlijkheid inspireren.

Marsha P. Johnson was een dragqueen uit New York die vocht voor gelijke rechten. Als iemand die zich anders dan anders voelde, was ze bekommerd om de verschoppelingen van de maatschappij. Ze bood onderdak aan tal van minderheidsgroepen en ontfermde zich over hen. Ook vandaag is ze nog steeds een toonaangevend figuur in de LGBTQIA+ community. Ze wordt geroemd om haar bijdrage in de strijd voor het homohuwelijk en de acceptatie van coming-outs. Ook het feit dat de maand juni Pride Month is, hebben we aan haar te danken. In 1992 werd haar lichaam aangetroffen in de Hudson na een pride optocht. Zelfmoord volgens de politie. Moord volgens velen.

Een grote dankjewel aan Marin, Senna, Fien, Ona, Sari, Joske, Hanne, Febe, Elly en Marit voor hun inspirerende bijdrage!

Het moment – Schrijftalent gespot in de klas #3

Goede tradities zijn er om in ere te houden. Een verhaal schrijven van slechts zes woorden in navolging van een Nobelprijswinnaar, is er zo eentje. Voor het derde jaar op rij ging ik op zoek naar de Ernest Hemingway van De Ring onder mijn leerlingen van het vijfde jaar. Wie treedt met andere woorden in de voetsporen van Lucas en Lien? De zoektocht naar het mooiste zes-woorden-verhaal blonk dit jaar uit in spitsvondigheid en originaliteit. Ook de oorlogsrealiteit laat mijn leerlingen duidelijk niet onberoerd. De resultaten van de stemming lagen dicht bij elkaar, behalve de nummer 1, die stond autoritair aan de leiding en scoorde zowel bij leerlingen als bij leerkrachten erg goed. Rooza schreef ongetwijfeld het meest choquerende, gedurfde en ongemakkelijke verhaal. Zes woorden die aantonen hoe een verhaal werkt: je leest iets, maar je denkt vooral iets. Dat wat je denkt is het verhaal.

Met trots presenteer ik jullie de top 10 van 2022:

“Dat heb ik liever niet, papa” – Rooza
Enkel de gestreepte sjaal bleef ongedeerd – Ona
Echte mannen huilen niet, jammerde hij – Cesar
Gezwel gevonden, haar gevallen, strijd verloren – Hanne
Mama, papa, tot aan de grens – Angelo
Voor een dode lachte hij veel – Tobe
Ze greep nog snel haar zusje – Helene
Elke dag is zoals alle andere – Brecht
Aarde omringde hem, we liepen weg – Lara
De laatste sigaar was voor haar – Rooza

IMG_7732b

Met dank aan al mijn lieftallige leerlingen voor hun eigenzinnige blik, originele schrijfsels en onuitputtelijke enthousiasme!

Het moment – Door het oog van de storm met Tony

Vrijdag leek het even alsof de apocalyps onafwendbaar was door de komst van storm Eunice. De school stuurde iedereen naar huis om 13u, ook al gold er “slechts” code geel voor Vlaams-Brabant. Niet alleen het schoolgebouw was in een mum van tijd leeg (je moet zoiets echt geen twee keer zeggen aan leerlingen), ook de stad was plots desolater dan ooit. Ik kon nog niet naar huis omdat ik ’s namiddags bij de kinesitherapeut werd verwacht. Spannend toch wel, want het was niet duidelijk hoe stevig Eunice te keer zou gaan. Gelukkig kon ik rekenen op een nieuwe rots in de branding om me veilig naar huis te loodsen: Tony, mon compagnon de route, mijn nieuwe metgezel op de steenweg. Waar wij met de hele familie vol spanning wachten op het babyjongetje in Marikes buik, kwam er in mijn fietsfamilie namelijk vorig week al een nieuwe telg bij. Een broertje voor Juan dus. En wat voor één.

Ik woon nu bijna 2 jaar in Tienen en al die tijd legde ik mijn woon-werkverkeer naar Leuven voornamelijk af met een klassieke stadsfiets. Met momenten was dat hard labeur. 5 dagen per week, 40 kilometer per dag op pure beenkracht, door weer en wind. Met mijn stadsfiets van Cortina fietste ik in nog vroegere tijden wel eens van Heverlee naar Brussel, maar eerlijk is eerlijk: Tina had absoluut de looks, maar noch het design noch het stevige gestel om al die kilometers goed te verteren. Een stadsfiets dient om je in en rond de stad te verplaatsen, niet 200 kilometer per week van stad tot stad te fietsen. Al helemaal niet met een mand op je voorwiel: bye bye aerodynamica! Fietsen was vaak stampen en duwen op de pedalen. Juan nam om die reden de afgelopen maanden al enkele dagen per week de dienst over. Een sportfiets rijdt natuurlijk een pak vlotter (hoewel een mountainbike voor sommigen ook een lomp geval is), maar het grote nadeel is dat je enkel een rugzakje kan gebruiken om spullen te vervoeren. Ik had kortom een fiets nodig die sportiviteit met comfort combineerde. Die vond ik in een trekkingfiets van het Duitse merk Gudereit.

IMG_7426b

IMG_7427b

Ik moest een half jaartje wachten op Tony. Hij was mijn geduld absoluut waard! Ik was meteen helemaal hotel de botel in love toen ik hem in de fietsenwinkel zag shinen. Ik koos voor een donkerblauw frame (blauw is altijd goed). Verder heeft Tony vering in de voorvork en onder het zadel, beschikt hij over maar liefst 30 versnellingen en aangepaste handgrepen waardoor ik me een dj aan de draaitafel voel als ik aan het schakelen ben. Donderdag mocht Tony voor de eerste keer van stal voor zijn debuut over de steenweg: eerder een wind- dan een vuurdoop, wel eentje die hij met glans doorstond. Het grootste verschil is simpelweg het comfort dat hij biedt. Zelfs als het waait dat het geen naam heeft (of als die naam Eunice is), dan blijf je het idee hebben dat je aan het fietsen bent en dat die fiets een voorwerp is dat je vooruit helpt, geen ellendig ding dat je noodgedwongen mee moet slepen. Eigenlijk is Tony zoals de ideale marathonschoen: licht, vinnig en wendbaar met een robuuste basis. Om al dat gerief van mij (sportkleding, nette kleding, eten, schoolspullen) over en weer te vervoeren had ik ook fietstassen nodig. Ik koos voor waterdichte tassen van Agu waar behoorlijk wat in kan.

Een nieuwe fiets, dat betekende ook een nieuwe naam. Het is nu eenmaal veel leuker om het over Juan te hebben dan altijd te moeten zeggen “mijn mountainbike” (echte mountains doe ik er trouwens niet mee). Ik had eerst een stoere Duitse naam in gedachten, maar toen ik hem daar zag staan, besefte ik dat die niet bij hem paste. Ik had iets eleganters nodig. Zo kwam ik uit bij de Duitse wielrenner en toptijdrijder Tony Martin met de bijnaam Der Panzerwagen. Tony is eveneens een knipoog naar een hamster die ik ooit had en naar mijn Oma die fan was van de Zwitser Tony Rominger. Een veelbelovende naam met geschiedenis dus. En ja, het is genderstereotyperend van mezelf om mijn snelle fietsen mannelijke namen te geven, maar ik moet de vrouwelijkheid hier in huis (mijn huisdieren zijn allen vrouwelijk) toch een beetje compenseren. Testosteron in fietsvorm dus. Wie weet brengt Tony mij ooit wel verder dan de steenweg. Al werd mijn plan voor een fietsvakantie vooral op wenkbrauwgefrons onthaald door Roos. We zullen zien of daar ooit wat van komt.

Het moment – Klein geluk #4

Ik hou verrassend veel van maandagen*. Doorgaans zijn het productieve dagen waarop ik me weer fris en fruitig voel om een nieuwe week aan te vatten. Vandaag kregen wij zowaar een dagje vrij. Reden te meer om er helemaal voor te gaan. De zon had duidelijk iets goed te maken na een stormachtige zondag. Ik zat op de fiets, liep een rondje en besefte dat het begin van 2022 er echt mocht zijn. Vooralsnog geen grootste gebeurtenissen, maar heel wat kleine geluksmomenten lagen zomaar voor het rapen. De zaadjes zijn geplant, benieuwd wat er binnenkort geoogst kan worden.

  • Aftellen naar de geboorte van babybroer die zich voorlopig nog veilig verstopt in de buik van Marike. Roos en ik organiseerden een naaiweekend in mijn atelier waarbij we alle creatieve registers opentrokken om de nieuwkomer in onze familie van het nodige gerief te voorzien. Zussentijd van de hoogste kwaliteit!
  • Bezoek krijgen van Leah en Marike. Met mijn huisdieren kan ik natuurlijk dik scoren bij een 2,5-jarige. Een keer of 20 was het van Ada aaien (en die liet dat gedwee gebeuren). Alsof het de normaalste zaak van de wereld was, sopte die kleine Lee vervolgens haar speculaas in de chocomelk.
  • Mijn jeugdvriendin Elizabeth die voor de tweede keer mama werd. Julian kreeg een zusje met de prachtige naam Sienna. Zelden zag ik zo’n mooie baby. In de zomer zijn Eli en ik van plan om samen mountainbiketochtjes te maken.
  • Niets dan lovende woorden van de pers over de nieuwe theatervoorstelling van mijn meter die Simone de Beauvoir vertolkt. Ga dat zien!
  • Dromen van Parijs en nog beter, de marathon in Parijs met Roos. Plannen maken, een hotel boeken en de Thalys reserveren… dit lijkt wel 2019. Mensen toch, wat hou ik van de marathon en alles wat die teweeg brengt.
  • Fietsen en lopen met de zon op mijn snoet. Soms ook met wind, daar moeten we eerlijk in zijn, of met regen. En waarom niet 20 kilometer gaan lopen als het weer ronduit stormachtig te noemen is? Wel, om uiteindelijk verzopen, maar toch vooral heel voldaan thuis te komen. Zondag niet gaan lopen dat behoort niet tot de mogelijkheden.
  • Lek rijden langs de Grote Gete en binnen no time weer een redder in nood die mij verder helpt met een te grote binnenband. Held van dienst was de 73-jarige Felix. En ja, ik weet het, zou ik in 2022 niet op alles voorbereid zijn? Nu heb ik mijn lesje écht geleerd. Ik kocht een voorraadje binnenbanden (maatje 27,5) en was best trots toen ik er ook in slaagde om mijn achterband helemaal zelf te vervangen.
  • Een werkdag beginnen met een fietstocht van 20 kilometer, een looprondje van 6 kilometer en dan met lichte spanning, maar wel overdreven energiek in de klas staan. ’s Ochtends sporten dat voelt als voorsprong nemen.
  • Vier keer per week met frisse tegenzin, maar wel heel gedisciplineerd mijn oefeningen van de kinesitherapeut afwerken. De muziek bij uitstek om dat op te doen is die van Queen.
  • De comeback van de debardeur: ik ben fan. Het leek wel elke dag Dikketruiendag met dank aan de ventilatie in de klas en de hallucinante energieprijzen (ook dat nog). De verwarming thuis staat natuurlijk aan, maar toch liever een warmere trui dan een graadje hoger.
  • Stromae die muziekgeschiedenis schrijft door zijn aangrijpende L’enfer live in het journaal van TF1 te brengen. Geef die man alsjeblieft een standbeeld!
  • Ook de revival van de vrouwelijke Nederlandse muziek stemt me hoopvol en goedgezind. Hartjes voor Froukje, Meau en Merol.
  • Een literaire klassieker klein krijgen: op 1 januari begon ik met elke dag voor het slapengaan een paar pagina’s te lezen in het onleesbare (en daardoor ook slaapverwekkende) Ulysses. Bleek het vorige week toch niet toevallig 100 jaar geleden te zijn dat James Joyce zijn modernistische klassieker schreef! Maak je geen illusies: het is wel degelijk onleesbaar, maar ik zit toch maar mooi op pagina 230 en blijf volharden.
  • Gedichtendag op school: wat een plezier! En ook een gesprek in de klas over het gebruik en het nut van een nachtkastje, een meubelstuk dat duidelijk nog niet aan populariteit moet inboeten.
  • De bloei en groei in mijn tuin. Ik vraag me nu af of de natuur overdreven optimistisch is en een inschattingsfoutje heeft gemaakt dan wel een feilloos gevoel voor timing heeft.
  • Ik denk deze dagen veel aan Oma, want die zei altijd dat je het lengen van de dagen begint te voelen met Lichtmis. En natuurlijk heeft ze gelijk.

IMG_7349b

IMG_7340b

IMG_7309b

*Dinsdagen daarentegen, dat vind ik vaak zware dobbers om te verteren.

Gelukkige Gedichtendag!

Yes, het is weer Gedichtendag! De 10e editie kan niet anders dan een groot feest zijn met Ramsey Nasr als boegbeeld en het thema Natuur – bloesemingen en overvloed. Vorig jaar beleefde ik de eenzaamste Gedichtendag ooit: ik zat namelijk in quarantaine, afgesneden van alles en iedereen. Mijn geluk kon niet op toen ik na een week weer naar mijn werk mocht. Dit jaar surf ik op de vijfde coronagolf die ook bij ons op school stevig huishoudt. Redenen genoeg om de klasmomenten eens zo hard te koesteren en er samen met de leerlingen een next level Gedichtendag van te maken. Ik bombardeerde januari tot Poëtische Maand en liet de creativiteit in de klas de vrije loop (met alle gevolgen van dien). Hier volgt een bloemlezing van uitspraken over poëzie van mijn vijfdejaars.

IMG_7285b

IMG_7284b

IMG_7282b

Poëzie is niet tussen de lijntjes schrijven.
Poëzie is lezen in een vreemde taal.
Poëzie is de taal van het hart.

Poëzie is verdwalen in woorden.
Poëzie lezen is stoppen met nadenken.
Poëzie lezen is met je hoofd tegen een gedicht aan lopen.
Poëzie lezen is een hersenschudding krijgen zonder je hoofd te stoten.
Poëzie lezen is met een vergrootglas naar een vlinder kijken.
Poëzie lezen is de relativiteitstheorie proberen te begrijpen.

Poëzie is een complex landschap tekenen met woorden.
Poëzie is durven springen in een oneindige ruimte.
Poëzie is rondlopen in je blootje: je kan helemaal vrij zijn.

Poëzie is als een bus van De Lijn: het rammelt langs alle kanten.
Poëzie is als een kast: je kan er alles in terugvinden of het is pure chaos.
Poëzie is een regenboog zien, maar eerst de regen doorstaan.
Poëzie is woorden neerschrijven die je niet gezegd krijgt.
Poëzie is je gevoelens uitdrukken zonder het tegen iemand te moeten zeggen.

Poëzie spreekt een waarheid zonder inhoudelijk iets te zeggen: hoe meer je de woorden loslaat, hoe meer betekenis ze krijgen.
Poëzie schrijven is zoals bomen die hun bladeren verliezen: gedachten vallen neer en laten hun afdruk na op het papier en op het hart.
Poëzie is wandelen door een donker bos: het duurt soms even om te zien wat er werkelijk voor je staat.
Poëzie is meegenomen worden in de gedachten van een ander zijn bos vol bomen.
Poëzie is de sleutel die je nodig hebt om de kluis van je gedachten te openen.
Poëzie is zoals het monster onder je bed: je kan het negeren, maar het is er altijd.
Poëzie is als een toets: de makkelijkste zijn het leukst en de moeilijkste het leerrijkst.
Poëzie komt binnen als een dief in de nacht.

Cheers op de poëzie!

IMG_7291b

IMG_7292b

Het boek – Door dik en dun

Zou je liever alleen maar dikke of dunne boeken lezen? Als fan van het Dikke Boek kan ik dat dilemma makkelijk beantwoorden. Al geldt voor lezen, net zoals voor lopen, dat variatie het codewoord is. In dikte of lengte, in type, soort, afkomst, leeftijd of wat je verder nog kan bedenken. Er zijn periodes, zomervakanties bijvoorbeeld, waarin ik wat thematischer (of geografischer) lees, maar doorgaans zoek ik juist de afwisseling op omdat een boek dan meer op zichzelf kan staan. Volgens mijn leerlingen is trouwens elk boek van +150 pagina’s een Mount Everest van 8848 meter hoogte die beklommen moet worden. Ooit zei een leerling me bloedserieus: Mevrouw, ik vind Bart Moeyaert echt een goede schrijver… twee seconden was ik helemaal in de wolken met de uitspraak van die jongen (die absoluut geen lezer was) tot de ontnuchtering volgde … omdat hij alleen maar dunne boeken schrijft. Zelf noem ik een boek dun als het (ruim) onder de 200 pagina’s blijft en dik als het vlotjes boven de 400 gaat. Daartussenin bevindt zich de gulden middenmoot.

Er zijn heel wat dunne boeken waar ik helemaal weg van ben. In eigen land zette Dimitri Verhulst al heel wat pareltjes van de dunnere soort op de wereld. Als geen ander begrijpt hij de kunst om een lezer vanaf de eerste zin in een verhaal mee te sleuren en met een beperkt aantal woorden bij z’n nekvel te grijpen. Recent bekroop mij dat gevoel ook bij het wondermooie (en flinterdunne) De gelukzalige jaren van tucht van de Zwitserse Fleur Jaeggy: de paradoxale titel is al een verhaal op zich. Ook het wat toegankelijkere Een heel leven van Robert Seethaler slaagt erin om een heel leven te vertellen met een minimum aan papier. In dit rijtje mag de klassieker Of Mice and Men van Nobelprijswinnaar John Steinbeck niet ontbreken, net zoals Een doodgewoon leven van de Tsjechische auteur Karel Čapek die in elk van zijn boeken niet veel woorden nodig heeft om een personage neer te zetten. Tot slot is ook het alom bejubelde Gloed van Sándor Márai een aanrader als je op zoek bent naar een kort boek dat blijft nazinderen.

Wat sommigen een voordeel van dunne boeken vinden, is voor mij eerder een nadeel: de leestijd is zo beperkt dat ik mijn best moet doen om er niet door te vliegen. Ik probeer mijn leestempo dan bewust naar beneden te halen zodat het verhaal tijd krijgt om zich te wortelen in mijn hoofd. Ik moet me meer focussen om elk woord te laten doorsijpelen. Zowel ik als dat dunne boek moeten harder hun best doen om te blijven hangen. Een dik boek daarentegen dat neemt vanzelf de tijd. Denk aan het clichébeeld van lezen als een vorm van escapisme. Het kloeke boek verandert in een andere wereld waarin je even kan verdwijnen. Terwijl hun levens zich voor je neus ontplooien worden personages echte mensen waar je een band mee opbouwt. Je gaat van ze houden. Of juist niet. Een dik boek stevent zelden rechtstreeks op z’n plotdoel af, maar kabbelt er meanderend naartoe. Het zijn de zijweggetjes die de toon zetten. Je trappelt al eens ter plaatse of staat zelfs helemaal stil. Net zoals in het echte leven verlies je al eens de weg en moet je noodgedwongen een omleiding volgen (al dan niet bewegwijzerd).

Wie liever een spannend en lichtjes absurd uit de kluiten gewassen boek leest die is bij grootmeester Haruki Murakami aan het juiste adres. Lees bijvoorbeeld Kafka op het strand, je zal het je niet beklagen. Ik haalde mijn loftrompet hier al boven voor Grand Hotel Europa van Ilja Leonard Pfeijffer en Het achtste leven (voor Brilka) van Nino Haratischwili. Verre van originele boekentips, maar wat zou ik graag in de schoenen staan van iemand die ze nog niet las. Door gewoon de titels op te schrijven word ik terug gekatapulteerd naar het moment dat ik in hun universum ondergedompeld werd. In november overkwam mij hetzelfde met het magnum opus van Johan Harstad: Max, Mischa & het Tet-offensief, met 1200 pagina’s aan de haak eveneens een klepper van formaat te noemen (die wonderwel goed in de hand ligt). Voor deze drie mastodonten geldt dat ze allesomvattend zijn: het zijn in de eerste plaats boeiende menselijke verhalen, maar ook tijdsdocumenten en lessen (cultuur)geschiedenis.

Uit mijn liefde voor dikke boeken (en Marcel Proust) vloeit logischerwijze voort dat ik ook helemaal kan opgaan in romancycli. Ik heb met andere woorden een zwak voor schrijvers die niet toekomen met één dik boek om hun verhaal te vertellen, die de langdradigheid omarmen en van het principe zijn: waarom kort als het ook lang kan? Ik zit nu halverwege de zesdelige Mijn strijd-reeks van Karl Ove Knausgård. Slechts twee jaar had hij nodig om zijn autobiografische reeks van 3678 pagina’s op papier te zetten. Een verjaardagsfeestje van een paar uur beschrijft hij in een pagina of 80 (dat gaf ik eens als voorbeeld aan Roos om uit te leggen hoe hij zijn tijd neemt om iets te vertellen). Wat mij betreft hadden het net zo goed 180 pagina’s mogen zijn. Bij deze tip hoort een leeswaarschuwing. Het klopt namelijk als een bus wat ze zeggen over Knausgård: er gaat een verslavende werking uit van zijn introspectieve romans. Bezint dus eer ge begint. Voor je het weet zit je in gedachten vast op een verjaardagsfeestje.

Het moment – Ondertussen op de steenweg

Zowat een jaar geleden schreef ik over mijn geliefde en gehate Tiensesteenweg, een – op het eerste zicht – saai stuk asfalt waarover ik dagelijks van en naar mijn werk fiets. Kilometers malen en vreten, nog steeds dus, zo gek ben ik wel. Het gevoel blijft: op een vreemde manier is die weg verbonden met mijn leven. Ook na anderhalf jaar weet die verduivelde steenweg mij te verrassen, in positieve en negatieve zin. Hoog tijd om weer eens de balans op te maken aan de hand van een greep uit mijn steenwegobservaties.

Het gonst nog steeds van de bedrijvigheid op de steenweg. Huizen worden aan sneltempo met de grond gelijk gemaakt en terug opgebouwd. Er wordt tegen de sterren op gerenoveerd en verbouwd (codewoord gyproc), evenals vocht bestreden en daken geïsoleerd. De ene bouwwerf is nog niet weg of een nieuwe lading steigers doemt al op. Bovendien blijkt maandagochtend rond half 9 hét moment te zijn om de voegen van de oprit uit te krabben, onkruid te wieden, wat snoeiwerk te verrichten (tip: leg eerst een zeil om het snoeisel op te vangen) of de auto in het sop te zetten (je kan dan ook terecht bij Willy Wash). Van al die noeste arbeid gaat een mens zich haast schuldig voelen dat hij maar op weg is naar het werk en niet thuis bladeren bijeen staat te harken of de brievenbus afneemt met de stofvod.

Ik heb altijd al een fascinatie gehad voor ochtendrituelen en daar krijg ik er heel wat van te zien krijgen tijdens mijn vroege uurtje op de fiets. Kinderen zitten met een kom cornflakes voor de neus voor zich uit te staren of pikken al wat schermtijd mee. De brievenbus legen in peignoir of – nog heel snel – de vuilniszak aan de deur zetten, lijken eerder vrouwentaken te zijn, terwijl de mannen in de rij staan bij de bakker (het stereotiepe beeld van de man als jager-verzamelaar zeg maar). De hardwerkende zelfstandige staat voor dag en dauw paraat in de zaak. De kapper modelleert voor de spiegel haar eigen kapsel in de juiste plooi voor de klanten toekomen. De horeca-uitbater tuurt met een ernstige (bezorgde?) blik naar de laptop.

IMG_6227b

Qua verdraagzaamheid in het verkeer is er nog steeds werk aan de winkel. Het hoogte- en tegelijkertijd ook dieptepunt was een pamfletactie in Boutersem. Je verzuringsgraad moet wel heel hoog zijn om Koning Fiets door middel van een eigen ontworpen poster (vastgetapet aan élke verkeerspaal) een lesje in verdraagzaamheid te spellen. Ik kon niet anders dan me aangesproken voelen, ook al identificeer ik me niet met een trol op een houten fiets. Sommige buschauffeurs lijken me wel zo te benaderen, dat maak ik toch op uit de soms ronduit agressieve reacties die ik krijg omdat ik het fietspad langs de bushalte durf te gebruiken. Shame on me! En dan zijn er nog de autobestuurders die niet willen beseffen dat de neus van hun voertuig langer is dan hun eigen neus. Daartegenover staan gelukkig ook tal van warme, menselijke gebaren en hoffelijkheid. Wat geldt voor mensen, geldt ook voor de steenweg: er is van alles wat.

Ik waan me dan wel een anonieme getuige van het leven op de steenweg, blijkbaar ga ik toch niet helemaal op in het grijze lint. In het voorjaar werd ik namelijk als een heldin onthaald in Horta Kumtich door eigenaar Dirk. Hij noemde mij de sympathieke fietsende medemens omdat hij me elke dag door weer en wind op de fiets ziet zitten. Hij had soms wel met mij te doen, maar juist daarom was het respect eens zo groot. Sindsdien koop ik natuurlijk al mijn tuingerief bij Dirk. Door die ontmoeting ben ik ook meer gaan stilstaan bij de personen achter andere handelszaken. Wie zijn Erika en Ivan van De Pitstop eigenlijk? Staat Sigrid zelf dagelijks frieten te bakken in de frituur en broodjesbar? En zijn Vera en Betty nog steeds drijvende krachten achter het gelijknamige kapsalon?

Tot slot is de steenweg een plek waar alle levensfasen geruisloos door elkaar heen lopen. De bomma wordt verrast met een wandeling buiten de muren van het rusthuis. De jeugd hangt op de bus te wachten en sloft naar de broodjeszaak. Baby’s worden met trots geïntroduceerd (de ooievaar moet als decoratief element nog niet aan populariteit inboeten). De steenweg is voor mij en velen een onderweg, voor anderen een thuis. Zowel een nieuw begin als een eindhalte. Hoe fragiel het leven is, werd mij nog maar eens pijnlijk duidelijk gemaakt toen een jonge kerel op een zonnige zondagnamiddag (uitgerekend op Valentijnsdag) de controle over het stuur van zijn motor verloor, tegen een boom reed en op de steenweg om het leven kwam. Wekenlang was een boom een bedevaartsoord voor al wie Laurent moest missen. Bloemen werden geplant, kaartjes en brieven opgehangen. Er werd gehuild. Er werd getroost. Ik zag hun rauwe verdriet slechts in een flits, voelde het daarom niet minder intens, nog steeds krijg ik er een krop van in de keel. Ook dat is de steenweg.

IMG_6855b

De boeken die je hebt gelezen…

… vormen samen de vele levens die je zult hebben geleefd. Het zijn niet mijn woorden, maar die van Peter Verhelst. Voor de Stichting Lezen maakte hij een poster die al enige tijd in mijn klas hangt te pronken. En zeg nu zelf: lezen als levensvorm, dat is toch een prachtige gedachte om mee te geven aan jongeren! Lezen is niet stoffig en saai. Lezen is leven in al z’n rijkdom. Wat volgt zijn 28 beschrijvingen van levens die in een boek uit de wereldliteratuur beleefd worden. Puzzelen maar!

De boeken die je hebt gelezen
vormen samen de vele levens die je zult hebben geleefd
Je wordt geboren op een vismarkt zonder geur.
Je rent achter een wit konijn zonder te dromen.
Je loopt een dag rond in Dublin zonder je af te matten.
Je bent een monnik in Italië zonder naar Italië te reizen.
Je bent een serial killer zonder in Manhattan te wonen.
Je trekt een vergiftigde jurk aan zonder te sterven.
Je bent een minnaar zonder in Indochina te zijn geweest.
Je giet een flesje parfum over je uit zonder verslonden te worden.
Je staat op een balkon in Verona zonder hoogtevrees.
Je zingt als een engel zonder ontmand te worden.
Je staat voor een vuurpeloton zonder naar Macondo te gaan.
Je ziet een nimfijn op bed liggen zonder jurk.
Je kunt Beatrice voorbij zien lopen zonder in Firenze op een brug te staan.
Je ontdekt de hemel zonder een meteoriet door je hoofd te krijgen.
Je verandert in een varken zonder verscheurd te worden door je moeder.
Je dobbert met een tijger in een boot zonder zorgen.
Je bedient Napoleon zonder naar Venetië te moeten vluchten.
Je wordt gebonden aan een man zonder betoverd te worden door zeemeerminnen.
Je dwaalt door Barcelona zonder te verdwalen in een bibliotheek.
Je ziet je moeder sterven zonder woorden.
Je verliest je geheugen zonder dat je het zult vergeten.
Je wordt wakker als kever zonder in slaap te zijn gevallen.
Je wordt oeverloos dronken zonder in Mexico te zijn geweest.
Je zwalpt in Bárakstad rond zonder geld, zonder vrouw, zonder dromen.

Je bewaakt een kelder zonder nieuws uit de buitenwereld.
Je gaat op zoek naar zijde in Japan, zonder zijde keer je naar je vrouw terug.
Je jaagt op vrouwen en wild zonder god of gebod in Congo.
Je sterft zonder dood te gaan.

P.S. En nu mogen jullie raden welke bonusopdracht mijn leerlingen kregen over het boek dat ze voor de vakantie hebben gelezen… euh, ik bedoel: hebben beleefd.