De race – Milano Marathon april 2024

De cijfers: mijn 18e marathon was goed voor een 3:09:43 – mijn geboortedatum indachtig is iets met een 3 en 9 altijd goed
De voorbereiding: verliep stram en stijf, al mag ik zeker niet klagen over de kilometers en tempo’s die ik desondanks kon lopen
De race: ik miste mijn start volledig, hoopte tevergeefs op een herrijzenis en pakte uiteindelijk wel het moment van de finish
De herinnering: een 5-daags marathonreisje met Hans om nooit te vergeten, inclusief het goeie leven in Milano

Wat vooraf ging
Het zou oneerbiedig zijn om Milaan een plan C te noemen, al was het dat strikt genomen wel. Parijs was de eerste keuze (maar belachelijk duur), Düsseldorf het alternatief (maar de organisatie gaf er de brui aan). Met Milaan vielen alle puzzelstukjes in elkaar: samen naar Italië in het midden van de paasvakantie. Het was gewoonweg meant to be. Als lopend koppel deel je loopgeluk en -leed. Na een geslaagd najaar, ging het allemaal wat stroever in het voorjaar. Hans liep halverwege februari een spierscheur in de kuit op. Zelf had ik de afgelopen maanden steeds meer last van een pijnlijke rug en dito hamstrings. Ik probeerde me vast te klampen aan de gedachte dat de aanloop naar mijn voorjaarsmarathon nu eenmaal altijd wat meer voeten in de modderige aarde heeft. Ik kon mijn trainingen wel naar behoren uitvoeren, al begon ook de algehele vermoeidheid z’n tol te eisen.

Vlak voor de start
Wie een marathon loopt staat doorgaans héél vroeg op. We werken ons sobere ontbijtje weg en om 6 uur verlaten we het hotel om de metro naar Lanza te nemen. De bag drop area bevindt zich aan het indrukwekkende Castello Sforzesco, op een dikke kilometer van de start- en finishzone. Een roze lucht tekent zich af. Voorzichtig laten de eerste lopertjes zich zien. Onze plastic tas van de organisatie moeten we afgeven aan tentjes. Eén probleem: anderhalf uur voor de start is er nog helemaal niemand aanwezig om onze spullen in bewaring te nemen. Rond 7u15 ontfermt een relaxte Italiaan zich over onze tas en kunnen wij aan de stadswandeling richting start beginnen. Ik voel de marathonkriebels in mijn hele lijf, ik heb er zin in! Hans daarentegen sterft een stille dood van de zenuwen. Zijn geduld zal nog een uurtje op de proef worden gesteld. Na een selfie aan de Duomo, gevolgd door een blokje om richting startvakken schijnt de zon. Ik mag helemaal vooraan vertrekken met een schitterend zicht op Piazza del Duomo. Tot mijn ogen over de grond dwalen. Mijn voeten zijn omringd door de allernieuwste, -snelste én -prijzigste Vaporfly’s van Nike die in behoorlijk wat plassen urine staan te dabberen. Plassen in een startvak: wie zijn die mensen? Het contrast met de gotische grandeur is groot.

IMG_3866b

De race
Met een lekkere beat en een wit-roze confettikanon worden we om 8u30 stipt op gang geschoten, qua feestelijk karakter kan dat tellen. Al is de feeststemming bij mij meteen verdwenen. Na 50 meter nemen we een bocht naar rechts met een kleine opstopping tot gevolg. Bovendien is Milaan geplaveid met wat ik een brede, platte kassei zou noemen. Een Italiaanse steen die voor veel reliëf zorgt en elke poging tot tempo maken de kop indrukt. Niks moment van de start pakken. Het is jaren geleden dat ik een openingskilometer zo traag liep. De tweede kilometer lijkt beterschap te brengen. Ik focus op mijn eigen voeten en niet op die ellendige Italiaanse kasseien. Waar ik vorig jaar in Rotterdam na 3 kilometer dacht: vandaag loop ik de marathon van mijn leven en duik ik onder de 3 uur, denk ik nu: vandaag wordt niet mijn dag. Het lijkt alsof ik vertrokken ben met 10 kilometer extra in de benen. Ik voel niks frisheid of souplesse. Mijn eerste 5 kilometer tank ik geen vertrouwen. Ik moet mezelf nu al aanvuren om mijn benenwagen draaiende te houden en kilometertijden van 4’10” te lopen, een tempo dat in deze fase van de race makkelijk zou moeten aanvoelen.

HDXA8588

Tot overmaat van ramp zijn er na mij 4 pacers gestart voor de felbegeerde eindtijd van 3 uur. Samen vormen ze een stevig peloton van mannen die er zin in hebben. Ik word met andere woorden opgejaagd door het sub3-beest dat mij geleidelijk aan – zonder enige vorm van genade – wil oppeuzelen. Ik blijf nog steeds een kilometertje of 10 extra in mijn benen voelen. Het soepele tempo zit niet waar het zou moeten zitten. Van een tred met ease is absoluut geen sprake. Waar ik mijn laatste marathons steeds kon aanvatten zonder diep in het krachtenarsenaal te tasten, lijk ik nu geen greintje op overschot te hebben. Stiekem blijf ik ergens de ijdele hoop koesteren dat er weldra een mirakel zal plaatsvinden. Ik zie mezelf aan mijn laptop zitten terwijl ik mijn raceverslag schrijf en typ: en toen vond de grote ommekeer plaats en brak ik erdoor. Mijn visualisatie heeft niet het gewenste resultaat. Ik heb 10 kilometer gelopen en het doet al pijn.

Ondanks het gebrek aan een goed gevoel herinner ik mezelf eraan dat ik hier in Milaan aan het lopen ben, een stad die nu al een onvergetelijke indruk nalaat. Ik probeer mentaal de knop om te draaien. Vandaag zal ik niet de marathon van mijn leven lopen. Vandaag zal ik wel een marathon lopen en dat is hoe dan ook iets om trots op te zijn. Vandaag schiet ik niet vooruit als een onoverwinnelijke raket. Vandaag ga ik nog eens ouderwets afzien. Vandaag weet ik uit ervaring dat het moeilijk ook kan. Vandaag zal het aan de finish voelen alsof ik 52,2 kilometer gelopen heb. Vandaag zal ik geen sub3 lopen, maar een plus3. Na 13,48 kilometer gebeurt het onvermijdelijke en word ik voorbij gedenderd door de sub3 pacers. Vandaag zullen er geen mirakels geschieden.

Met 15 kilometer in de benen en een dik uur aan de loop, tel ik af naar het halfway point. Ook het laatste grammetje adrenaline is inmiddels uitgewerkt. Ik val helemaal terug op mezelf. Ergens vind ik het lachwekkend dat ik nu al uitgeteld ben. Hoewel ik niet de tempo’s haal die ergens diep verscholen zitten, blijf ik hopen om een fijn ritme te vinden. Mijn kilometertijden glijden namelijk alle kanten uit. De cruise control laat het afweten. Na 17 kilometer loop ik op een troosteloze autoweg richting Niemandsland als ik voor mij een singlet van het Joggers Team Tienen zie. Huh? Mijn hometown Tienen hier in Milano? Het moet niet gekker worden! Helaas ontbeer ik elke vorm van energie om de potentiële streekgenoot die drie meter voor mij uit loopt bij te benen. Ik beschik noch over het stemvermogen, noch over de sociale daadkracht om een moment van verbroedering te creëren. Bovendien werkt het parcours niet bepaald mee. Er zitten wat oplopende stukken in en smooth is het asfalt niet te noemen. Voor sfeer en gezelligheid moet je niet op de Via le Scarampo zijn.

Terwijl het bij mij voor geen meter loopt, denk ik vaak aan Hans. Ik hoop dat hij het een beetje naar z’n zin heeft en dat hij op schema ligt om onder de 3u30 te duiken. Ik probeer zijn nabijheid te voelen en daar kracht uit te halen. Ondertussen loop ik naar de Monte Stella: een park met berg dat absoluut een bezoekje waard zal zijn, maar ik zie er helemaal niets van. In de omgeving kan ik dus geen afleiding vinden. Ik loop inmiddels helemaal alleen. Nooit eerder voelde het halfway point bereiken als een prestatie. Met een tussentijd van 1:30:54 heb ik ook geen reden tot dramatiseren. Het gaat niet lekker, maar ik loop nog steeds een aardig tempo. Helaas voel ik ook mijn rug en bovenbenen kilometer per kilometer stijver worden. Mijn hamstrings tekenen protest aan. Nu al. Ik verlies onverbiddelijk terrein. Een tijd rond de 3:15 lijkt een realistisch doel om na te jagen. Een mooi doel ook. De tijden mogen dan veranderd zijn, ik kan de dingen heus wel in perspectief plaatsen. Enkele jaren geleden zou ik hier zonder twijfel voor getekend hebben.

IMG_3921

Na 22 kilometer vind ik wat verstrooiing in een gelletje. Ik scheur het lipje eraf, maar ik krijg er geen druppel uitgeperst. Ik blijf wat bijten en trekken gedurende een kilometer of 2. Deels uit frustratie, deels uit verveling. Ondertussen kijk ik uit naar kilometer 25. Dat klinkt gewoon goed en dat zit ik ruim over de helft. De finish lijkt zich echter 20 lichtjaren in plaats van 20 kilometer verder te bevinden. Van de Ippodromo San Siro krijg ik weinig mee. Ik zie wat slordige tekeningen van een paard op een betonnen muur. Al denk ik ook dat mijn observatievermogen niet op scherp staat: het Stadio Guiseppe Meazza ontsnapt volledig aan mijn aandacht. Als ik de 25 kilometer aantik ben ik op het saaiste punt van het parcours. Het Parco di Trenno zal ongetwijfeld een groene oase van rust zijn, het ding is dat als je rond een park loopt je eigenlijk helemaal niets ziet van dat park. Jammer.

Ik ben blij dat de zon schijnt. Het voelt aangenaam warm aan. Mijn tijden schommelen rond de 4’30”. Ik zit nog steeds met 10 kilometer extra in mijn benen. Alles gaat steeds stroever aanvoelen. Het lijkt alsof mijn voeten amper van de grond komen en dat ik er zomaar over zou kunnen struikelen. Eén ding kan ik jullie trouwens wel vertellen over het Parco di Trenno: het is bijzonder groot. Aftellen dus naar kilometer 30. Dat voelt toch alsof de finale in zicht is. Bovendien vertelt mijn parcourskennis me dat we dan in een min of meer rechte lijn naar de finish lopen. Eventjes – heel eventjes – lijkt het ook beter te gaan. Heel af en toe komt er toch iets van vlotheid in mijn benen gekropen. Soms loop ik dus nog best goeie kilometers, maar er valt geen peil op te trekken. Ook mijn Garmin lijkt het noorden wat kwijt te zijn. Sommige van mijn kilometertijden zijn simpelweg te snel, andere dan weer te traag. Ik probeer me daar niet te veel van aan te trekken.

Na 32 kilometer lopen we rond een vijver in het Parco del Portello. Leuk voor de afwisseling in ieder geval. Al loopt de weg echt vlak langs het water, de vijver is op geen enkele manier afgeschermd. Ik vertrouw mijn benen voor geen meter. De angst bekruipt me om in het water te vallen: vandaag acht ik niets onmogelijk. Nog een streepje natuur volgt als we wat later richting een grote weg lopen met zo waar enkele off-road meters voor de voeten. Ik moet natuurlijk meteen aan Hans denken. Achteraf zou ik horen dat hij hier allesbehalve in zijn nopjes was en het oplopende stuk net zo goed vervloekt heeft. Volgens het gezegde begint de marathon pas op 35 kilometer, maar ik heb dat eigenlijk nooit zo ervaren. Natuurlijk doet alles op dat moment pijn. Je lichaam roept om alsjeblieft te stoppen met lopen, maar net dan voel ik ook hoe het in mij zit om gewoon te blijven lopen en hoeveel voldoening het me geeft dat ik dat nog kan. Gewoon blijven lopen dus. De finish lonkt.

Als ik op kilometer 36 naar de Arco della Pace loop (de Arc de Triomphe van Milaan zeg maar), weet en voel ik dat het einde van mijn lijdensweg in zicht is. Naar mijn gevoel kruip ik nog steeds meer dan dat ik loop, maar de cijfers tonen ook dat mijn perceptie van de werkelijkheid wat negatiever gekleurd is. Ik heb 36 kilometer gelopen in 2u36, een snelle rekensom leert mij dat ik nog steeds onder de 3:10 kan finishen. Toch een pak sneller dan wat er in mijn hoofd aan het gebeuren was. Langs het Parco Sempione is het bovendien gezellig druk met enthousiaste supporters. Het klinkt van dai dai dai en brava hier en daar. Ik kan niet anders dan lachen. Ik probeer dit moment als een spons op te nemen. Zie mij hier eens een marathon lopen. Onder de Italiaanse zon, met veel moeite, maar nog steeds belachelijk snel. Na 38 kilometer laat de eerste DJ van zich horen en kan het aftellen écht beginnen.

De laatste kilometers van de marathon zijn zowel de saaiste als de spannendste. Wat op die zonnige zondag in Milaan overheerst is ongeloof, dat het er echt weer bijna op zit. Ik krijg de Italiaanse Tiziana Scorzato in mijn vizier. Ze viel me al op in het startvak: haar kleine tengere lichaam ademde één en al marathon. Het feit dat ze in de F50 categorie loopt, maakt haar verschijning er niet minder intimiderend om. Tiziana lijkt nog steeds vlotjes vooruit te gaan. Het verbaast me dan ook dat ik in haar buurt kan finishen. Ik besef nog maar eens dat ik mijn eigen prestatie, ook vandaag met loden benen, geenszins mag minimaliseren. Ik snak nu echt naar de finish. En jawel hoor, daar is ie dan: de laatste bocht naar rechts. Het gejoel in, langs de Duomo met luide en enthousiaste toeschouwers langs de zijlijn. Ik probeer het moment zo bewust mogelijk in me op te nemen. Vandaag liep het niet bepaald over een leien dakje, maar over een Italiaanse steen die ik in heel mijn lijf gevoeld heb. Ik geef nog alles wat ik in me heb om onder de 3:10 te kunnen eindigen. Er staat 3:09:43 op de roze klok. Potjandorie, ik heb het gehaald!

IMG_3832b

Ik zie op mijn horloge dat het 11u40 is. Ik heb dorst en ik voel nu ook echt de warmte van de zon. Een frisse Hipro van Danone lest mijn dorst en vult de brandstofvoorraad weer aan. Ik zou Hans heel graag over die finishlijn zien lopen, maar ik voel ook dat ik te weinig tijd heb om me door de drukte heen terug naar het plein te begeven. Ik wacht hem dus op in de finishzone. Na een goeie 20 minuten is hij daar al: mijn man die ondanks zijn aversie voor asfalt, voor grootse evenementen en de marathonafstand, ondanks een spierscheur, een zouttekort en duizeligheid het klaarspeelt om te finishen in 3:27:14. Wat een ongelooflijk knappe prestatie! 4 uur lang hebben we elkaar moeten missen: we hebben allebei zwaar afgezien en veel meegemaakt. We hebben elkaar kortom veel te vertellen.

De conclusie
Milaan is een prachtige stad en de Milano Marathon is zeker een geslaagde stadsmarathon. Het evenement is goed georganiseerd, al is het ook allemaal een beetje op z’n rustig-aans Italiaans. Dankzij de start- en finishzone in het hart van de stad staat de marathon ook garant voor een mooie stadsbeleving. Saaie stukken buiten het centrum zijn onvermijdelijk. De organisatie belooft een snel parcours. Dat klopt deels. Er zijn toch wel enkele wat lastiger beloopbare stukken, de hoogtemeters en het aantal scherpe bochten blijft echter beperkt. Ook de grootte van het deelnemersveld strekt tot de aanbeveling. Je bent wat sneller op jezelf aangewezen, maar je blijft ook gespaard van de grote drukte en chaos die met de massa gepaard kunnen gaan. De grootste beproeving is om je als buitenlander in te schrijven. Reken op het nodige papierwerk. Wat is er echter mooier dan de marathon en het leven te vieren onder de Italiaanse zon? Warm aanbevolen dus!

Nog enkele weetjes

  • Ik eindigde als 25e vrouw en 5e in mijn leeftijdscategorie. De Ethiopische Gebeyahu Tigist Memuye mocht de winst op haar naam schrijven met een tijd van 2:26:32. De eerste Belgische vrouw was niemand minder dan Lotte De Vet, winnares van de Hel van Kasterlee. Zij legde haar marathon af in 3:05:07.
  • 885 vrouwen bereikten de finish. Op een totaal van 6920 finishers is dat toch wat minder dan bij een gemiddelde stadsmarathon. Bij de mannen bracht Kipkosgei Titus Kimutai de winst naar Kenia in 2:07:12.
  • Op zoek naar mijn potentiële streekgenoot kwam ik in de uitslag land- én jaargenoot Jonas Sierens tegen die met 2:59:59 de meest spannende sub3 liep.
  • Ik werkte in totaal 4 sportgels weg. Mijn persoonlijk minimum ligt op 3, mijn maximum is 5. Netjes dus.
  • Hans bleek net zoals ik schrik te hebben om in de vijver van het Parco del Portello te belanden.
  • Dit was de eerste marathon die ik liep met mijn pet achterstevoren, daar zat niet echt een idee achter.
  • Bevoorradingsposten worden doorgaans bemand door de jonge garde. Denk aan de plaatselijke jeugdbewegingen. Dat was nu net even anders: ik schat de gemiddelde leeftijd van de vrijwilligers op een jaar of 60. Hoe dan ook, zonder vrijwilligers geen evenement.
  • Een bevoorrading met plastic flesjes is niet milieuvriendelijk, maar toch wel het allergemakkelijkste voor een loper. Dank dus aan sponsor Levissima. De flesjes lagen dankzij de wat plattere vorm ook nog eens perfect in de hand.
  • Op de parcourskaart stonden tal van DJ-punten aangeduid. De enige DJ die ik opmerkte, was die op kilometer 38. En ik was echt niet zo ver heen dat ik een DJ onopgemerkt voorbij zou lopen.
  • Hans bevestigde nadien dat mijn Garmin kuren had en dat mijn kilometertijden soms niet accuraat waren. Mijn route vertoonde wat afwijkingen op rechte stukken, waardoor ik dus meer of minder meters aan mijn broek kreeg dan wat ik daadwerkelijk liep.
  • De medaille was uiteraard roze. Hoofdsponsor Wizz Air gaf die de vorm van een vliegticket. Het blauw-roze lint kon wel wat goedmaken. Al mag ik ook niet te negatief zijn. Mijn stadsoutfit ’s avonds bleek namelijk in de kleuren van de medaille te zijn, waarop Hans opmerkte: jij bent gewoon de medaille!

IMG_3887b

Het moment – Een roze wolk in Milaan

Ik ga niet beweren dat de Milano Maratona de marathon van het dolce far niente was. 42,195 kilometer lopen laat zich moeilijk rijmen met de kunst van het zalige nietsdoen en de gelukzalige ontspanning. En toch is de gedachte van het goeie leven in Italië de herinnering die ik levendig wil houden als ik terugdenk aan het prachtige verhaal dat ik met Hans mocht beleven in Milaan. Op sportief vlak laat het verslag zich samenballen tot de vaststelling dat we allebei afzagen onder de Italiaanse zon en over de Milanese straatstenen. Hans verpulverde zijn PR en liep een knappe 3u27 op de tabellen. Zelf sleepte ik een 3u09 uit mijn, zoals al eerder gezegd, stramme lichaam. De conclusie is dat we niet anders dan met voldoening kunnen terugblikken op onze marathon en de volledige omkadering waar die deel van uitmaakte.

Een terugkerend thema is het fuchsia roze waar de Italianen zo van houden om een sportief evenement aan te kleden. Mijn 18e marathon leverde mij voor het eerst een roze medaille op. Ook het witte finishershirt met roze details zou ik eerder bestempelen als “niet mijn smaak”. Anderzijds zag ik zelden zo’n mooie zonsopgang als de roze lucht aan Castello Sforzesco vlak voor de start en zorgde de roze finishboog aan de majestueuze Duomo voor een stijlvolle omlijsting. De uitdrukking van de roze marathonwolk is hier dus letterlijk te nemen. We leefden braafjes toe naar zondagochtend. Geen wijntjes tijdens die eerste dagen in Milaan, wel voldoende koolhydraten en een poging om het aantal stappen te beperken. Al blijft dat een lastig evenwicht als je in een stad bent waarin je ondergedompeld wil worden.

Milaan bracht ons de marathon en de marathon bracht ons Milaan. Wat een stad! Ik kan jullie nu al zeggen dat ik mijn thuis in Italië gevonden heb. We verloren beiden ons hart aan de bruisende, kleurrijke en sympathiek chaotische stad waar het wemelt van de verhalen. Ik mis de cappuccino die er straffer is dan bij ons. Ik mis de terrasjes op Brera. Het Italiaans galmt nog na in mijn hoofd. Milaan smaakt vooral naar meer, er is nog zoveel te beleven en ontdekken. Ik heb een stukje van mezelf achtergelaten in Milano, maar ik heb ook een stukje Milaan meegenomen naar Tienen.

In afwachting van het volledige raceverslag is het hoog tijd voor de bedankingen. In de eerste plaats aan jullie, mijn dierbare bloglezertjes, die mijn avonturen zo trouw volgen en me de zin geven om mijn ervaringen en gedachten neer te schrijven. Dankzij jullie heeft mijn blog me al zoveel gebracht. Ik maak eveneens een diepe buiging voor mijn vriendjes die aan het thuisfront intens hebben meegeleefd. Door te duimen en te denken of als een malle te volgen in de marathon-app. Een eervolle vermelding is hier weggelegd voor mijn maatje Sam. We stonden 4 marathons na elkaar zij aan zij in het startvak en telkens werd ik door hem opgewacht aan de finish. Sam deed nu hetzelfde vanop afstand: na een uitgaansnacht bleef hij op om mij op de app te kunnen volgen en aanvuren. En of ik dat gevoeld heb!

Het was de eerste marathon die ik liep zonder familielid langs de zijlijn. Het voelt een beetje alsof ik op 38-jarige leeftijd nu plots een volwassen vrouw ben wiens handje niet meer vastgehouden moet worden, die sterk genoeg is om op haar eigen benen te staan. Ik zou nooit 18 marathons hebben kunnen lopen zonder de steun van mijn gouden familie, mijn rotsen in de branding en een onuitputtelijke bron van inspiratie. In het bijzonder Roos was in gedachten heel dichtbij: mijn sisje dat de afgelopen jaren zo goed voor mij heeft gezorgd. Dankzij haar ben ik nu de vrouw die weer op avontuur durft te gaan. Mijn laatste woorden zijn uiteraard voor Hans, mijn allerliefste en allerbeste. De man die me zoveel liefde en vertrouwen geeft, die zo gek is om met mij marathons te lopen en die me vooral laat voelen hoe mooi het leven is.

Grazie mille a tutti!

DNPK3006

13 marathonweetjes op weg naar Milaan

Met startnummers 5203 en 5204 zal het zondag gebeuren. Dan lopen Hans en ik de marathon in Milaan. We zullen ook 5 dagen in die stad verblijven en om in Thema 5 te blijven: Roos en Joni liepen maandag hun 58 kilometer van De Jogclub Ultra in 5 uur en 16 minuten. Een marathon in Italië dus, een avontuur waar we al enige tijd reikhalzend naar uitkijken. Want zeg nu zelf: hoe bijzonder is het om als koppel een marathon te lopen in een bruisende stad waar je op elke straathoek (daar ga ik voor het gemak toch van uit) een koffietje kan drinken? Op de prosecco is het wachten tot zondag als we met stijve beentjes zitten na te praten over wat we hebben meegemaakt op onze looptocht van 42,2 kilometer. In afwachting daarvan vuur ik graag 13 willekeurige marathonweetjes op jullie af.

  • Het toeval wil dat Hans en ik allebei debuteerden op de marathonafstand in 2015. We deden dat bovendien allebei op Nederlandse grond. Waar die eerste marathon voor mij absoluut naar meer – véél meer – marathons smaakte, proefde Hans vooral meer off-road en hoogtemeters. Zijn debuuttijd was trouwens sneller dan de mijne. Dat belooft.
  • Ik zal in Milaan voor de derde keer op mijn blauwe Zoom Vaporfly’s Next% 2 van Nike lopen. Met drie marathons en een handvol halve afstanden naderen mijn snelle carbonschoenen het einde van hun maximale energieteruggave. Een reden te meer om ze nog eens goed de sporen te geven, want hun opvolgers zijn een pak duurder geprijsd.
  • Hans is schoengewijs een trouwe Asics-fan. Hij zal zijn marathon lopen op een nieuw paar van de GT2000 11. In het blauw, net zoals zijn sokken en shirt. Met een petje ook. Helemaal matchy met mij dus, maar niet met de kleur van de Wizz Air Milano Marathon, die wordt getypeerd door fuchsia. Die Italianen met hun roze, ik snap het toch niet helemaal.
  • Als marathonloper bevind ik me momenteel in een schoenencrisis. Ik blijk veel meer trail- dan wegschoenen te hebben. De afgelopen maanden liep ik ook vaker op een trailschoentje dan met een gladde zool. Als je niet alleen op de stoep of de weg wil lopen, is modder namelijk onvermijdelijk. Daardoor voel ik me meteen sneller als ik met een wegschoen loop omdat die simpelweg lichter zijn.
  • Het voorjaar van Hans kende een dramatische wending toen hij in februari een spierscheur in de kuit opliep tijdens de Ferme Toer Trail in Binkom. 7 weken voor je een marathon wil gaan lopen is dat verre van het ideale scenario. Gelukkig bleek zijn ijzersterke carrosserie weer helemaal klaar voor de trainingsarbeid na twee weken fietstrainingen.
  • Mijn marathontrainingen waren gevarieerder dan ooit. Nooit eerder liep ik zoveel duurlopen in het bos of over een geaccidenteerd parcours. Zo waren we vaak in Tervuren te vinden voor een prachtige toer door het Zoniënwoud. Dinsdag was dan weer steevast mijn snelheidsdag langs de Vaart. De laatste weken liep ik ook een paar keer rondjes op de piste voor het betere intervalwerk.
  • De start- en finishzone liggen op het Piazza del Duomo, aan historisch karakter dus sowieso geen gebrek. Bovendien zijn er ook heel wat DJ-punten op het parcours en lijk je nooit echt weg van de stadskern te lopen. Met 120 hoogtemeters en veel lange rechte stukken zou het ook een behoorlijk snelle omloop zijn. Milaan is nu al een rasechte stadsmarathon wat mij betreft.
  • De inschrijving had wat voeten in de aarde. Een pdf-document van 14 pagina’s legt uit welke inschrijfopties er zijn en welke documenten je moet voorleggen. Italianen houden blijkbaar van papierwerk. Een cursus Italiaans lijkt aangewezen als je de officiële informatie over het evenement wil volgen. En als je denkt dat alles eindelijk in orde is, dan worden groene vinkjes op de bevestiging plots rode kruisjes. Zucht.
  • We vertrekken zondag om 8u30. Dat is vroeg, maar ons hoor je niet klagen. Het zonnetje belooft namelijk te gaan schijnen. Hoe vroeger we vertrekken, hoe koeler we kunnen lopen. Met een starttemperatuur van een graad of 10 zullen we in ieder geval niet staan klappertanden in het startvak en als we finishen met een graad of 20 zullen we ook niet meteen kou vatten.
  • Milaan is mijn 18e marathon. Ik weet niet heel goed wat ik ervan mag verwachten. Fysiek lijk ik niet topfit te zijn door aanhoudende rugpijn, ook het oud zeer van mijn hamstrings blijft opspelen. Anderzijds kon ik mijn trainingen best wel naar behoren afwerken en heb ik niks te klagen over de tempo’s en de trainingsvolumes die ik haalde. Het deed alleen wat meer pijn en kostte me net wat meer moeite. Afwachten dus wat ik uit mijn wat strammere lijf kan schudden.
  • Het is hoe dan ook een marathon van eerste keren: de eerste in Italië, de eerste met vliegreis, de eerste zonder familie, maar wel met man aan mijn zijde. De eerste ook met wedstrijdlicentie, al maakt dat in de praktijk weinig verschil.
  • Er komen nog meer eerste keren aan. We schreven ons deze week in voor het Europees Kampioenschap marathon dat op 13 april 2025 zal doorgaan. Een marathon in lijn van Brussel naar Leuven: daar moet ik bij zijn! In het najaar staat 29 september met stip genoteerd, want dan staat de Marathon der Marathons op het programma: die van Berlijn.
  • Mijn 2u54 in Antwerpen was goed voor een 19e plek op de Marathonranglijst van de Belgische vrouwen in 2023. Ik ben dus top 20 in een Olympische discipline. Daar kan ik niet anders dan heel trots op zijn!

Marathonpraat – Voorbeschouwing op Milaan van Hans

Binnenkort trekken Joke en ik naar Italië om er de marathon te lopen. Dat is altijd een speciale gebeurtenis, ook al heb je er, zoals Joke, al heel wat gelopen. Het blijft tenslotte “de marathon”, zo mogelijk de meest tot de verbeelding sprekende loopwedstrijd, en bovendien gaan we hem lopen in Milaan. Het wordt voor ons beiden de eerste kennismaking met deze prachtige stad die samen met Parijs toonaangevend is op het gebied van de haute couture en bovendien de geboorteplaats van schrijver Paolo Cognetti.

Voor mij persoonlijk komt er echter nog een extra dimensie bij. Ik loop intussen al heel wat jaren met best wel wat kilometers op de teller en hoewel ik tijdens trainingen en wedstrijden al meermaals de marathonafstand of zelfs langer gelopen heb, heb ik in mijn loopcarrière slechts aan één officiële marathon deelgenomen. In 2015 liep ik in Eindhoven mijn eerste en voorlopig laatste marathon. Kort daarna heb ik besloten dat stratenlopen niet mijn ding zijn en dat ik me voortaan zou “beperken” tot (ultra)trailwedstrijden, het liefst in de Ardennen.

Ik hou van het onvoorspelbare en avontuurlijke karakter van trailwedstrijden; terrein, hoogtemeters, weersomstandigheden, afstand… het zijn allemaal factoren die deze wedstrijden nauwelijks vergelijkbaar maken. En dat is best wel comfortabel, want je wordt niet telkens geconfronteerd met het feit dat je een “betere of slechtere” wedstrijd gelopen hebt dan de voorgaande, wat met de meeste stratenlopen wel zo is. Ook de ontspannen en ongedwongen sfeer die je steevast bij elke trailwedstrijd ervaart, spreekt me heel erg aan. Ik huiver bovendien bij het idee om geruime tijd voor het startschot als vee in een startvak gedreven te worden wat bij stratenlopen dan weer gebruikelijk is.

Maar dan komt Joke Odeyn in je leven, een rasechte marathonloper die gelukkig ook houdt van de trails, al dan niet in wedstrijdvorm. En dan stel je vast dat je het als fanatieke loper niet altijd prettig vindt om aan de zijlijn te staan als er een wedstrijd gelopen wordt, ook al vindt die plaats op het verfoeide asfalt. En voor je het weet gaat de dure eed aan de kant en schrijf je je toch weer in voor een echte marathon. Vorig jaar was er in november al een voorproefje met een deelname aan de halve marathon van Kasterlee, maar die kan je met wat verbeelding nog een halve trailwedstrijd noemen. In Milaan wordt het echter menens; 42,195 kilometer dokkeren over het asfalt tegen de onverbiddelijke klok en kilometertijden die niet liegen. Met een mengeling van opwinding en angst kijk ik ernaar uit, geen idee wat ik kan verwachten.

Of ik weet het eigenlijk wel. We gaan sowieso samen een heerlijke reis naar Milaan beleven, en ook van de marathon zal ik genieten. Mijn 52 jaar oude lijf nog eens voluit de sporen geven, helemaal tegen mijn natuur in het moment van de start pakken (zoals ik van Joke geleerd heb), en dan kilometers lang gààn doorheen het prachtige decor van Milaan. En als ik in dat startvak sta, als vee samengedreven onder de ongetwijfeld luide beat van een of ander opzwepend nummer waar ik verder niks mee heb, dan zal ook ik kippenvel krijgen en stiekem genieten van dat moment, al zal ik dat als doorgewinterde trailloper op geen enkele manier laten blijken.

Loperspraat – Twee zusjes op pad in Den Haag

Maart is de maand van de magnolia. Tijd dus om naar Den Haag te vertrekken en er de CPC te lopen. De City Pier City is een halve marathon waarbij je van de Haagse binnenstad over de boulevard, langs de zee en de pier loopt om dan weer de stad in te duiken. Een vaste waarde op de sportieve kalender. Niet alleen omdat het een prachtig evenement is, maar net zo goed omwille van het logeerpartijtje bij onze familie in Nederland. Roos stapte in de auto met een joekel van een reiskoffer en ook de marathon in haar benen nam wat plaats in. Mijn trolley was wat bescheidener van aard, fysiek heb ook ik al frissere tijden gekend. De laatste maanden spelen mijn rug en hamstrings steeds meer op. Trainen en kilometers maken lukt, maar de zeurende pijn moet ik op de koop toe nemen. Roos had eigenlijk wel zin om een PR uit de benen te schudden. Zelf wilde ik elk excuus aanwenden om niet de race van mijn leven te lopen. De CPC is al lang niet meer het orgelpunt van ons weekendje Den Haag. Veel familiale gezelligheid en gebabbel, koffietjes drinken op een terras en een bezoek aan vintageboetiek Zusjes maakten ons uitje compleet. Ik deel dan ook graag de 5 gedachten rond het sportieve gebeuren die bleven hangen.

Een applaus voor de strijdende loper
Roos vertrouwde me toe dat ze soms het Malieveld en de typerende skyline googelt als ze Den Haag mist. Het Malieveld (eigenlijk gewoon een gigantisch grasveld) herbergt het volledige evenementendorp. Er is altijd ambiance en we maken er ook altijd een rommelige foto van ons twee. Voorafgaand aan de halve marathon worden een 5 en 10 km wedstrijd gelopen. In afwachting van onze eigen start zetten wij ons in de laatste bocht om de staart van de 10 km lopers naar hun finish te schreeuwen. Zwaar afzien en ultiem loopgeluk kunnen heel dicht bij elkaar liggen. We lieten onze stem horen voor elke strijdende loper. Het deed ons beseffen welke weg we zelf hebben afgelegd. Ook bijzonder was de Ada die we luidkeels aanmoedigden en die ons met een subtiel handgebaar bedankte. Nadat ik op 1 maart afscheid moest nemen van mijn kat Ada beschouw ik dat toch als een teken dat ze erbij was (ook al had ze niks met mijn lopersleven).

Een indrukwekkende minuut stilte voor Kelvin Kiptum
Op 11 februari overleed de snelste marathonloper ter wereld op amper 24-jarige leeftijd. Kelvin Kiptum kwam om het leven bij een auto-ongeluk in Kenia. Dat hij nooit een sub-2 marathon zal lopen is jammer voor de sport, veel tragischer is zijn verlies voor de familie die hij achterlaat. In 2020 liep Kiptum de CPC loop in een hallucinant snelle 59 minuten en 58 seconden. Hij was er nu ook weer bij, in de gedachten van iedereen die het muisstil maakte in het startvak om nadien eens zo hard te beseffen wat een feest lopen is. Publiekslieveling Abdi Nageeye won de race trouwens in 1 uur en 21 seconden, een nieuw Nederlands record. Ook hij was wellicht met zijn hoofd bij KK.

Een snelle start, een instorting en een verrijzenis
Het moment van de start pakken is mijn handelsmerk waar menig loper uit mijn omgeving wel eens lacherig over doet. Geheel terecht, als duurloper moet je geen snelle start willen nemen. Ik probeer mezelf dus echt wel in te tomen: door nog steeds raketgewijs weg te schieten, maar niet meer door te willen duwen bij elke stap die ik zet. Kortom geen plankgas vanaf kilometer 1, maar op zoek gaan naar een soepele tred en me concentreren op mijn voeten die semi-moeiteloos over het asfalt tikken. 10 kilometer ging me dat behoorlijk goed af. Met kilometertijden rond de 4″00′ voelde ik de inspanning, maar ook wel dat de benenwagen behoorlijk bolde. Tot ik wat minder beschutting had van het pak en ik de wind begon te voelen. De moed zonk me in de schoenen. Mijn elegante cadans was veeleer hoekig gestamp geworden. Niet doorduwen, ik bleef het mezelf voorhouden, maar ik verloor terrein en dat hakte er mentaal even stevig in. Uiteindelijk beleefde ik wel een heropflakkering in de finale: vanaf kilometer 17 voelde ik me weer sterker worden en maakte ik wat tijd goed. Ik slaagde er zelfs nog in om te genieten van de allerlaatste rechte lijn richting finishboog.

Een beetje doodgaan is onvermijdelijk
Ik gaf mezelf 1u27 om mijn halve marathon te lopen, dat is het equivalent van het marathontempo dat ik in Antwerpen liep. Ik loop vaker halve dan hele marathons (wat op zich logisch is). Altijd weer kom ik tot de conclusie dat ik een betere hele dan halve marathonloper ben. Ik sterf vaker en met meer gevoel voor drama op een halve dan tijdens een hele marathon. Bij de halve afstand moet ik mezelf van in het begin tot een bepaalde grens pushen om daar dan voorzichtig tegenaan te gaan schurken. Soms lukt dat, soms helemaal niet. Bij de hele kan ik de eerste helft vertrouwen tanken en de bakens uitzetten om een zinderende finale in te gaan. Na de eerste helft van mijn halve marathons krijgt dat zelfvertrouwen gegarandeerd een knauw en vind ik het moeilijker om mentaal om te gaan met de afstand die ik nog moet afleggen. Ik finishte mijn 6e CPC uiteindelijk in 1:26:29, anderhalve minuut boven mijn PR, maar wel onder de vooropgestelde 1:27. Missie geslaagd. Ook Roos had een zware strijd geleverd, maar kon met marathon in de benen toch aftikken op een knappe 1:34.

Een windstille CPC bestaat niet
Voor iemand die van de zee houdt, heb ik hier nog niet veel over mijn momentje met de zee verteld. Enerzijds is een kilometer over de zeedijk lopen tijdens een wedstrijd niet minder dan magisch te noemen. Anderzijds is het vooral verschrikkelijk zwaar. De kilometers ervoor word ik altijd weer bij de lurven gegrepen door de wind. Zee en wind: het is een onafscheidelijk duo. Zelfs als je denkt dat er nu echt eens geen wind staat of dat het slechts een bescheiden zeebriesje is, dan kom je toch altijd bedrogen uit. Wel probeer ik de passage met zeezicht goed in me op te nemen. Ik ben er nooit rouwig om als ik dan weer mag afdraaien richting de stad om tussen de bebouwing in twee lange lijnen op de finish af te denderen.

Vergis jullie niet, het zal nog heel lang grote liefde blijven tussen het Malieveld, Roos en mij. Er valt altijd iets te beleven in Den Haag. Daarom met stip genoteerd in de agenda: 9 maart 2025!

img_3702b

Het moment – De Druivenmarathon van Roos

Zondag 25 februari 2024 – 8u. Het zonnetje schijnt in Tervuren. In het bijzonder voor mijn zusje Roos en haar loopmaatje Joni belooft dit een mooie dag te worden. Samen zullen ze de Druivenmarathon lopen: 42,2 kilometer in en rond de omgeving van Tervuren en Overijse. Een prachtige streek – dat moet je mij niet vertellen – maar ook wel eentje in de categorie uitdagend. Er lijkt geen metertje vlak te zijn, 3/4 van het parcours is onverhard en het natte weer heeft ervoor gezorgd dat het ook een moddermarathon zal worden. Roos en Joni zijn als duurlopers echter niet bepaald aan hun proefstuk toe. De geoliede looptandem uit het gezegende jaar 1992 finisht uiteindelijk in een knappe 3 uur en 50 minuten, goed voor een zilveren plak voor Roos. Zelf was ik erbij als uitbundige supporter en ook wel een tikkeltje uit opportunisme omdat ik een mooie toer in het Zoniënwoud kon gaan lopen. Voor het betere sfeerverslag geef ik het woord aan Roos.

Ik heb geen idee waar het idee voor dit marathonplan ontstaan is. Ik denk dat Joni erover begon en wat later enkele collega’s die daar in de buurt wonen. De uiteindelijke inschrijving was best wel impulsief: ik was op dat moment in januari niet zo heel veel aan het trainen en ik had ook niet meer heel veel tijd om te gaan “bijtrainen”. De Druivenmarathon leek me een goede voorbereiding op de 58 km van De Jogclub Ultra die we op 1 april zullen lopen.

Dit was zonder twijfel mijn meest ontspannen marathon. De kilometers gingen snel voorbij omdat het parcours zo afwisselend was. Alleen sportgels wegwerken was voor mij geen pretje. Ik begon er nochtans weer enthousiast aan, maar na 20 kilometer had ik al oprispingen en een vervelend gevoel in mijn maag. Op kilometer 25 heb ik dan ook beslist om mijn voeding te laten voor wat het is. Toch liever helemaal leeggelopen aankomen dan al kotsend in de berm. Joni bleef trouwens wel dapper gels eten en kon zelfs pannenkoek en rijsttaart wegwerken. Heel knap. Op kilometer 35 was ik nog heel fris, echt opmerkelijk. Uiteindelijk ging na 40 kilometer dan toch het licht uit. We liepen toen een lang stuk over asfalt, lichtjes oplopend en met tegenwind. Gelukkig kon ik achter Joni lopen en gewoon zijn voeten volgen. Treintjes maken, daar hou ik wel van. We hebben onderweg helaas geen druiven gezien, maar er was wel een bevoorrading door een druivenserre. 

IMG_3661b

Het was echt een geweldige totaalervaring: maximaal plezier en minimale schade aan het lichaam nadien. Ik ben heel fier op onze prestatie! De organisatie was ook erg goed, zoals steeds bij Sport Events. Bijkomend pluspunt was de kaastaart van Au Flan Breton die we aan de finish kregen. Ook een extra meerwaarde dat Joke er was. Je hoeft geen heel peloton aan supporters te hebben, maar eentje die overenthousiast is, dat is wat telt. Ik wens ook iedereen een loopmaatje als Joni toe. Ik mag bijvoorbeeld altijd het tempo bepalen, heerlijk is dat. We hebben onderweg altijd genoeg te vertellen: van oorlogsreportages tot Taylor Swift. En soms puffen we gewoon in stilte verder. Ik mag ook elk pijntje bespreken. We geven tussentijds punten aan hoe onze benen voelen en evalueren dan of het al zwaar was of eerder een makkie. Omdat ik niet kan rekenen als ik loop, neemt Joni de calculaties en navigatie op zich. 

Bedankt, Roos en Joni! Absoluut een prestatie om met trots op terug te blikken. Jullie zijn bikkels! We kijken uit naar jullie 58 kilometer op Paasmaandag. Wordt vervolgd…

IMG_3665b

Loperspraat – Mijn sportieve voorjaar van 2024

Sneeuw schreeuwt erom belopen en bewandeld te worden. Elke kans om je sporen in – bij voorkeur ongerepte – sneeuw na te laten kan je dus maar beter met beide voeten aangrijpen. Wielen en sneeuw, dat is een heel ander verhaal. Ellende op de fiets was vorige week mijn deel, maar je zal me niet horen klagen over de winterprik die januari in petto had. Zes dagen op rij kon ik onder een stralende hemel over en door de sneeuw lopen dankzij het sneeuwbommetje dat ons land teisterde. Er gaat iets magisch uit van een sneeuwtapijt dat voor je uitgestrekt ligt. Ook als je niet meer goed ziet waar de gebaande paden liggen, maar wel zo ongeveer weet welke richting je uit wil. Net zoals het nieuwe jaar dat zich beloftevol aandient en een zee aan sportieve mogelijkheden biedt. Ik vertel graag wat meer over mijn voorjaarsplannen.

Na de drukke decembermaand lijkt januari op loopgebied altijd weer een maand van opbouwen te zijn. Hoewel ik kilometers blijf maken en mijn looptrainingen dus nooit stil liggen, voelt het toch alsof ik weer een draadje oppak dat is blijven liggen. De pijntjes van het vorige jaar verdienen nu echt een plan van aanpak. Rug recht en de blik vooruit. Plannen smeden en doelen stellen, samen met de loopmaatjes. Tijd om weer eens te voelen wat er nog in het vat zit. Training mode on. Dankzij Hans doe ik dat tegenwoordig over prachtige en gevarieerde routes en in het allerbeste gezelschap. Mijn eerste wedstrijd staat gepland op 18 februari. Dan zal ik de 26 kilometer lange Ferme Toer Trail lopen in Binkom, een mooi stukje Hageland niet zo gek ver van mijn deur. Een week later staat Roos aan de start van de Druivenmarathon in Overijse. Daar moet ik natuurlijk bij zijn, mogelijk om een kortere afstand te lopen, maar hoe dan ook om mijn zusje te steunen.

Op 10 maart zakken Roos en ik traditiegetrouw af naar Den Haag voor onze geliefde halve marathon, de CPC Loop. Ja, lieve lezers, Den Haag: dat het de stad is waar ik altijd een beetje thuiskom, dat weten jullie al. Wat ik nog niet vertelde, is dat ik er vorig jaar naast de officiële CPC Loop in maart (waar ik gemengde gevoelens aan overhield) ook nog 2 CPC’s in de zomer liep. De tweede helft van juli verbleef ik namelijk in Den Haag, onder andere om te bekomen van de La Chouffe Trail. Ik zou eens echt rust nemen en niet overdreven veel lopen, zo beloofde ik Roos. De eerste week ging dat goed: ik liep wat kortere rondjes over een pad door de duinen en een klein stukje over het strand. Tot ik plots op een onverwacht moment zin kreeg om het CPC parcours te lopen, een halve marathon dus. Ik bestudeerde het parcours nog eens aandachtig en probeerde het zo goed mogelijk te memoriseren. Mijn eerste poging was er één in de gietende regen en met twee kleine vergissingen. Ik gaf mezelf onder een stralende zon een herkansing de dag nadien. De adrenaline van de laatste lijn richting Malieveld en finish voelde ik net zo goed door mijn lijf razen, ook al liep ik braafjes op het voetpad. Deze twee extra CPC’s met parcourskennis had ik al op zak. De echte CPC leek toen nog eindeloos ver weg, maar inmiddels verbazingwekkend dichtbij. Zin in!

2024 zal op marathongebied in het teken staan van de grensverleggende buitenlandse marathon. Ik kijk natuurlijk uit naar mijn marathondebuut op de iconische marathon van Berlijn op 29 september. In het voorjaar staat er ook iets bijzonders te gebeuren: een marathon in Italië, jawel! Hans en ik zouden aanvankelijk de marathon van Düsseldorf lopen nadat we daar heel wat goeds over hoorden. Tot bleek dat die sinds 2 jaar niet meer georganiseerd wordt. Een klein dompertje dat binnen de 10 minuten werd opgelost met een nog mooier plan: de marathon van Milaan op zondag 7 april. Een authentieke stadsmarathon die een prachtige ronde door het hart van de stad belooft. Ze kunnen mij natuurlijk veel wijsmaken aangezien ik nog niet eerder in de Italiaanse modestad was. Mijn doel voor die marathon? In topvorm aan de start staan om alles te geven, maar vooral ook om er samen een mooi reisje van te maken met de nodige cappu’s en wijntjes, voor dan wel na de marathon.

Mogelijk pik ik in februari nog eens een cross mee. Het zou zonde zijn om die gloednieuwe (en inmiddels weer propere) spikes nu al aan de wilgen te hangen. Verder staan er nog twee oude getrouwen op de planning: de 10 Miles van Antwerpen, aangezien het stad sinds mijn marathonoverwinning nu ook een beetje van mij is. Wie weet dit jaar ein-de-lijk met Marike aan de start? Daarnaast – uiteraard – ook de 20 kilometer van Brussel, waar ik toch een klein rekeningetje te vereffenen heb na mijn frustraties van vorig jaar. Met stip genoteerd op mijn supporterskalender: de Jogclub Ultra op Paasmaandag met trailtandem Roos en Joni aan de start, een wedstrijd van 58 (mogelijk modderige) kilometers over het mountainbikeparcours Seppe Odeyn. Voilà, bij deze verklaar ik ook het blogjaar 2024 officieel voor geopend. Dat het ons veel stof tot vertellen mag brengen!

Het moment – En nu op naar 2024!

Lieve lezers

De laatste dag van het jaar is een zondag, hoe mooi is dat? We zeggen dit jaar vaarwel op de laatste dag van de week en verwelkomen een nieuw jaar op een maandag. Het is het soort structuur waar ik blij van word. Een oudejaarsbericht schrijven zou ik inmiddels een traditie kunnen noemen, ook daar hou ik van: een moment om even stil te staan bij wat is geweest. Een plechtig afscheid dat tegelijkertijd een begin is. Ik zal echter niet proberen om het jaar te vatten in een woord of het te voorzien van een label. Wat dan weer niet wil zeggen dat er niks te zeggen valt over 2023. Oh ja, wat was het intens! Oh ja, wat was het een bewogen en bijzonder jaar! Dat schoot ook door mijn hoofd toen ik vandaag tijdens mijn laatste kilometer van de Eindejaarscorrida over de Grote Markt liep. De zon scheen en de klokken begonnen te luiden. Ik had 12 kilometer geknald door de bochtige Leuvense straten. Voor het eerst sinds lang dacht ik: wat kijk ik uit naar wat het nieuwe jaar me zal brengen.

Mijn 2023 laat zich netjes in tweeën breken zoals ik daar erg kundig in ben met mignonettes van Côte d’Or. De eerste helft ging verder op het donkere pad waar de afgelopen jaren me hadden gebracht. Bonjour tristesse in het kwadraat. Elke dag zat er een ongenode gast bij mij aan tafel om me te confronteren met mijn angsten. Ik moest knokken om het hoofd boven water te houden. Er waren absoluut sportieve hoogtepunten en mooie familiemomenten, maar de duistere ondertoon was knagend en zeurend aanwezig. Het ging meestal niet goed met mij. Daar kwam stilaan verandering in toen de zomer losbrak. Om die reden zou ik 2023 onvergetelijk en bevrijdend durven noemen. 2023 bleek een jaar te zijn waarin minder meer werd. De cijfers van mijn jaar illustreren dat. Ik liep en fietste “slechts” 12.419 kilometer bij elkaar, ik las “amper” 35 boeken en dit is “maar” mijn 42e blogpost. 2023 was echter een topjaar. Ik kon een stadsmarathon op mijn naam schrijven en 2x onder die magische 3 uur marathongrens duiken. Maar vooral: de kleine en grote Joke vonden in Hans hun vriendje voor het leven. Door te lezen, te schrijven én te dromen vond ik de liefde. Beter wordt het niet, geloof me.

Mijn Spotify Wrapped bevestigde dat ik het afgelopen jaar weer wat meer lucht en licht in mijn leven kreeg. Mijn topnummer bleek Out of My Head van First Aid Kit te zijn, ik beluisterde het maar liefst 311 keer. Een song zoals alleen de Zweedse zusjes Söderberg het kunnen brengen: hoop verpakt in een melancholisch jasje, net waar ik behoefte aan had. Ik luisterde het vaakst naar hun muziek in februari. Ook George Ezra bleek – toch wel verrassend – één van mijn best beluisterde artiesten te zijn. Hallo ongedwongen popsong! Vooral het aanstekelijke Dance All Over Me luisterde ik erg vaak. Juli bleek dan weer de maand van Mumford & Sons te zijn. In september was het al Crowded House wat de klok sloeg en oktober was voorbehouden voor good old Leonard Cohen.

Over de sportieve staart van 2023 valt ook nog wel wat te vertellen. Een week na mijn debuut op de cross liep ik de 44 kilometer van de Meerdaalwoudtrail. Man, wat zag ik daar af! Vanaf kilometer 15 voelde ik dat het niet mijn dag zou worden. Het was harken en krabben, bergop taffelen en door de modder ploeteren in het zog van mijn maatje Sam, die gelukkig heel wat boeiende verhalen te vertellen had. Zelfs voor een ervaren afstandsloper is 30 kilometer nog lang als het pijn doet. Enfin, ik haalde de finish en moet niet te hard zeuren, want ik werd tweede achter de bijzonder sympathieke Babette. Roos en Joni, die andere looptandem, beleefden veel plezier aan hun 30 kilometer. Mijn jeugdvriendin Elizabeth stond bovendien aan de finish en zo kwamen er heel wat lijntjes van mijn leven samen. Na een warme douche en een boterham voelde ik weer wat leven door mijn lijf stromen en begonnen we aan onze supportertocht van Hans, die maar liefst 101 kilometer bij elkaar liep tijdens de Bello Gallico. Een inspirerende tour de force om heel trots op te zijn!

Voor nog meer inspiratie en de betere levenswijsheid kan ik altijd terecht bij mijn 4-jarige oogappel en metekindje Leah. Dit jaar kwam ze het kerstfeest door zonder builen of blutsen. Ze kreeg bovendien een kinderfototoestel van Bomma, wat een echte hit bleek te zijn. Foto’s van mensen maken is leuk, maar foto’s van het meubilair maken zo mogelijk nog leuker. Sta eens stil bij de kleine dingen in je omgeving en beschouw het alledaagse niet als vanzelfsprekend. Check. Leah zegt vaak “subiet” als je haar vraagt om iets te doen. Laat de dingen wat meer op hun beloop. Take it easy. Check. En tot slot, toen ze op de wc zat zei ze plots uit het niets “privacy”. Ik dacht eerst dat ik het niet goed begrepen had en vroeg haar het nog eens te herhalen. Pri-va-cy, zei ze, nog net ietsje luider. Je grenzen aangeven en bewaken in het leven. Check.

Ik mocht het afgelopen jaar mijn 5e blogverjaardag vieren. Mijn allerliefste en dierbaarste lezers, wat ben ik jullie dankbaar! Dat zeg ik niet voor de eerste keer, maar ik kan het niet genoeg benadrukken. Jullie zijn de vlam in de pan van deze blog, het kloppende hart, mijn drijfveer om te blijven schrijven over wat mij zoal bezighoudt. Dankzij jullie heb ik van deze plek een volwaardige hobby kunnen maken die me zo ontzettend veel gebracht heeft. Mijn laatste woorden zijn dan ook – traditiegetrouw – voor jullie. Ik wens jullie een schitterend 2024 toe. Dat het jullie veel geborgenheid en genegenheid mag brengen, veel slaap- en sportplezier met dromen groot en klein. Ik wens jullie de allerlekkerste koffie of gewoon veel gezelligheid en een spinnende kat op schoot of gewoon een hartverwarmend moment. Neem het jaar zoals het komt, maar bovenal: blijf dromen.

Joke
X

Loperspraat – Mijn debuut in de cross

Zaterdag 9 december liep ik mijn eerste cross. Bij de masters welteverstaan, dat zijn de 35plussers onder de lopers. Bovendien was dit niet alleen mijn eerste veldloop, maar was het meteen ook het Belgisch Kampioenschap. Ik heb dus voor het eerst in mijn leven een wedstrijdlicentie op mijn naam staan. Plaats van gebeuren was het park van Laken. Je hoeft geen kenner te zijn om te weten dat in onze hoofdstad geen meter vlakke grond te bespeuren is. Lopen in Brussel is altijd een uitdaging. De voet van het Atomium was het prachtige decor voor wat eigenlijk de generale repetitie was voor het Europees Kampioenschap veldlopen van de “echte atleten”. Daags nadien zouden zij op datzelfde parcours rondes door de modder lopen. Ik leg jullie graag in 12 stappen uit wat ik allemaal heb meegemaakt op die druilerige zaterdagnamiddag.

De coach
Niemand minder dan mijn broer Seppe Odeyn sleurde me mee in dit cross-avontuur. Hij vroeg of ik deel wilde uitmaken van het mixed relays team (4×1000) van DCLA, de Leuvense atletiekclub waar ik mijn eerste stappen in het lopersleven zette. Er bleken in de club namelijk geen vrouwen bereid te zijn om hun zaterdagnamiddag op te offeren voor een kilometertje modderlopen. Ik beschouwde het als een eer om ergens voor gevraagd te worden – al was het bij gebrek aan beter – en zei dus volmondig ja. Een Borlée-momentje in onze familie, dat zag ik wel zitten. Helaas weerhield een hamstringblessure Seppe ervan om zelf te lopen en nam hij dus de rol van coach Jacques Borlée voor zijn rekening, een rol die hij met veel toewijding vervulde.

De opwarming
Opwarmen is doorgaans niet aan mij besteed. Voor een explosieve race van 5 kilometer is dat wel aangewezen. Ik volg dus gedwee het advies van Seppe om in de regen met een jasje wat op en neer te lopen, want dat is blijkbaar wat opwarmen inhoudt. Ik doe dat met mijn trailschoenen langs het parcours. Warm lopen is geen overbodige luxe. Het regent hard, de lucht is grijs en de wind van de partij. Volgens mijn coach is dit het ideale cross-weer en wie ben ik om hem tegen te spreken.

De callroom
Vooraleer de 48 vrouwen van mijn reeks op de startzone worden losgelaten, moeten we wachten in een callroom. Een grote witte tent, waar officials spikes controleren, je je chip aan je schoen bevestigt en je vervolgens officieel geregistreerd wordt door over een mat te lopen. De callroom-tent is hermetisch afgesloten. Je moet op tijd aanwezig zijn en de klok telt af tot je er weer uit mag. Nagelbijten voor mij, want ik ben behoorlijk onder de indruk van het hele gebeuren. Zo dadelijk zou ik voor het eerst op spikes gaan lopen. Zou ik dat wel kunnen? Tot overmaat van ramp blijk ik ook willekeurig geselecteerd te zijn om bij wijze van test (die generale repetitie voor het EK dus) samen met 4 andere vrouwen officieel voorgesteld te worden aan het (op dat moment afwezige) publiek. Een mens zou voor minder stress krijgen.

De startzone
De flappen van de tent gaan open. We mogen eruit! Aan de startzone krijgen we nog de kans om wat warm te lopen. Eindelijk kan ik dus voelen hoe die spikes lopen op een drassig grasveld. Het gevoel zit gelukkig meteen goed. Ik kan gewoon lopen zoals ik dat gewend ben, de spikes geven me alle grip die ik nodig heb op de zompige ondergrond. Tijd voor mijn acte de présence als zogenaamde topper (ahum) die op een officiële aankondiging mag rekenen. Ik krijg instructies van de cameraman hoe ik naar het grote scherm toe moet lopen en waar ik halt moet houden om goed in beeld te komen. Op dat moment wil ik er juist alles aan doen om helemaal niet op te vallen, om op te gaan in de menigte en te verdwijnen in de anonimiteit. Helaas. Ik voel me zowel diep gegeneerd als vereerd en ik probeer toch het moment te pakken.

De modder 
Veldlopen of crossen in België dat wil zeggen in de modder lopen, vechten tegen de blubber op een stuk grond of veld waar je geen grasspriet meer in herkent. Nu heb ik behoorlijk wat ervaring met modder in een bos, maar modder in een park is toch van een heel andere orde. Het is vooral heel veel nattigheid waar je enkeldiep in wegzakt. Vettige modder die zo nat is dat je na een paar passen volledig besmeurd bent. Een pap die er alles aan doet om je lichaam naar beneden te trekken. Een zware beproeving die ook het kind in je wakker maakt.

TWUJ5341

De spike
Door modder lopen doe je dus op spikes: minimalistische loopschoentjes waarin je vier pinnen draait die houvast geven in een zompige ondergrond. Ik kan jullie vertellen dat het een systeem is dat echt werkt. Een klassieke loopschoen met wat profiel in de zool kan die stabiliteit niet evenaren. Ik liep met best veel vertrouwen, maar wel net ietsje behoedzamer door de bochten. Hoogmoed kan al eens voor de val komen. Seppe regelde trouwens spikes voor mij en, toeval of niet, hij koos voor Nikes. De Nike Zoom Rival Distance zijn bij deze getest en goedgekeurd!

De start
Het moment van de start pakken, ik hou daar van. Niks doseren dus de eerste kilometers van een duurloop, maar gewoon meteen fors het gaspedaal indrukken om dan een goed bollend tempo te vinden. De startstrook die we hier voorgeschoteld krijgen is er eentje om in te kaderen: tientallen meters breed, lichtjes naar beneden hellend om dan meteen omhoog te knallen. Mijn explosiviteit is duidelijk een werkpunt. Ik moet harken om de eerste 100 meter aansluiting te blijven houden met het pak. Gelukkig merk ik na ongeveer 200 meter en een eerste helling dat mijn motor goed aanslaat. Ik ben gelanceerd en het enige wat ik nu moet doen is blijven doorduwen. Alles geven! Dat is wederom de raad van Coach Seppe.

De race
Mijn individuele race bestaat uit 5 kilometer met veel draaien en keren, pittige hoogtemeters en modder dus. Veel modder. De eerste ronde is er eentje van een kilometer. Ik ga hard. Bergop kan ik wat vrouwen inhalen. Die eerste kilometer loop ik aan 4’10”, wat me vertrouwen geeft. Ook de tweede ronde kan ik behoorlijk goed tempo blijven maken. Ik loop in 8e positie. De derde en vierde ronde zijn elk 1,5 km lang en bevatten dus nog wat extra venijnige lusjes en klimmetjes. Na 3,5 km zie ik sterretjes. Dit is zo hard niet mijn afstand! 5 kilometer is te lang om mijn kruissnelheid op een zwaar geaccidenteerd parcours te blijven aanhouden en te kort om in een gelijkmatig tempo te kunnen vallen. Bovendien wordt het parcours meter per meter zwaarder. De laatste anderhalve kilometer is echt sterven, maar ik slaag erin om mijn 8e plek te behouden. Een top 10 plaats op een Belgisch Kampioenschap: ik kan er alleen maar heel tevreden mee zijn.

De chip
Na de finishzone worden we terug naar de tent geleid waar we de chip van onze schoen moeten losmaken. Ik heb mijn veters stevig gestrikt. Logisch toch? Een spike moet blijkbaar goed strak zitten en je wil echt geen schoen verliezen in de modder. Met mijn modderige en verkleumde handen probeer ik mijn dubbele knoop los te peuteren. Na heel wat gewrik kan ik alleen maar concluderen dat er geen beweging in te krijgen is. Mijn veters en dus mijn chip zitten muurvast. Een volgende stresspiek dient zich aan. Ik word verwacht in die vervloekte callroom voor het aflossingsnummer! Iemand van de organisatie probeert mij te helpen, maar ziet als enige oplossing “couper”. Niet dus, met de moed der wanhoop blijf ik 10 minuten lang pulken en trekken aan mijn veters tot er schot in de zaak komt en ik de chip kan inleveren.

De aflossing
De mixed relays worden gelopen in teams van 2 mannen en 2 vrouwen die elk 1 kilometer voor hun rekening nemen. Aan teamgeest geen gebrek bij DCLA, ook al ontmoet ik mijn teamgenoten voor het eerst. Vanuit de callroom gaan we weer richting startzone. De sfeer is ontspannen. We worden verwacht bij het grote scherm om als team voorgesteld te worden. Een echte team-move hebben we niet, dus ik stel voor om gewoon overtuigend te zwaaien. Er staan slechts 7 teams aan de start, een podiumplaats zou tot de mogelijkheden behoren. Startloper Loïc loopt meteen hard van stapel en geeft in tweede positie het spreekwoordelijke stokje door aan Mona die eveneens als een kanonskogel haar kilometer als tweede aflegt. En dan is het aan mij om de eer van DCLA te verdedigen. Ik geef alles wat erin zit. Het parcours ligt er weer wat zwaarder bij en, eerlijk is eerlijk, ik zie af. Ik word voorbij gelopen door Caroline die me ook versloeg op het individuele nummer. Uiteindelijk kan ik als derde wisselen met Steven, een man met tonnen ervaring die de bronzen plaats voor team DCLA kan consolideren.

De podiumceremonie
En zo behaal ik dus als lid van een team een bronzen medaille op een Belgisch Kampioenschap. Voor het slotakkoord van deze regenachtige zaterdag gaat het weer richting callroom. Ik kan die tent inmiddels echt niet meer zien of ruiken. We worden in formatie verwacht voor de podiumceremonie. Hier hebben we al die jaren keihard voor getraind, zou je dan kunnen zeggen, maar bij ons ligt het net ietsje anders. Het zijn de teams van Rieme en Lokeren die beslag leggen op het goud en zilver. Hoe dan ook klinkt het Belgische volkslied. We zetten onze petjes af en vooral Loïc en ik zingen luidkeels mee. Wat een dag!

OFNX4827

De conclusie
Ik wist op voorhand niet wat ik ervan zou mogen verwachten, maar ik kan alleen maar positief terugblikken op dit avontuur. De cross is als (marathon)loper een leuke uitlaatklep: eens iets helemaal anders, goed om kracht en explosiviteit te trainen. De meeste veldlopen zijn trouwens wat langer dan 5 kilometer, wat mij net wat beter zou moeten liggen. Mede door de zware omstandigheden – die eerder in mijn voordeel spelen – was ik stikkapot aan de finish, maar voelde ik me ook verbazingwekkend snel weer hersteld. Ik zat ’s avonds niet met loden benen in de zetel, wel met benen die door de modder hebben gewroet. Papa, Hans en Roos testten trouwens de supportersbeleving. Hoewel een cross door het compacte parcours heel wat spektakel kan bieden, viel dat hier toch tegen. De organisatie had in de generale repetitie weinig aandacht voor de supporter, wat resulteerde in een namiddagje koukleumen voor gevorderden. Ik heb in de cross niet mijn nieuwe roeping als loper gevonden, maar aangezien ik nu een wedstrijdlicentie, CrossCup-startnummer en spikes heb, is de kans reëel dat ik me in 2024 nog eens aan wat crossen in de buurt waag.

Een brief aan Mieke Gorissen

Beste Mieke

Een paar weken geleden legde een collega op school het artikel Ook laatbloeiers kunnen een mooi parcours afleggen onder mijn neus, dat verscheen in De Morgen naar aanleiding van jouw aangekondigde afscheid van de topsport. Ik zal maar eerlijk bekennen dat die titel me niet helemaal lekker zat. Zonder enige twijfel ben ik een laatbloeier in de sport: ik werd een loper toen ik 28 was en liep een jaar later mijn eerste marathon. Ik heb er ook geen moeite mee dat ik niet meer piepjong ben. Het is de combinatie van laatbloeier met ook. Alsof de mooie parcoursen bij voorbaat weggelegd zijn voor de jonge veulens onder ons. Alsof je alleen iets kan bereiken als je al heel vroeg dat ene pad neemt. Een aanname die impliceert dat je op latere leeftijd niet veel meer kan betekenen. Gelukkig blijken levensjaren op de teller niet per se een nadeel te zijn voor de duursporters onder ons. Goed nieuws dus als je pas in een latere levensfase ontdekt dat er überhaupt een duurloper in je huist. Nog beter nieuws als je beseft dat een mooi parcours voor interpretatie vatbaar is.

Hoe dan ook, ik kreeg eerder natuurlijk het hele verhaal mee over je afscheid van de topsport. Als laatbloeiende marathonlopende leerkracht, lezer én creatieveling word ik namelijk vaak met jou vergeleken. Iemand die ook een beetje uit het niks op de voorgrond treedt, zichzelf overstijgt en dat eigenlijk nauwelijks zelf kan geloven. Al heb ik niet half zo veel talent als jij. Op een bepaald moment ben ik ook gestopt met uit te leggen dat ik me heus niet zou kwalificeren voor de Olympische Spelen in Parijs. Ik droeg de titel “De Mieke Gorisssen van Leuven” met trots. We hebben allemaal rolmodellen nodig. Iemand die iets doet en dat je dan denkt: ah, zo kan het ook. Zo mag het ook. Of: het is gewoon goed zoals ik het doe. Wel, Mieke, jij bent altijd dat rolmodel voor mij geweest en dat zal je ook blijven.

Je werd in één klap wereldberoemd met het emotionele interview dat je gaf na de finish van je Olympische marathon in 2021. Onder een verzengende hitte snelde je in Sapporo naar de 28e plek. Het liet jou en bij uitbreiding de hele wereld niet onberoerd. Je zat daar en toonde dat het in de sport niet alleen maar gaat om medailles en recordtijden. Sport is emotie. Ervaring en beleving. Het is kippenvel krijgen omdat je beseft tot wat je lichaam in staat is. De Olympische droom die waarheid wordt. De euforie omdat je de finish hebt gehaald. De verbazing omwille van die prestatie die je nooit als vanzelfsprekend mag beschouwen. Je toonde hoe je het moment intens kan en mag beleven. Om altijd trouw aan te blijven aan jezelf, ook als er een camera op je gericht staat en de hele wereld mee gluurt. Een les in dankbaarheid waar elke atleet iets van kan leren.

Ook hoe je omgaat met het afscheid van je topsportcarrière is ronduit bewonderenswaardig. Op Instagram schreef je hoe de druk van het presteren je steeds meer aantastte en dat je jezelf geleidelijk verloor in resultaten neerzetten. Het werd te veel en te groots voor de kleine Mieke. Laat dat nu net de grootsheid van de dromer zijn. Die durft te stoppen als het te veel wordt, als het niet meer goed voelt en het loopgeluk in het gedrang komt. Je schrijft dat lopen je in balans houdt, dat je dankbaar bent voor wat het lopen je gebracht heeft. Dat het je dromen heeft overstegen. Het leven is aan de dromers, dat heeft deze laatbloeier inmiddels ook ervaren. Je bent mijn rolmodel, Mieke, zei ik dat al?

Je gaat weer lopen voor jezelf. Ik wil je dan ook graag heel veel loopplezier wensen. Het sprongetje van blijdschap als je je loopschoenen aantrekt en nadenkt over welk toertje je gaat lopen. Je hebt zowel de lopers als niet-lopers onder ons onnoemelijk veel inspiratie gegeven. Dank je wel daarvoor.

Met hartelijke groet
Joke