Het moment – Mijn marathondroom

Als ik mijn ogen sluit dan voel ik de wind nog langs de kaaien op Rechteroever. Ik hoor de talrijke spontane aanmoedigingen uit het niks komen in Wilrijk. Ik voel de stilte van het Schoonselhof in Hoboken. Ik hoor ook het geschreeuw van de mensenmuur die mij vooruit stuwt. Als ik mijn ogen sluit dan zie ik mezelf weer over de Meir lopen, geflankeerd door een fietser die aangeeft dat ik de eerste vrouw in de race ben. Ik maak nog steeds veel bochten, hier en daar met wat kasseitjes. In mijn gedachten draai en keer ik alsof het me geen moeite kost. Ik hoor het getik van mijn voeten. Ik zie bewonderende blikken: dat is de eerste vrouw! Ik voel de zon op de Grote Markt. Ik zie de aanmoedigingsfoto van Leah op het scherm. Ik hoor het oorverdovende gejoel aan het MAS. Ik zie het lint van de overwinning en grijp het met beide handen zoals ik het anderen zag doen op tv. In gedachten beleef ik mijn 17e marathon nog heel intens. Lieve lezers, ik schrijf het op zodat ik het misschien zelf kan vatten: ik heb de marathon van Antwerpen gewonnen in een nieuw PR van 2u54.

Als ik mijn ogen open dan kijk ik naar de foto’s van die uitzonderlijke dag. Mijn moment met het lint, de vreugde en het ongeloof in mijn blik. Met Sam na de finish, de ontlading en het geluk. Ik zie mezelf in actie. Mijn lopende ik zal ik nooit als mijn meest flatterende versie beschouwen, maar ik ben wel geïntrigeerd door mijn blik. Soms één en al focus, een beetje streng zoals steeds, maar ook met een grote glimlach die van heel diep komt. Wie is die vrouw toch? Het sijpelt slechts mondjesmaat binnen dat het dezelfde vrouw is als zij die verzonken in een boek onderuit gezakt in de zetel ligt en de vrouw die vloekt als het regent op de fiets. Het dringt niet door dat een doodgewone vrouw 8,5 jaar na haar marathondebuut inmiddels uitgegroeid is tot een overtuigende sub3 loper die zich tot een select kransje mag rekenen.

324248325

Als kind wilde ik huisarts J. Odeyn worden of apotheker. Ik wilde een boek schrijven met mijn broer. Ik wilde eens schansspringen of hand in hand op een bankje zitten met één van de Wiener Sängerknaben. Als 29-jarig meisje wilde ik graag eens heel ver kunnen lopen, samen met mijn zus. Die grote loopdroom genereerde andere plannen. Ik wilde steeds een beetje meer, altijd wat verder kunnen lopen en ook altijd wat sneller. Tot ik het punt bereikte waarop ik dacht: nu is het mooi geweest, nu ga ik gewoon genieten van al dat lopen zonder dat het altijd beter moet. Ik heb er nooit van gedroomd om wedstrijden te winnen, laat staan marathons en dat ik daar dan de krant mee zou halen. Groots dromen durf ik als 38-jarige nog steeds. Van die ene stijlvolle villa met een terras aan de slaapkamer om ’s ochtends koffie te kunnen drinken. Over een gelukkig leven voor alle katten op deze wereld en een eigen kledingmerk dat op de catwalks in Parijs geshowd wordt. Zeker nu ik het geluk ook echt gevonden heb, ben ik de eerste om te zeggen dat ander geluk me veel dierbaarder is dan de winst van een loopwedstrijd. Juist daarom kan ik niet anders dan dankbaar zijn dat de realiteit mijn dromen overstijgt. Ik kan de realiteit in droomvorm beleven.

324339545

Dit was de marathon waarbij niks moest en alles kon. Eens een keer niet sneller lopen dan de vorige race bijvoorbeeld. De marathon blijft ook voor mij een beest waar ik me nederig voor wil opstellen. Het is net de twijfel die me scherp houdt. Nooit eerder kon ik zo ontspannen naar een marathon toeleven en dat voelde ik meteen toen ik vertrok. Als koploper pakte ik mijn moment langs de dokken en kaaien. Dit pakken ze me niet meer af, dacht ik, ook toen ik na 7 kilometer mijn pole position moest afstaan. Ik moet niet per se winnen. Wel, ik ben heel blij dat ik 10 kilometer later weer als nummer 1 liep en dat ik die koppositie niet meer uit handen heb gegeven. Het is onbeschrijfelijk wat het met een mens doet om kilometer na kilometer onthaald te worden als heldin van de dag. Op handen gedragen door het publiek. Aangevuurd door de massa. Gij gaat dat hier winnen, Joke! We love you, Joke! Tijd en ruimte leken te vervagen. Ik keek weinig op mijn horloge. Ondanks een stijve hamstrings en bilspier bleven mijn benen ritmisch over de grond tikken. Oh ja, het deed pijn, maar ik voelde me zo sterk dat deze marathon geen gevecht was tegen mijn hoofd en de verzuring. 

324564081

Aan de finish was er nog meer heuglijk nieuws: Sam haalde met een PR van 2u44 zijn kwalificatie voor Berlijn binnen en dat betekent dat we daar op 29 september 2024 samen aan de start zullen staan. Je zou mij een selfmade woman kunnen noemen. Iemand die zonder trainer of schema’s toch veel trainingsarbeid kan verzetten. Iemand die zomaar wat doet zonder team. Ik weet wel beter: jullie zijn mijn team. Joke loopt immers niet alleen. Mijn dierbare bloglezers, mijn schatjes op de fiets, mijn vriendjes in het echte leven: ik ben jullie ontzettend veel dank verschuldigd. Jullie geven me het vertrouwen om te schitteren, de zin om er steeds weer in te vliegen en daar ook over te schrijven. Dankzij jullie kan ik mijn loopplezier delen en besef ik hoeveel dat waard is. Jullie aanmoedigingen, in welke vorm dan ook, raken me steeds net zoals de felicitaties nadien. Weet dat ik dit nooit als vanzelfsprekend wil beschouwen.

82021ecc-9a72-4f1b-8f68-3d79fb6b7e42

Tot slot nog dit: er komt geen uitgebreid raceverslag van mijn triomftocht door Antwerpen. Ten eerste omdat ik moe ben. Ik heb nood aan rust. De afgelopen maanden hebben zowel fysiek als mentaal veel van me gevraagd. Uren aan een blogverslag schrijven kost me veel energie die ik nu wil investeren in mijn herstel. Ten tweede omdat deze marathon een onvergetelijke ervaring was in slechts één take. Ik kan niet kilometer per kilometer reconstrueren hoe ik me voelde en wat er door mijn hoofd schoot. Mijn hoofd en lijf waren stabieler dan ooit. Ik liep, pakte het moment van de start en dan ook het volgende moment en het daaropvolgende tot het moment mij pakte. Ik zal nooit meer als een onbezonnen toerist door Antwerpen kunnen struinen.

Antwerp Marathon

Marathonpraat – Voorbeschouwing op Antwerpen van Sam

Over een week staan Sam en ik aan de start van de marathon in Antwerpen. We leerden elkaar anderhalf jaar geleden kennen in aanloop naar de marathon van Parijs. Het smeedt een band: samen staan klappertanden in een startvak op de Champs Elysées. We vonden elkaar als vrienden en loopmaatjes. Sindsdien liepen we nog drie marathons samen. Het is te zeggen: we vertrekken samen, maar het 27-jarige fenomeen Sam Niyonzima finisht ruim voor mij. Antwerpen wordt zijn vijfde marathon. Reden tot feest dus, ook omdat Antwerpen voor Sam toch een soort thuismatch is. Naast een ijzersterk marathon-PR van 2u47, schudde hij dit jaar ook nog een 1u13 op de 20 kilometer van Brussel uit de benen én mag hij zich sinds kort de snelste advocaat noemen. In Antwerpen is Sam echter meer dan ooit een man met een missie: onder de 2u45 lopen is het doel.

Mijn kant van het verhaal is dat er met Sam in je leven altijd iets gebeurt. Er is altijd iets gaande, er valt altijd iets te vertellen. We deelden dit jaar al veel emotioneel bewogen (sportieve) momenten, enkele knotsgekke avonturen en een memorabele autorit van en naar de Vogezen. Of het nu eerder het diepgravende dan wel het luchtigere werk is: we hebben altijd iets te bespreken. Sam is iemand die heel graag leert en proeft van het leven. Dat werkt aanstekelijk. Als de onbetwiste old one van ons twee ben ik dan ook mee met het reilen en zeilen in het Brusselse advocatenwereldje en de techno scene. Ik weet ook hoe het is om te communiceren met spraakberichten of FaceTime en kon zo meegenieten van een beklimming van de Tafelberg in Zuid-Afrika. Hoe Sam naar de marathon van Antwerpen toeleeft, vertelt hij jullie graag zelf.

77006171-6bf2-4eb1-8594-ba749e0222c4

Ik train nog steeds met een trainingsschema op basis van hartslag. Eind juli ben ik terug specifiek beginnen trainen voor deze marathon. In de zomer ging dat heel goed. Ik liep nooit eerder zoveel kilometers in de voorbereiding van een marathon: rond de 1000 kilometer in 3,5 maand. In juli liep ik 330 kilometer, een record! De 50 kilometer trail in Houffalize begin juli was heel zwaar, maar ik ben naar mijn gevoel snel hersteld. Mijn lichaam kon de trainingen goed aan. Ook in augustus liep ik veel. Ik ging heel diep bij de 16 kilometer van Dwars door Zaventem onder andere. Op vakantie in het Zwarte Woud kon ik heel mooi lopen, maar maakten de hoogtemeters het ook zwaar. Ik heb toen misschien een beetje te veel gedaan. Een week na mijn vakantie begon ik last te krijgen van mijn achillespees. Ermee lopen lukte niet. Dus toen heb ik veel oefeningen gedaan en dat hielp wel. Na 10 dagen looprust was ik begin september in Berlijn en daar ging het gelukkig weer veel beter. De afgelopen drie weken heb ik telkens meer dan 80 kilometer per week kunnen afwerken.

Mijn doel is om in Antwerpen onder de 2u45 te lopen, dat betekent een gemiddelde snelheid van 3’53” per kilometer. Ik kijk uit naar de ervaring. Het is de eerste marathon in eigen land sinds mijn marathondebuut in 2021. Ik heb geprobeerd om zoveel mogelijk supporters op te trommelen. We zullen dus zien of ze ook in grote getalen komen opdagen. Bij deze een warme oproep aan de lezers van de blog om ons te komen aanmoedigen. De finish ligt aan het MAS. Ik weet niet zo goed wat ik van het parcours en de marathon mag verwachten. Met een 1000-tal deelnemers is het een relatief kleine stadsmarathon, dus we zullen zien. Het is niet zoals Parijs, Amsterdam of Rotterdam waar je op het einde nog tussen volk loopt. Ik vrees dat het nu een eenzame wedstrijd zal zijn. Op het einde zijn er dan ook nog eens heel veel bochten, wat allesbehalve ideaal is, dus het zal niet simpel zijn om onder die 2u45 te lopen. Ik heb wel veel zin om het avontuur aan te gaan, aangezien ik me met die tijd kwalificeer voor de marathon van Berlijn in september 2024. Om daar samen met Joke aan de start te kunnen staan, is toch een extra motivatie om er in Antwerpen alles uit te halen.

c0348a23-ab99-4f3b-a9ad-f1e006425dc4

Loperspraat – Mijn sportieve najaar van 2023

Terwijl de indian summer ons verwarmt, zijn mijn pijlen gericht op al het moois dat het najaar in petto heeft. Bomen die veranderen van verenkleed en seizoenen die estafette-gewijs het stokje aan elkaar doorgeven: ik hou daarvan. 1 oktober is wat mij betreft de officieuze start van het sportieve najaar. Een jaar geleden had ik op dit moment al heel wat wedstrijden in de benen. In augustus en vooral september kon het niet snel genoeg gaan. Er leek elk weekend wel iets op het loopprogramma te staan. Ik voelde me steeds sterker worden en kon zo met veel vertrouwen en tonnen wedstrijdritme toeleven naar de Amsterdam Marathon. Dit jaar liep ik heel wat minder races. Een concrete aanleiding is daar niet voor: ik had gewoon wat minder zin in het gedoe dat erbij komt kijken. Aan najaarsdoelen heb ik echter geen gebrek. Ik neem jullie mee door mijn sportieve agenda van het staartje van 2023.

Op deze eerste dag van oktober sta ik aan de start van de halve marathon van Brussel. De volledige marathon in Brussel liep ik 3 keer, voor de halve zal dit mijn 5e deelname zijn. Lopen in Brussel is altijd een goed idee. Hoewel ik daar vorig jaar op het volledig hertekende parcours toch eventjes anders over dacht. 21,1 kilometer draaien en kronkelen in en rond het park van Laken, op en af lopen rond het kanaal in Brussel-Noord: het is niet bepaald mijn droomparcours om het Brussel-gevoel te ervaren. Amper een week na mijn PR op de halve in Den Haag bleek er echter nog behoorlijk wat in het vat te zitten. Voor deze editie is het parcours weer maar eens gewijzigd. De startzone ligt in het centrum en dan gaat het in een grillige vorm weer richting Atomium om, net zoals vorig jaar, te finishen in het Koning Boudewijnstadion. 270 hoogtemeters kruiden het geheel. Ik ben benieuwd op welke manier Brussel me dit jaar zal verrassen.

Geen oktober zonder volledige marathon. Op 22 oktober sta ik aan de start van de marathon van Antwerpen. Een marathon die sinds enkele jaren op de dool is, naarstig op zoek naar een identiteit en een plek op de loopkalender. Het was Sam die Antwerpen naar voren schoof als onze najaarsmarathon. De start- en finishzone bevinden zich aan het MAS. Het parcours biedt ons verder de kans om Hoboken en Wilrijk beter te leren kennen. Via het centrum gaat het dan richting Eilandje, waar de laatste kilometers geteisterd worden door het betere bochtenwerk. Niet bepaald iets waar je op zit te wachten in de finale van een marathon. Waar ik wel heel erg naar uitkijk is de beleving met Sam en het comfort om nog eens een marathon in eigen land te lopen. Mijn laatste Belgische marathon dateert van 2019 toen Roos en ik bijna in slaap vielen in Brugge. Ik hoop om in Antwerpen in topvorm aan de start te verschijnen. Het is een marathon waarbij niks moet en alles kan: mijn sub3 en kwalificatie voor Berlijn 2024 heb ik immers al op zak. Reden te meer om nog een keer alles te geven.

Op 12 november is het tijd om weer wat off-road nattigheid op te zoeken. Dan trekken wij met de familie traditiegetrouw naar Kasterlee voor de halve marathon. Vorig jaar kon ik daar de overwinning mee naar huis nemen. Zonder enige twijfel is dat één van mijn mooiste loopherinneringen. Het parcours in Kasterlee is al jaar en dag ongewijzigd. Ik ga niet beweren dat ik het inmiddels blindelings loop, veel zal het niet schelen. Het is bovenal een plaats waar ik vorig jaar eens zo hard besefte welk parcours ikzelf heb afgelegd in de 8 jaar dat ik mezelf een loper kan noemen. De zon scheen, het was een prachtige herfstdag en ik was dolgelukkig om dat moment te kunnen delen met mijn familie. We gaan dit jaar voor een maximale bezetting van Odeyntjes op de halve marathonafstand, waarover later ongetwijfeld meer.

Het valt de aandachtige lezer mogelijk op dat ik nog met geen woord repte over Juan, mijn mountainbike die me al 4 jaar lang door weer en wind sleept ter voorbereiding van de Hel van Kasterlee. Wel, Juan krijgt dit najaar wat rust. Misschien is zijn pensioen zelfs aangebroken. Ik zal namelijk niet deelnemen aan de Hel. Aanvankelijk was het plan om in de Hel een drieluik neer te zetten. Door de corona-editie van 2021, waar ik ook nog eens heel veel pech had, ging ik toch over stag om een vierde keer deel te nemen. Elk van mijn vier deelnames bracht me telkens een unieke ervaring, elk voor zich onvergetelijk op een andere manier. Mijn gevoel zegt echter dat het mooi is geweest. Voor nu toch. Je zal mij op zondag 17 december dus als luide supporter langs de zijlijn aantreffen. Waarschijnlijk wel met stramme beentjes, want ik ga natuurlijk niet niks doen tijdens de wintermaanden. Op zaterdag 16 december zoek ik weer modder en bos op en loop ik de 44 kilometer van de Meerdaalwoudtrail. Ik liep er vroeger al eens kortere afstanden, maar door de Hel kon ik er al geruime tijd niet meer aan de start staan. De omgeving is er één die ik goed ken: al lopend en fietsend draag ik het Meerdaalwoud een warm hart toe.

Ziezo, ik onthoud dat het najaar mij veel bochten, kronkels en hoogtemeters brengt. Ook asfalt én modder. Ik stel vast dat de ene parcourstekenaar de andere niet is en dat ik daardoor de kans krijg om zowel vertrouwd als nieuw terrein te verkennen. Het smaakt nu al naar meer.

Het moment – De trein van Roos in Berlijn

Berlijn, zaterdag 23 september 2023. Roos staat aan de start van de Berlin Marathon op 6 wielen. Vorig jaar maakte ze er haar debuut samen met Seppe en Bobby. En of dat naar meer smaakte. Het team van De Jogclub kreeg dit jaar versterking van Bart en Dave, waardoor Roos vrijdag met 4 mannen 5 treinen en 8 uur nodig had om in Berlijn aan te komen. Het Belgische en Duitse spoornet lieten het wat afweten, maar mijn dappere zusje speelde zelf voor supersonische trein tijdens haar skeelerrace. Ze finishte haar marathon op wielen uiteindelijk in een waanzinnig snelle 1 uur en 32 minuten. Aan haar het woord om over die geweldige ervaring te vertellen.

De start van de skeelerrace is machtig door de grootse set up van de marathon. Ik had me heel goed vooraan gepositioneerd in mijn startvak. Op een groot scherm kon ik de voorstelling van de professionele “speed skaters” volgen. Ik was zenuwachtig. Je gaat uiteindelijk toch iets raars doen, het blijft een gek gegeven om op skeelers in zo’n startvak te staan. Vlak voor we onze bagage inleverden had ik mijn wielen nog eens aangedraaid. Dankzij mijn nieuwe lagers bolden die echt héél goed. Het vertrek van de race was dan ook niet normaal. Binnen de 200 meter haalde ik een topsnelheid. Op de brede startlaan haalde ik bijna 30 km/u en dacht: “ik ga hier echt maniakaal hard”, al bleef het wel oppassen voor de vele tramsporen in dat eerste deel. Ik reed meteen in een peloton en het is toch wennen om in zo’n massa te rijden. Iedereen is wat hevig bij het vertrek. Ik was ook vergeten dat inline skaters signalen gebruiken om aan te geven of er een bocht naar rechts of links komt bijvoorbeeld. Ik ging nog steeds keisnel. Bergaf haalde ik een snelheid van 37,5 km/u. Mijn skates trilden anders dan ik gewoon was. Het lukte me toen nog niet om aansluiting te vinden in een treintje.

Ik merkte snel dat ik skaters van de startwave voor mij begon op te rapen. Het ging me dan ook net wat te traag. Daardoor kon ik geen trein vinden om mee in te stappen. Ik was echt alles aan het geven tegen de wind in en voelde wel al wat handen in mijn rug. Tot ik in een etalageruit zag dat ik een heel peloton op sleeptouw genomen had! Degene die achter mij reed nam de signaalgeving op zich. Als ik een gat had dichtgereden op een andere trein kreeg ik applaus van mijn volgers. Op die manier kon ik van de ene naar de andere trein springen, maar bleef ik wel zelf met mijn neus in de wind rijden en moest ik best hard werken. Uiteindelijk is de staart van mijn eigen trein afgescheurd en heeft die mij afgelost op kop. Ik werd toen naar voren getrokken in mijn eigen trein door iemand die mij “great speed!” toeriep. Het is echt gek hoe er constant nieuwe treintjes gevormd worden en hoe je ook echt in en uit zo’n trein kan stappen. Ik keek altijd naar mijn snelheid om te kijken of ik in de juiste trein zat. Het is zo comfortabel skeeleren als je helemaal gebukt achter iemand kan rijden, alsof je dan bijna niks moet doen. Er zijn trouwens ook nog veel skaters die niet in een trein rijden hoor. Ik heb dat vorig jaar ook niet gedaan. 

9c932851-732e-4b20-a55f-fd7c4bafadac

Je kan op skeelers best diep gaan. Ik kreeg na verloop van tijd wel wat rug- en nekpijn, maar had me voorgenomen om nog niet alles te geven tot kilometer 30. Zal ik instorten? Zal ik dit nog kunnen volhouden? Dat schoot wel geregeld door mijn hoofd. Vorig jaar zag ik niemand vallen, maar nu zag ik vaak deelnemers tegen de vlakte gaan. Het gekke is dat je, ondanks je hoge snelheid, toch makkelijk kan uitwijken. Ik zag dan ook geen valpartijen met meerdere mensen. De laatste 5 kilometer zat ik bij een groepje vrouwen die heel fanatiek waren en nog wilden versnellen. Ik riep hen toe: “come on ladies, full speed!”. De laatste rechte lijn ben ik voluit gegaan. Vlak voor de Brandenburger Tor liggen lastige stenen waardoor je tempo onvermijdelijk terugzakt, dan kan je op een kort stukje nog wat snelheid maken tot de echte finish. Ik werd daar uitvoerig bedankt door de vrouwen die ik op het einde nog had meegetrokken. Ik wist niet goed wat te zeggen, want ik was zelf helemaal overdonderd door de ervaring en mijn supersnelle tijd. Met een gemiddelde snelheid van 27,5 km/u wist ik amper wat me overkomen was. Ik verbeterde mijn tijd van vorig jaar met 16 minuten en finishte maar 2 minuten na Seppe, die me aan de finish zag en droogjes opmerkte: Roos, gij zijt hier al?!

De mannen van mijn team waren na afloop behoorlijk geradbraakt. Bobby (1u35) had zichzelf naar eigen zeggen een hernia geskeelerd. Hij had in de voorbereiding te weinig op zijn skates kunnen staan en miste daardoor vertrouwen, een gebrek aan wielgevoel dus. Seppe (1u30, ook een nieuw PR) had rugpijn. Ook Dave (1u45) en Bart (1u41) voelden zich behoorlijk gebroken. Mijn voeten waren blij dat ze uit mijn skates mochten, maar ik zat nog zo vol adrenaline dat ik amper pijn voelde. De terugweg naar het hotel hebben we heel traag gewandeld. We zijn bij een hippe frituur gaan eten en toen besefte ik ook dat mijn pre-race-lunch bestond uit een stuk kaastaart met een cappuccino.

De marathon van Berlijn skeeleren is echt zó uniek, er is geen enkel ander skeeler-evenement van die orde. Seppe probeert nu iedereen te overtuigen om volgend jaar deel te nemen aan het duo-klassement, maar ik ga toch passen voor de combinatie met een marathon lopen op zondag. Ik vind het eigenlijk wel ideaal om de skeeler-ervaring op zaterdag mee te maken en zondag de marathon langs de zijlijn te beleven. Die laat natuurlijk niemand koud. Eliud Kipchoge live aan het werk zien onder andere, maar ook al die lopers hun laatste rechte lijn richting finish zien nemen. Echt fantastisch! Met een groepje sporters op pad zijn, betekent ook dat er het hele weekend over sport wordt getetterd. Ondanks het feit dat de treinreis van en naar Berlijn eindeloos leek te duren heb ik zo hard van alles genoten. We waren een heel tof en goed team, ik kijk al uit naar volgend jaar! 

c4f919bc-90d2-48b1-8316-a3d68ae8fe0e

De race – Rotterdam Marathon april 2023

De cijfers: met een nieuw PR van 2:58:15 was mijn 16e marathon een absolute knaller
De voorbereiding: een lange zoektocht naar het goede gevoel dat zich slechts sporadisch liet opmerken
De race: 37 intens positieve kilometers die steeds meer vertrouwen gaven om dan toch die gevreesde tijdsdruk te voelen, door op safe te lopen kon ik de sub3 binnenrijven
De herinnering: een weekend onder vrienden en familie die het beste in mij naar boven haalden, hoe 3 uur zowel kan aanvoelen als 3 minuten dan wel 3 dagen, kortom een sub3 om never ever te vergeten!

Wat vooraf ging
Ik wist al ongeveer een jaar van tevoren dat ik in april 2023 voor de derde keer de marathon van Rotterdam zou lopen. Als marathonloper is het niet heel origineel om te zeggen dat je “iets” met Rotterdam hebt. In oktober 2021 kon ik er bij de post-corona editie een nieuw tijdskader uitzetten door 3:07 op de tabellen te lopen: een bevestiging van mijn sportieve renaissance. Op een dag, ooit, later als ik groot ben, zou ik wel eens wat minuten van die 3:07 kunnen afpingelen. Ik had toen oprecht nooit durven vermoeden dat een sub3 tot de mogelijkheden zou behoren. Samen met Sam en Roos kwamen er nieuwe marathonplannen. Na de Amsterdam Marathon in het najaar wist ik het zeker: ik zou in het voorjaar durven uitspreken dat ik zou durven strijden voor die sub3. Het nieuwe jaar (dat geheel toepasselijk eindigt op een 3) trok zich echter weinig overtuigend op gang. Er was constant tegenwind, zowel letterlijk als figuurlijk. Puur objectief gezien wist ik dat ik er alles aan had gedaan om goed voorbereid mijn sub3 poging aan te gaan. Gevoelsmatig daarentegen gaf ik mezelf weinig kans om dat doel te halen. Ik voelde het niet. Helaas bleek dat fit aan de start van de marathon staan niet alleen voor lopers een uitdaging is. Simon – Sikke – Van Roy moest als starter forfait geven door blessureleed. Mijn zus Marike zag haar supportersweekend door het trommelvlies geboord worden en bleef noodgedwongen thuis met een fikse oorontsteking. Gelukkig kent Team Sis geen grenzen.

Vlak voor de start
Om 5u30 opstaan om een marathon te lopen voelt als uitslapen. Ik ontwaak op een luxueuze luchtmatras in de herberg van Machteld. Ook Sam is van de partij. Marathonontbijten dat wil zeggen: witte boterhammen wegstouwen, een banaan mag niet ontbreken, net zoals een koffietje en wat peperkoek om het brandstofvat af te sluiten. Buiten is het grijs, miezerig zelfs. Met een graad of 10 mogen we echter niet klagen, zeker omdat er geen regen voorspeld is. Als we aankomen bij de startzone valt het me meteen op dat het een pak drukker is dan bij mijn vorige deelname in Rotterdam. Er staan maar liefst 17.000 enthousiastelingen aan de start van de marathon. We ontmoeten ons live supportersteam Roos en mama bij de Leuvehaven (dat wij liefkozend Het Haventje noemen). Pietenerveus ben ik inmiddels. Ik geef mezelf 30% kans om de sub3 binnen te halen. Samen met Sam in het startvak staan (nu al voor de 3e keer op rij) is altijd een moment om dankbaar te zijn dat we die marathonmanie met elkaar kunnen delen. Sam durft trouwens net zo goed ambitieus te zijn. Hij gaat resoluut voor een sub 2:50.

IMG_1338b
“Mama, ga eens in dat bootje zitten”

Op elkaar gepakt wachten in zo’n startvak went dus echt niet. Oog in oog staan met het marathonbeest lijkt telkens weer een mission impossible. Het is dan dat ik ten volle besef dat een marathon maar liefst 42,2 kilometer lang is. Eindeloos lang dus. Prestaties uit het verleden zijn geen garanties voor de toekomst. Misschien is dit wel de marathon van de deceptie, de marathon waarin ik vooral mezelf heel erg zal ontgoochelen. Sub3 hoe realistisch is dat eigenlijk? Constant lopen met hangen en wurgen, met een tikkende klok die in je nek hijgt, misschien een vreselijke sprint op de Coolsingel om nét wel of niet onder die 3 uur te duiken. Brrr… waar begin ik aan? Ik doe kortom nog een potje doemdenken vooraleer ik de benen aan het woord laat. Lee Towers zet traditiegetrouw You Never Walk Alone in. Het gaat nu echt beginnen.

De race
Om 10u worden we met geknal en rook de imposante Erasmusbrug op gejaagd. Sam roept me toe dat ik moet durven vertrouwen op mezelf. Een cliché misschien, maar omdat hij het oprecht meent, weet ik dat hij gelijk heeft. Ik moet in mezelf durven vertrouwen. Ik heb zelfs een raceplan. In Amsterdam liep ik zowel mijn 1e als 2e marathonhelft in 1u30. Als ik nu mijn eerste helft aan 1u28 loop, kan ik de tweede helft bevestigen wat ik al eens deed. Bovendien heb ik dan nog marge. Ik wil met een vrij hoofd lopen zonder te rekenen op een versnelling op het einde. Ik wil ook niet continu hetzelfde tempo moeten lopen met slechts enkele seconden op reserve. In de aanloop naar zijn Rotterdam Marathon zei Bashir Abdi dat nederig starten de boodschap was. Daags voordien werd die quote mij nogal ingewreven. Starten doe ik meestal kanonskogel-gewijs. Hard en snel, of zoals Seppe zegt: het moment van de start pakken. Het is de aard van het beestje. Ook nu, mijn eerste kilometer loop ik in 3’58”. Oeps. Het voelt echter alsof ik nog maar 10% van mijn krachten benut. Mijn blitzstart is een vertrouwensboost van jewelste: net wat ik nodig heb! Vandaag zal ik ambitie tonen. Hoe dan ook zal dat een boeiend verhaal opleveren: het wordt De magie van sub 3, dan wel plus 3.

IMG_1330b
Size doesn’t matter, een maatje 40 versus 48

Ik had me ook ingeprent om te denken aan alle tips die ik van mijn kinesitherapeut Kathelijn kreeg. Zij is de vrouw met de gouden handen die tot de wereldtop in haar vak behoort en aan de benen van de koplopers in deze race mag zitten. Ik heb het geluk om inmiddels al een jaar of 7 bij haar op tafel te mogen liggen. De afgelopen maanden gaf ze me technische loopscholing op de piste. Niet gemakkelijk, maar ik merkte wel dat er iets veranderde in mijn passen en dat hogere tempo’s daardoor comfortabeler gingen aanvoelen. Kathelijns geloof in mijn kunnen betekent veel voor mij, die sub3 zou wel eens gaan gebeuren. Ik werd gecomplimenteerd met de vooruitgang die ik had geboekt: mijn pivot was er echt op vooruitgegaan. Ik kon een tempo van 4’10” aan, daar was ze van overtuigd.

De eerste kilometers bevind ik me in een looppeloton. Samen vormen we een grote loopmachine met ontelbare voeten die over de grond roffelen. Als één blok, militair en machinaal. Ik vertrouw op mijn eigen tempo en zal daarbij handig gebruik maken van de massa. Zo min mogelijk energie verspillen door beschutting te zoeken waar het kan. Me niet laten opjagen of meeslepen. Wat is dit een fantastisch gevoel! Ik heb amper een kwartier gelopen en mijn geluk kan niet op. Al het vertrouwen dat ik de afgelopen maanden zo hard moest missen, lijkt opgespaard te zijn voor dit ene moment. Dat ik vandaag de sub3 zal binnenhalen lijkt geen droom meer, maar een realiteit. Hoe arrogant dat ook mag klinken. Ik voel me ijzersterk en hypergefocust. Marathonmodus: aan. Enkele rekensommetjes later weet ik wat mijn tussentijden op 5, 10, 15 kilometer en het halfway-point moeten zijn om mijn eerste helft af te werken met een gemiddeld tempo van 4’10”. Naast die cijfers denk ik vooral weer aan Kathelijn: loop met ease, het moet gemakkelijk aanvoelen. Dat doet het ook! Op deze grijze zondag kan ik me geen leukere bezigheid bedenken dan een marathon te lopen.

Rond kilometer 10 lopen we langs het water, een weg die ik voor het gemak de Vaart van Rotterdam-Zuid noem. Zonnestralen zullen we vandaag niet te zien krijgen, maar het zelfvertrouwen straalt nog steeds van me af. Ik ben omringd door heel wat ambitieuze lopers. In het startvak voor mij zijn namelijk alle vrouwen gestart die deelnemen aan het Nederlands Kampioenschap. Ik kan daar alleen maar profijt van hebben. Het betekent immers dat er heel wat snelle vrouwen voor mij zijn uitgestrooid waar ik zo nu en dan mijn karretje bij kan aanhangen. Ik beschouw het als een heel flexibel pacer-systeem. Hun vastberadenheid werkt aanstekelijk. Bij het minste zuchtje wind dat ik voel (of denk te voelen) zoek ik dekking. Tegen de wind in beuken deed ik de afgelopen maanden al meer dan genoeg. Als een orkest langs de kant Leef! van André Hazes speelt, vraag ik me af of ik een marathon zou lopen als ik zou weten dat mijn laatste dag was aangebroken. Ik ben er nog steeds niet uit.

2e77a67f-a4f9-45d4-ac5c-295ec1005dc9
Over loopplezier gesproken!

Daar loop ik dan op cruise control met mijn Vaporfly’s. Bestemming: Coolsingel. Mijn rug voelt wat stijf aan, net als mijn hamstrings, maar dat is op zich niks nieuws (en nee, het ligt ook niet aan mijn leeftijd). Het valt me op dat ik minder registreer van wat er langs de kant van de weg te zien is. Soms voelt mijn looptocht aan als één grote trip down Memory Lane. Een terugblik op het archief van mijn leven. Och ja, hier redde papa in 2016 een peuter die in het midden van het parcours stond. En jawel, we naderen nu de ambiance van Slinge, waar Roos anderhalf jaar geleden wat meters meeliep. Kilometer 13 is een feit en ik begin aan de lange U-turn na een eerste aanmoediging van mama en Roos. Die hebben er duidelijk ook zin in! Kilometer 15 zegt me dat ik nog steeds perfect op schema lig. De benen zeggen nog steeds dat ze er zin in hebben. Bij elke passage over de tijdsmat denk ik ook aan de volgertjes die via de app mijn tussentijden te zien krijgen. Ik hoop dat ze niet al te veel zullen panikeren als mijn tempo, geheel volgens plan, wat terugvalt. Mama en Roos kunnen me nog eens aanvuren. Op het halfway point is het goede gevoel onveranderlijk. Ik klok daar af net onder de 1:28.

Vlak na de eerste wedstrijdhelft breekt het meest cruciale deel van de race aan. Volgens het gezegde begint de marathon pas op kilometer 35. Ik ben het daar zeker mee eens: de verzuring is dan onvermijdelijk, het lichaam sputtert hoe dan ook tegen. Uit ervaring weet ik echter dat ik mentaal overeind moet blijven tot kilometer 30. Als ik die met een frisse, strijdvaardige kop kan aanvatten, dan komt het goed. Bij mijn 3 marathons in Parijs en ook bij mijn vorige deelnames in Rotterdam kreeg ik tussen kilometer 25 en 30 steevast een rekeningetje gepresenteerd. Lopen mag dan nog geen knokken zijn om het onderste uit de kan te kunnen halen in de echte finale. Er moet nog loophonger in de tank zitten als ik aan kilometer 30 begin. Ik concentreer me dus nog meer op de ontspanning in mijn tred. Het moet easy aanvoelen. Als ik naar de 25 kilometer toe loop, voel ik voor het eerst de wind pal op mijn gezicht. Van het peloton schiet niets meer over. Ik verlies wat terrein. Hier mag ik zeker niet gaan doorduwen. Tak-tak-tak. Focus op de eigen pace. Ik mag de sub3 hier niet verliezen. Hier kan ik niet ongestraft met mijn krachten woekeren. Ik heb marge. Ik loop perfect op schema. Ik heb al 4 gels kunnen wegwerken en die zijn niet slecht onthaald door maag of darmen. Dit komt goed. Dit moet goed komen.

e9600f0c-a6c0-4446-b49b-e1ab1d0e255f
Actiefoto van het jaar met model Sam en fotograaf Roos. 

Na 27 kilometer loop ik weer over de Erasmusbrug. Wauw! De mensenmassa schreeuwt me toe. Wat een sfeer. Ik heb amper door dat de weinige hoogtemeters van het parcours hier gemaakt worden. Bij mijn laatste stukje over de brug kan ik niet anders dan lachen. Wat ben ik toch een enorme gelukzak dat ik deel kan uitmaken van dit evenement. Vandaag is Rotterdam ook een heel klein beetje van mij. Dit is een moment om nooit te vergeten. Ik loop langs de startvakken, terug de stad in. Het is niet te vatten hoeveel supporters er langs de kant van de weg staan. Ze zijn ook ongezien luid, aangezien ik richting de 30 kilometer ga en langs de andere kant van de weg de koplopers van de race hun opwachting zullen maken om richting finish te gaan. Oké, genoeg chaos, nu moet ik me terug focussen op mijn benen. Ik heb een plan en dat lijkt helemaal te gaan uitpakken zoals ik het niet eens had durven dromen.

Kilometer 30 dient zich aan: de passage langs de Boezemstraat, waar het après-ski gevoel overheerst, een volksfeest in de stijl van Bocht 7 op Alpe d’Huez. Bijna 2 kilometer lang kruisen we hier de lopers die rond kilometer 40 zitten. Zij kunnen echt beginnen aftellen naar de Coolsingel. Omdat ik zelf ook behoorlijk vooraan loop, zie ik slechts af en toe een buitenaards snelle loper voorbij flitsen. Ze zijn zo dun bezaaid dat ik me niet geïntimideerd voel. Wie hier al langer leest, weet dat ik zowel de Kralingse Plas als het Bois de Boulogne ernstig vervloekt heb. Het zijn plekken waar ik al meermaals gestorven ben. Om die reden liep ik er in het verleden met een ei in mijn broek naartoe. Vandaag is alles anders. Geloof het of niet, maar ik heb gewoon zin om de lus langs de Kralings Plas te maken. Joepie! Lekker vlakke rechte stukken, tempo vinden en maken, consolideren. Hier kan ik de sub3 echt naar me toe trekken.

Ik denk weer aan de raad van Kathelijn en neem nog een laatste gel op kilometer 30. Ze vertelde me ook over adaptieve intelligentie. Toppers onderscheiden zich door op moeilijke momenten het hoofd boven water te houden, door snel te kunnen schakelen en hun mindset aan te passen al naargelang de omstandigheden. Ik ben geen topper, maar ik moet nu eventjes denken dat ik het wel ben. Ik moet en zal het hoofd boven water houden. Mijn benen zullen blijven draaien. Mijn loopmachine mag niet stokken. Mijn sub3 marathon zal vandaag gelopen worden. Vandaag voel ik me sterk. De benenwagen draait nog steeds vlotjes. Er zit amper verval op mijn kilometertijden. De trein is onder stoom. Het geeft weer zo’n enorme boost dat dit in mijn lijf zit en dat het er nu ook uitkomt. Voor ik het goed en wel besef bereik ik kilometer 35, waar de marathon dus echt begint.

Tijdens deze marathon loop ik voor elk van mijn levensjaren een kilometer die semi-moeiteloos aanvoelt. Althans, dat kon ik mezelf toch wijsmaken. Ik hoop dat het niet exemplarisch is voor mijn leven, maar nadat ik het bord van de 37 zie, ervaar ik in alle hevigheid dat ik een marathon aan het lopen ben. Voor elk van die kilometers krijg ik een gram melkzuur in elke spiervezel. Au zeg! Ik moet moeite doen om mijn ademhaling onder controle te houden. Enerzijds lijkt het alsof er heel veel gebeurt op en rond het parcours, anderzijds gebeurt er helemaal niks. Ik ben dan ook dolblij als ik Roos en mama zie op kilometer 37,5. Ook Roos is duidelijk in de ban van de adrenaline als ze een stukje met mij mee loopt. Ik weet niet meer wat ze juist zegt, maar het raakt me om haar zo intens te zien meeleven. Ik voel haar enthousiasme, ik zie dat ze mijn pijn en afzien ook voelt, dat ze weet dat ik het kan binnenhalen en dat dit toch nog 5 angstige kilometers zullen zijn. Ik wil haar geruststellen dat het zal lukken, maar er komt weinig over mijn lippen. De enige weg is die vooruit. Go go go!

Echt genieten zit er niet in tijdens mijn laatste kilometers. Ik weet dat ik het zal halen, maar er mag nu ook niets mislopen. Een minuut of twee marge is veel en weinig tegelijk. Ik voel dat ik wat tempo verlies, ik weet ook dat het nog steeds hard genoeg gaat. De beats van de Boezemstraat stuwen mij vooruit. Blaak is in zicht. Gaaaaaan! Niet twijfelen! Ik had me voorgesteld dat ik de laatste twee kilometers ofwel zou genieten dat het geen naam had ofwel de sprint van mijn leven zou lopen. Geen van beide scenario’s wordt werkelijkheid. Een fractie van een seconde lijkt het alsof mijn linkerbeen aan het asfalt blijft kleven als ik een kramp in mijn kuit voel. Nee! Niet nu! Ik durf niet voluit te gaan. Ik wil genieten, maar ik heb zoveel schrik dat het mij hier nog zal ontglippen dat ik me vooral concentreer op de weg voor mij. Kan ik nu alsjeblieft die bocht maken richting Coolsingel? Laat mij die finishboog zien! Er volgt een bocht en nog eentje. En jawel, ik zie zowaar de finish opdoemen in de verte. Het gaat gebeuren. Het gaat écht gebeuren. Vandaag word ik een sub3 loper. Ik ben daarin trouwens absoluut niet de enige. Het is druk als ik over de finishlijn loop, maar dat maakt niet uit. Bam! Ik ben over de mat. 2:58:15 is een dikke vette sub3 op mijn palmares. Het feestje is helemaal compleet als ik Sam zie die me staat op te wachten. Ook hij beleefde een memorabele dag door af te klokken in een heel straffe 2:47:50, een verbetering van zijn PR met maar liefst 8 minuten. Wat een topper!

Vlak achter de finishlijn zie ik in mijn ooghoek een man die met enige zin voor dramatiek voorovergebogen staat. Er staat een camera op hem gericht en hij krijgt een microfoon onder zijn neus geduwd. Het is Arjen Robben, ex-topvoetballer en Nederlands trots. Hij is meer dan tevreden met zijn sub3, lees ik nadien in de media: Het moest, zo zegt hij. Ik hoop dat hij ermee kan leven dat ik 18 seconden sneller ben. Uit zijn split times blijkt dat hij quasi dezelfde tussentijden heeft laten registreren. We hadden dus eigenlijk samen kunnen lopen. Vlak voor Sam en ik een medaille rond elkaars nek hangen, word ik nog aangesproken door de Ierse Neasa in wiens gezelschap ik heel wat kilometers heb doorgebracht. Ze finishte vlak achter mij en verbeterde haar PR met 15 seconden. It’s my first sub3, zeg ik, om maar duidelijk te maken hoe uniek dit voor mij is. Haar antwoord: Many more to come!

cdabf47d-91e8-4964-9969-605a45dc19d2

Als we na de finishzone mama en Roos terugzien overheerst eerst de euforie. Mannekes toch, wat hebben jullie vandaag gedaan?! De powervrouw die 3 uur lang door de marathon denderde is verdwenen. Ik ben van de kaart. De kou overvalt me, ik sta te bibberen op mijn benen. Ik kan me amper nog vooruit bewegen, met de twee betonnen blokken die mijn benen zijn. Ik lach en jank tegelijkertijd. Ik weet het allemaal niet meer. Een marathon lopen is naast een straffe sportieve prestatie ook een emotioneel gebeuren. Ik voel een mix van trots, opluchting en ongeloof. Het is op. Ik was tijdens mijn race zo overtuigd van mijn sub3, maar net nu het officieel is lijkt het onwerkelijk.

De conclusie
Je kan heel veel mooie marathons lopen en het goede nieuws is dat je daar niet ver voor hoeft te reizen. De Rotterdam Marathon mag zich met recht en reden #demooiste noemen. Het is één groot feest, zowel voor lopers als supporters. Je voelt dat de Rotterdammers (terecht) trots zijn op dit evenement. Heel warm aanbevolen dus. Misschien stond het wel in de sterren geschreven dat ik hier een sub3 zou lopen. Ik liep in Rotterdam ook mijn eerste sub 3u30 en 3u15. Nederigheid is absoluut op z’n plaats. Uiteindelijk begon ik als 28-jarige te lopen omdat ik dan gezellig met mijn zus kon samenzijn. Ik had nooit kunnen voorzien dat die bezigheid zulke grootse proporties zou aannemen en mij zoveel meer in het leven zou brengen dan een steengoede conditie. Laat staan dat ik tot een select groepje snelle marathonvrouwen van mijn land zou gaan behoren. Juist omdat ik dit nooit als ultieme doel heb nagestreefd, ben ik lopen zo gaan koesteren en staat het voor mij niet gelijk aan louter presteren.

Wat ik eveneens nooit had durven vermoeden is dat deze sub3 zo moeiteloos leek te verlopen. Al helemaal omdat de maanden in aanloop naar deze marathon zowel op mentaal als fysiek vlak veel van mij hebben gevraagd. Ik stond niet fris aan de start, wel fit. Ik denk dat de verklaring eenvoudig is. De marathon vormt inmiddels al 8 jaar een belangrijk deel van mijn leven. Bij elk nieuw marathonplan laat ik wat achter van de vorige marathon en neem ik iets anders mee. Ik leef niet voor mijn sport zoals een topatleet, maar lopen is wel een fundamenteel onderdeel van mijn leven geworden. Ik train hier zo goed als elke dag keihard voor. Hoewel mijn leven niet volledig in het teken staat van de marathon (en ik dat ook niet zou willen), laat ik er zeker wel wat voor schieten. Ik heb niet 8 jaar lang toegewerkt naar dit ene moment. Die gedachte zou al mijn voorgaande marathons oneer aandoen. Het is juister om te zeggen dat 8 jaar aan marathonervaring en -training samenkwamen in dit waanzinnige Rotterdamse avontuur. Ik kan alleen maar hopen dat ik de magie van deze marathon nog zal mogen ervaren. Of er nog sub3’s zullen volgen? Dat weet ik niet. Eén ding is zeker: many more adventures to come! Ik ben nog lang niet uitgelopen (en -geschreven).

Nog enkele weetjes

  • Bashir Abdi haalde met 2:03:47 de overwinning binnen van deze 42e editie. Zijn 2e winst in Rotterdam dus. Koen Naert bezette knap de zesde plaats met 2:06:51. Met een straffe 2:31:28 was Astrid Verhoeven de eerste Belgische vrouw.
  • Mijn sub3 is een garantie op een startbewijs voor de iconische marathon van Berlijn in september 2024. Een unieke kans om in het spoor van de absolute wereldtop door Berlijn te racen. Berlin, ich liebe dich!
  • Ik liep deze marathon met een gemiddelde snelheid van 4’11” per kilometer, exact hetzelfde tempo dat Seppe 6 dagen eerder haalde op De Jogclub Ultra. Verschil moet er zijn.
  • Mijn race-outfit testte ik de voorbije jaren al uitvoerig. Traditiegetrouw onderwierp ik mijn short de avond voordien nog eens aan een grondige kruisnaadcontrole. Ik vrees dat het voor dit broekje de laatste marathon was.
  • Mijn blauwe Vaporfly’s stelden niet teleur. Wonderschoenen zou ik het niet willen noemen. Ze zijn vooral heel licht en bieden een excellente demping. Van “de ribbel” aan de hiel had ik geen last.
  • Gelukkig liep ik deze marathon niet voor de prachtige finishermedaille, want ik vind het een lelijk ding.
  • Het supportersplan van mama en Roos was tot in het kleinste detail uitgewerkt. Helaas werden ze het slachtoffer van de drukte op de metrolijnen en moesten ze daardoor een supporterspunt laten schieten. Ze stonden er hoe dan ook als het nodig was. Het blijft heel bijzonder om vertrouwde gezichten te zien tijdens zo’n evenement.
  • Sam had het voor de race over tramsporen in het wegdek. Ik had daar weinig herinneringen aan. Tot ik tijdens mijn laatste kilometers opmerkte hoeveel tramsporen we voor de voeten kregen.
  • Mijn foto’s van de organisatie zijn niet veel soeps. Erg chaotisch, grijs ook, weinig sfeer en herkenbaarheid van de stad. Ik zou er nog geen euro voor geven.
  • Daags voor de marathon hadden we het met Machteld en Jelle over het verschil tussen “borrelen” en “pimpelen”. Het heeft beide te maken met in een amicale sfeer (alcoholische) drankjes drinken. Twee woorden om op te nemen in mijn vocabulaire.
  • Een raceverslag schrijven neemt aanzienlijk meer tijd in beslag dan het lopen van die marathon. Hoe kon ik denken dat ik hier weinig over te vertellen had?! Voor jullie neemt het (hopelijk) nog steeds minder tijd in beslag om dit verslag te lezen dan de marathon te lopen.

0bffeb2a-7a59-4a57-b2c3-d4749f1570d8

Het moment – De magie van sub 3

Dag allerliefste lezertjes

Ik stuur jullie even een bericht vanuit hogere sferen. Mijn beide voetjes staan dan wel nuchter op de Tiense grond (het gewone leven gaat immers verder), mijn hoofd is nog niet geland. Ik zweef ergens tussen de Euromast en de Erasmusbrug. Ik kijk uit over Rotterdam-Zuid, Ahoy en De Kuip. Ik hoor het ritmische getrommel van loopschoenen langs de Kralingse Plas. Ook het gejoel van Rotterdam Blaak tot op de legendarische Coolsingel gonst nog na. Met momenten oorverdovend, zonder volumeknop. Ik proef nog een restje chemische banaan: de eerste sportgel die ik zo rond 10u40 wegwerkte. Er tekent zich een dikke vette glimlach af op mijn rode kop, maar ook een bedenkelijke frons. Is dit echt gebeurd? Zondag 16 april waren de marathonwolken boven Rotterdam voor de gelegenheid niet roze, maar grijs. Ook zonder ideale weersomstandigheden had ik amper 2 uur 58 minuten en 15 seconden nodig om de finish te bereiken van mijn 16e marathon. Ik voel de magie van sub 3.

Intens, dat is het woord dat steeds terugkeert als ik het over de Rotterdam Marathon heb. Ook deze derde keer was het een grensverleggende ervaring. Het voelt behoorlijk onwezenlijk dat ik 37 kilometer lang bulkend van het zelfvertrouwen over dat parcours kon razen. Verbeten en met een enorme focus. Een vrouw met een plan dat wonderwel in de juiste plooi leek te vallen. Marathon mode on en gaan met die banaan! Ik kon afrekenen met mijn kwelduivels in Kralingen. Het gaat lukken! schreeuwde Roos toen ik aan mijn laatste 5 kilometer begon. De sub 3 lag voor het grijpen. Net daarom voelde ik de daver op mijn lijf. Natuurlijk deed alles pijn en sloeg de twijfel genadeloos hard toe. Ik kon de sub 3 ruiken en voelen. Ik was bang om hier en nu ten onder te gaan. Om er op het allerlaatste moment nét naast te grijpen. Het vraagt tijd om die wirwar aan emoties te sussen met Oef, het is gelukt! 

Een marathon lopen in minder dan 3 uur lijkt zowel een handvol seconden als een paar dagen te duren. Ik loop mijn race nog steeds. De droom van de sub 3 was een redelijk prille droom. Hooguit een half jaartje oud. Ondanks alles durf ik nog heel stout te dromen. Dromen zijn een houvast: mooi om na te jagen, maar het is niet per se een noodzaak om ze te verwezenlijken. Uiteindelijk loop ik marathons omdat ik zo graag loop en omdat lopen mij al zoveel moois gebracht heeft. Als dromen werkelijkheid worden, wil je dat moment koesteren, maar is het zwarte gat ook onvermijdelijk. Mijn beentjes zijn verbazingwekkend fris, het hoofd is doodop. Rotterdam heeft mij overdonderd.

Heel even dacht ik dat er weinig te vertellen was over deze race. Haha, niks van dat! Ook in mijn hoofd was het niet bepaald windstil. Jullie willen waarschijnlijk wel weten welke aparte observaties en bedenkingen er gedurende die krappe 3 uur door mijn hoofd schoten. Hoe ik met de druk van de tikkende klok omging. Hoe waanzinnig dit avontuur weer was. Wel, dat verhaal komt eraan: in geuren en kleuren, smaken zelfs, de enige manier waarop ik het kan vertellen. De bedanking krijgen jullie nu alvast. Omdat Team Sis dankzij jullie allemaal sterker dan ooit was. Mijn nummers 13 en 23009 tonen hoe immens gelukkig ik mij mag prijzen deel uit te maken van zo’n straffe equipe. You’re the best. Simply the best.

Met een diepe (ietwat stramme) buiging en een warme groet
Joke X

Het moment – Team Sis naar Rotterdam!

Ik kan heel veel redenen bedenken waarom ik zo graag marathons loop. Mijn marathonavonturen hebben er bijvoorbeeld voor gezorgd dat ik ondertussen op verschillende plekken, ver van mijn huisdeur verwijderd, op de één of andere manier thuiskom. In Rotterdam bijvoorbeeld. Het is steeds weer een blij weerzien met de stad die ik even chaotisch, bruisend als inspirerend vind. Ik kom er ook telkens een beetje thuis bij mijn goede vriendin Machteld. Zelf heeft ze helemaal niks met lopen, maar ze zal nu al voor de derde keer herberg spelen voor mij en een deel van mijn entourage. Jawel, het gaat wel degelijk gebeuren: morgen sta ik aan de start van mijn 3e Rotterdam Marathon, de 16e marathon op mijn palmares. Mijn zusjes en mama reizen mee af om me te ondersteunen op elke denkbare manier. En Sam is er ook weer bij. We kennen elkaar nu een dik jaar en dit is al de derde marathon waar we samen naartoe hebben geleefd.

4 jaar geleden zong ik luidkeels I’m still standing bij marathon nummer 10 in Parijs. Het waren turbulente jaren geweest, maar ik stond er nog steeds. Wel, de turbulentie is er niet minder op geworden. Integendeel. Ik durf niet meer luidop te zeggen dat ik er nog sta. Wat ik wel weet, is dat ik mijn beide handjes mag kussen omdat ik me nog steeds in deze avonturen kan storten. Dat die onvervalste loophonger niet is afgenomen. Dat lopen mij nog steeds zoveel geeft. Lopen is een sport voor einzelgängers, dat heb ik lang gedacht. Kilometers malen doe je uiteindelijk toch vooral alleen, net zoals die marathon tegemoet treden. Sinds mijn schoonbroertje Niko bij de Remy Boys voetbalt en Roos dus behoorlijk vaak langs de zijlijn van een voetbalveld staat, snap ik veel beter waarom het zo plezant is om deel uit te maken van een ploeg. Om als een team op dat veld te samen, iets op te bouwen en ergens naartoe te werken. Al helemaal nu de Boys vandaag hun kampioenstitel uitgebreid zullen vieren. Anderzijds besef ik nu meer dan ooit dat ik ook een soortement van team heb. Team Sis is niet alleen een ode aan mijn twee fantastische zussen (sisters, of sisjes zoals wij elkaar noemen), maar bij uitbreiding aan iedereen in mijn omgeving die mij helpt om een gelukkige loper te zijn.

ac295cd2-7492-4d60-bfd3-21270c590c87

Om die zussenliefde in marathonstijl te vieren, maakte ik natuurlijk nieuwe sweaters. Mijn inspiratie haalde ik onder andere bij het ploeggegeven door ons rugnummers te geven. Wie ons een beetje kent, weet waarom ik de trotse 13 ben, Roos als een blij ei de 12 draagt en Marike de onbetwiste 11 is. Er is nog een Odeyntje dat een sweater kreeg: Laurien, ons nichtje, wiens gespiegelde 22 een hartje is. Met mijn rijke verbeelding en liefde voor de metafoor, kost het me geen enkele moeite om heel wat symboliek in de nieuwe sweaters te verwerken. Hun gecolorblockte voorkomen is een bont allegaartje lapjes dat toch een geheel vormt. Er zitten resten sweater in van het Invaincu-project van Amsterdam, maar ook de Parijs-truien van vorig jaar én 2019 (zie het kleine Arcje op de mouw van Laurien). Je neemt immers altijd een stukje van de vorige marathons mee naar het nieuwe plan. Bovendien moest ik wat stukken “tegen de richting in knippen” en tegendraads zijn, daar hou ik wel eens van. De prachtige gezichten-stof in het voorpand staat voor de verbinding. Allemaal door middel van lijnen met elkaar verbonden. Het ene gezicht kan niet helemaal van het andere worden gescheiden.

480f464c-892b-487f-b716-3b2087cb34d7

1f553976-af4c-4b76-9ae1-f89c1c38f1b3

2a6a016d-1ae7-4ea0-a37b-7ceb0f46ff5d

De droom van de sub-3 staat nog overeind. Hoe moeilijk ik het soms ook heb, ik durf te vertrouwen op mijn marathonmodus. Makkelijk is het nooit, moeilijk kan er heel veel. Mijn vorige marathons in Rotterdam kenmerkten zich door de intensiteit. Het waren marathons waarbij ik meer dan ooit moest knokken om recht te blijven. Ik wil er nu ook voor gaan en dat is heel veel waard. Het avontuur lonkt. Bring it on! Ik denk aan Seppe, die in Berlijn op vrijdagavond kreupel uit de auto stapte, zaterdag de marathon skeelerde en zondag de marathon nét onder de 2u30 liep, gewoon omdat hij het zo graag wilde. Ik denk aan de verbetenheid van Roos tijdens haar ultra-avontuur. Aan de pitbull die in Marike huist. Ik denk aan Bashir die hoopt op goede omstandigheden om in Rotterdam zijn Europees record scherper te stellen. Ik denk zeker ook aan Koen, die ik in het najaar in Brussel kon spreken. Inspiratie in overvloed! Ik kan ook niet anders dan denken aan de Joke van 2016 die zichzelf verbaasde door onder de 3u30 te duiken en dacht dat het een verhaaltje “eens maar nooit weer” zou zijn. Daarom denk ik ook aan de Joke van 2021 die met haar 3:07 hoopte ooit eens een 3:05 te kunnen lopen. Dromen mag niet, dromen moet.

De afgelopen tijd heb ik mogen ervaren hoeveel mensen met mij meeleven naar dit avontuur. Hoe omvangrijk Team Sis eigenlijk is. Ieder formuleert op haar of zijn manier woorden ter aanmoediging of steun. Ik heb mijn stinkende best gedaan om dat allemaal ergens in mijn gekke hoofd op te slaan. 42,195 kilometer is lang genoeg om aan al die supporters te denken. Om mij geruggesteund te voelen als ik weer aan de lus des doods begin rond de Kralingse Plas, als ik sterretjes zie, als het vliegen als waggelen aanvoelt. Wat marathondag ook brengt, Rotterdam zal altijd Rotterdam blijven. Team Sis is er klaar voor!

3805e319-4f62-416e-8986-e33ef478d142

Loperspraat – Over het voorjaar van Marike

Mijn zus Marike is een onmisbare schakel in onze familie. Ze is even zorgzaam als dat ze een doorzetter is. Ze loopt dan wel geen marathons, maar ze moet op geen enkel vlak voor ons onder doen. Onderschat haar dus vooral niet. In april 2020 liep ze al eens een 10 Miles op eigen houtje. Over toewijding gesproken. Eén zwangerschap en drie jaar later zal het over twee weken dan echt gebeuren: met drie zussen aan de start van de echte 10 Miles in Antwerpen. Momenteel leidt Marike bij haar thuis de ziekenboeg, maar ze vond toch nog even tijd om wat te vertellen over haar (sportieve) voorjaar.

Leah (3 jaar) heeft nieuwe schoenen waar ze volgens haar heel snel mee kan lopen. Ze doet regelmatig een wedstrijd tegen zichzelf. We moeten haar aanmoedigen en natuurlijk wint ze altijd. Emil (1 jaar) zet al een paar stappen. Volgens Kind en Gezin kan je pas stappen als je 10 stappen achter elkaar zet, echt stappen kan hij dus nog niet. Ik hoop dat het hem snel zal lukken, want het lijkt me vervelend als je altijd moet kruipen. Ik lees nu trouwens het boek Ouders onder hoogspanning van Marie-Anne Vanderhasselt. Het gaat over stress, wat het in je lichaam teweeg brengt en waarom kinderen zo een reacties kunnen uitlokken. Heel boeiend. In mijn kine-praktijk (Kine Odeyn in Voortkapel) gaat het goed. Mijn collega Eva is echt top! Het is leuk om samen met haar over de problemen van patiënten na te denken. We komen heel goed overeen, zowel op persoonlijk als professioneel vlak.

Mijn voorbereiding voor de 10 Miles verliep eerst heel vlot. Het is leuk als je voelt dat je steeds fitter wordt. Deze week kon ik niet veel lopen omdat ik alleen thuis was. Gisteren was ik bij mam en pap en kon ik daar gaan lopen terwijl zij op de kinderen babysitten. Heel grappig om mijn looproute van vroeger nog eens te lopen, maar ik was echt niet in vorm. Ik liep 3 kilometer en stapte toen naar huis. Dat doe ik normaal nooit! Vroeger liep ik trouwens altijd met muziek, maar nu heb ik liever wat rust aan mijn hoofd. Ik vind een looptraining niet altijd leuk. Als het mooi weer is kan ik er wel van genieten. Vertrekken vind ik het moeilijkste. Daarom leg ik mijn sportkleding (allemaal oude of gekregen spullen) altijd klaar, dat helpt om de drempel te verlagen.

IMG_9180b

Als kinesitherapeut behandel ik van de beenspieren het vaakst de kuitspier. Het voordeel is dat je daar makkelijk aan kan omdat die niet te diep ligt. Voor lopers zou ik qua core stability sowieso bruggetjes aanraden: eindeloos veel variaties, dus voor ieder wat wils. Ook oefeningen voor de gluteus medius mogen niet ontbreken. Dat is een spier langs de zijkant van je billen die heel belangrijk is voor de stabiliteit. Tot slot is dit ook nog een goede oefening: je staat op één been en houdt je andere been gestrekt achter je om het vervolgens voor je lichaam gebogen te houden.

Ik was al vaak supporter bij sportevenementen in de familie, maar ik nam zelf nog nooit deel aan een evenement zoals de 10 Miles. Ik ken Antwerpen eigenlijk ook niet zo goed. Tijdens ons zussenweekend in Antwerpen toonden Joke en Roos wel waar we zouden lopen. Ik ben benieuwd wat dat zal geven! Ik vind het vooral tof om zo eens iets met mijn zussen te doen. Met de tijd ben ik niet echt bezig. Soms kijk ik eens hoeveel minuten ik heb gelopen per kilometer (dat doen echt sporters blijkbaar), maar dat valt toch tegen als je een sportieve familie hebt. Ze dagen je natuurlijk wel uit, want ik zou anders nooit meedoen aan de 10 Miles. Anderzijds zie je ook hoeveel opofferingen er moeten gebeuren om straffe prestaties neer te zetten. Ik loop omdat ik me dan beter of fitter voel, maar niet voor die extreme prestaties. Momenteel heb ik dus geen ambitie om een marathon te lopen. Misschien als mijn kinderen wat groter zijn.

IMG_1085b

Ik hoop te kunnen gaan supporteren voor Roos en Seppe bij De Jogclub Ultra in Herent. Voor het marathonweekend in Rotterdam hebben Roos en mama de planning gemaakt. Ik ben chauffeur van dienst. Zowel zaterdag als tijdens de marathon op zondag volg ik gewoon. In 2016 was ik er ook bij in Rotterdam toen Joke, Roos en papa er aan de start stonden. Ik durf die marathonervaringen al eens te verwisselen, dus ik moet goed nadenken om die herinnering weer op te halen. Ik weet nog dat ze papa eerst kwijtraakten in het startvak (en hem weer vonden) en ook dat mama en ik een heel strak schema hadden om alles met de metro te kunnen volgen. Ik kijk er sowieso naar uit!

Het volledige team van Jokeloopt bedankt je en wenst je nog een schitterend voorjaar toe, Marike!

Loperspraat – Sloffen of snelle schoenen?

Ik zit met een schoenendilemma dat er eigenlijk geen is. Vier paar loopschoenen zijn namelijk potentiële marathonkandidaten. Eigenlijk is het een uitgemaakte zaak, ik zal mijn Rotterdam Marathon lopen met de schoen waarvan bewezen is dat het de snelste is: de bekende Nike Vaporfly. Gevoelsmatig zou ik liever voor een andere schoen kiezen. Hoe dat zo komt leg ik graag uit aan de hand van een tripje in de wondere wereld der loopschoenen.

Eerst een stukje context. Zoals ik bij mijn FAQ uitleg, loop ik sinds een jaar of 6 uitsluitend met Nike loopschoenen. Simpelweg omdat Nike mij zelden heeft teleurgesteld. Het is een merk dat mij steeds aangenaam weet te verrassen. Natuurlijk ben ik soms wel eens nieuwsgierig naar wat andere merken te bieden hebben (Hoka bijvoorbeeld), maar de noodzaak om die uit te testen is er vooralsnog niet. Voor nu vind ik alles wat mijn loophartje begeert bij Nike. Het basismodel van Nike is de Pegasus, die binnenkort zijn feestelijke 40e editie uitbrengt. Wat mij betreft is dat de perfecte standaardschoen waar heel wat lopers content mee zullen zijn. Mijn zussen bijvoorbeeld. De Pegasus bestaat ook in een Shield versie: die is water- en windafstotend, een slecht-weer-schoentje dus. In 2019 zag de Pegasus Trail het levenslicht: het comfort van de Pegasus in de vorm van een degelijke off-road schoen. Een echte trailloper zal wellicht eens hartelijk lachen met die schoenen, maar ik was meteen fan. Het zijn voor mij de ideale winterschoenen: licht, maar stevig aan de voet met voldoende grip om Vlaamse modderige toestanden de baas te kunnen. Zomerse Ardense omstandigheden behoren ook tot de mogelijkheden. Mijn favoriete schoen van het moment is de React Pegasus Trail 4. Ik ben nog nét niet gek genoeg om daar een wegmarathon mee te lopen.

Dan presenteer ik jullie nu de vier (acht dus) schoenen waar ik wel een marathon mee zou willen lopen. Ik koop al mijn schoenen zelf, sterk afgeprijsd dat wel, maar voor het schoenenspecial-idee vermeld ik ook de prijs én het gewicht (zelf gewogen op mijn keukenweegschaal – measured in the lab, zoals ze bij Nike zeggen). Hoe lichter de schoen, hoe meer je betaalt: de Vaporfly heeft een kiloprijs van 702 euro. Au.

IMG_8135b
De Zoom Fly 4 toen nog kakelvers uit de doos

Nike Zoom Fly 4 – 159,95 euro – 245 gram

Voordelen: de veelzijdige rots in de branding! Met zijn drie voorgangers liep ik al heel wat marathons. Ik ben een fan van het eerste uur. Een loopschoen die dus vertrouwd aanvoelt. Alsof je een turnpantoffeltje draagt, maar wel met een heel goede demping.

Nadelen: ik liep er geen wedstrijden mee, waardoor ze voor mij ook niet aanvoelen als écht snel. Het zijn de perfecte schoenen om gevarieerde trainingen mee af te leggen. Dit paar is bovendien een jaar in de roulatie (wel met een winterstop), maar heeft dus al wat kilometers op de teller.

IMG_1071b
De Tempo Next% bovenaan rechts, omringd door z’n vriendjes

Nike Air Zoom Tempo Next% – 199,95 euro – 238 gram

Voordelen: de knaller van 2022! Een heerlijke schoen waar ik heel wat records op liep. Keer op keer het gevoel had ik het gevoel dat ik vloog, zo ook bij mijn laatste marathon.

Nadelen: aan de zijkant van de zolen is de slijtage zichtbaar, logisch met het aantal wedstrijdkilometers dat ik ermee liep. Bovendien zijn ze ook best zwaar omdat er dus geen carbon in zit. Met pijn in het hart voelt dit paar voor mij toch te veel als een af- en uitgelopen zaak. I am so sorry, darlings.

IMG_1068b
De Vaporfly vliegmachines

Nike Zoom X Vaporfly Next% 2 – 249,95 euro – 178 gram

Voordelen: wetenschappelijk bewezen de snelste! Elke marathonloper, ongeacht stijl of niveau, heeft profijt bij deze ultrasnelle schoen met carbonplaat. Ook bij mijn eerste piste- en intervaltraining met deze schoen kon ik niet om de ongelooflijke responsiviteit heen. Traag lopen behoort niet tot de mogelijkheden.

Nadelen: bij de twee halve marathons die ik ermee liep, merkte ik helemaal niks van de aanvankelijke wauw-factor, uiteraard valt dat te verklaren door de gure omstandigheden van die races. Ook ondervind ik lichte hinder van het kussen in de hiel (dat ook andere Zoom Fly modellen hebben) dat over een eeltplekje schuurt.

IMG_1056b
De Infinity React met wit en rood: nooit een echt geslaagde kleurcombinatie

Nike Infinity React 3 – 159,95 euro – 272 gram

Voordelen: ongeëvenaard draagcomfort! Het zijn schoenen die altijd heerlijk zitten, of je er nu mee loopt, wandelt of op de trein zit. Ze bieden heel wat demping en voelen stabiel aan. Op mijn aanraden kocht Roos ze ook. Mét resultaat, zowel in Den Haag als in Gent ging ze er heel hard mee.

Nadelen: ik liep er nog geen echt lange afstanden of snelle trainingen mee. Het comfort dat ze bieden heeft ook een prijs in het gewicht: het zijn relatief zware schoenen. Ook het bovenwerk is eerder dik te noemen. Totaal irrelevant, maar toch: schoonheidsprijzen zal je er niet mee winnen.

IMG_1074b
De snelle schoenenoogst 2022-2023

Tegenwind, wegenwerken en een streepje muziek

Maart 2023 was niet mijn maand. Er was de belofte van het sportieve voorjaar en een zonnige lente. Plannen om naar toe te leven. Genoeg klein geluk om mijn hartje aan op te halen, om eens goed mee te lachen ook. Ik besef dat ik ergens onderweg de licht- en luchtigheid ben verloren. Misschien viel die geruisloos uit mijn broekzak tijdens een looptraining. Mogelijk waaide ze met een ruk weg als een pet waarbij de wind onder de klep schiet. Donkere wolken pakken zich samen boven mijn gemoed. Ik bevind me al langer in turbulente tijden. In het najaar was er geen ontkennen meer aan en zette ik stapjes terug. De voet moest van het gaspedaal. Weg met de vermijding, ik leerde hulp te aanvaarden. Mijn houvast was de doldwaze sportieve flow waar ik me in bevond. De ene na de andere unieke ervaring diende zich aan. Mits wat moeite leek het onmogelijke mogelijk. Ik trek gelukkig nog steeds met plezier mijn loopschoenen aan. Lopen is nog steeds wat mij blijer en frisser maakt, zoveel meer dan een uitlaatklep. Het vraagt echter steeds meer om mezelf staande te houden. Op 16 dagen voor de Rotterdam Marathon had ik dat liever anders gezien, al besef ik ook dat het nu eenmaal niet anders is.

Hét nieuws van de maand was dat onze Frank Deboosere met pensioen ging. De eeuwig optimistische weerman die er een halszaak van maakte om zich nooit, maar dan ook echt nooit, negatief uit te laten over het weer. De natuur kon immers regen gebruiken, jeej! De windmolens zijn toch zo blij met die wind, joepie! Ik liet mezelf wel eens een oogrol ontvallen als Frank weer overdreven enthousiast een barslecht weerbericht de wereld in stuurde. Nochtans zou ik mezelf ook omschrijven als een meteorologisch positivist. Als grote fan van de Vier Seizoenen (en dan vooral Vivaldi’s Summer in G Minor) ben ik ervan overtuigd dat elk seizoen z’n voordeel heeft. De maat is echter vol: ik ben helemaal klaar met de grilligheid van maart. Sinds mijn CPC-strijd is met name de wind mij een doorn in het oog. Kan het nu alsjeblieft eindelijk eens stoppen met waaien?! Zowel tijdens mijn looptrainingen als mijn dagelijkse steenwegritten op de fiets word ik geteisterd door wind. Of het nu strakke winden, dan wel rukwinden of windstoten zijn: ik ondervind daar last van. Zo ook afgelopen zondag tijdens de halve marathon in Gent waar ik samen met Roos en Sam aan de start stond. Het was een regenachtige dag en als het regent, lieve mensen, dan waait het doorgaans ook. Neem daarbij een parcours met behoorlijk wat draaien en keren, lastige steentjes incluis, een Gent dat grijs afstak tegen de koninklijke allures van Den Haag en je begrijpt dat ik er niet de halve marathon van m’n leven liep. Dankzij de lead-out van Sam kon ik nog afklokken op een 1:25, maar een echt goed gevoel hield ik er niet aan over. Roos daarentegen, die ging weer als een speer. Ze verbeterde haar amper 2 weken oude PR van de CPC met weer een minuutje. She’s on a roll! Volgend jaar gaat ze Karel Sabbe achteraan in de Barkley Marathon, let op mijn woorden.

SQQH0117

Ik word ook geplaagd door wegenwerken. Op mijn fietsroute naar school liggen drie stukken weg open. De situatie: mobiele lichten die altijd op rood staan, autobestuurders die zich ergeren, wachten, nog wat wachten en dan over een geïmproviseerd fietspad voorbij de werf. Het wegdek wordt weer wat opgelapt, fundamenteel wordt de mobiliteit op de steenweg er zelden beter van. Lastig, maar niks waar ik van wakker lig. De echte terreur zijn de wegenwerken die in mijn hoofd plaatsvinden. Sinds een paar maanden volg ik een intensief therapeutisch traject om de PTSS aan te pakken waar ik al veel te lang mee leef. Enerzijds is er de opluchting dat ik mijn verregaande angst en stress gerelateerde klachten bij de wortels aanpak, anderzijds betekent dat ook teruggaan naar de oorzaak ervan. Dat maakt heel veel los. Er worden diepe kraters in het wegdek geslagen. De imposante brokstukken liggen ernaast en ik vraag me af hoe dat ooit weer zal passen. Wat bloot komt te liggen is onontgonnen terrein. Pure chaos. Uitzichtloos, moeilijk voor te stellen dat daar ooit weer een strakke asfaltstrook zal liggen met slechts enkele subtiele breuklijnen die verwijzen naar de bouwval die ooit was. Mijn werk is zowel een afleiding als een vlucht. Sporten is dat ook. Er is op dit moment geen gulden middenweg. Het is wachten bij die wegenwerken (soms geduldig, soms met een vloek), wetende dat ze op een dag minder hinderlijk zullen zijn en ook erop durven vertrouwen dat ze op een andere dag tot de verleden tijd zullen behoren.

Ik heb heel veel lieve mensen om me heen die me met zorg omringen, maar ook in de muziek vind ik troost en afleiding. Mijn Spotify playlists werden weer wat uitgebreid met respectievelijk De Janklijst, De Troostlijst en De Vechtlijst. Bovendien maakte ik ook een 90’s Throwback lijst die mij helemaal terug katapulteert naar mijn jeugdjaren. De tijd dat ik keihard Self Esteem van The Offspring meebrulde (I’m just a sucker with no self esteem), wij met z’n allen Britney Spears en Christina Aguilera leerde kennen, Aqua muzikaal hoge toppen scheerde met Barbie Girl, maar Seppe en ik ook fan waren van Krezip, Nirvana, The Radios en Eminem. Kortom een gezellig bont allegaartje.

Begin februari gingen Roos en ik naar het concert van First Aid Kit in de AB. Johanna en Klara Söderberg zijn Zweedse zussen met een gitaar die fantastisch zingen, een folkduo wordt dat blijkbaar genoemd. We waren het erover eens dat ik eerder Klara was en Roos Johanna (we zagen het al helemaal voor ons hoe wij samen een band zouden vormen). Je zou hun songs wat melancholisch en triestig kunnen noemen. Toch behoren ze wat mij betreft absoluut tot de troostende hoopgevende categorie. Hun recentste album Palomino bevat alleen maar pareltjes, vooral het meeslepende Out of My Head luisterde ik al honderden keren. Dezelfde vibe vind ik ook bij een heel wat ouder album: Temple Of Low Men van Crowded House. Niet toevallig de plaat van Four Seasons in One Day, wat ik vorig jaar bombardeerde tot voorjaars-janklied. Voor de French touch heb ik dan weer Zaz, wiens stem nooit verveelt, of ze nu over Parijs of over de liefde zingt. Tot slot kleurt ook I Don’t Live Here Anymore van The War On Drugs mijn voorjaar. Wat een topplaat! Als het echt tijd is voor wat licht- en luchtigheid in het leven, dan is er gelukkig nog The Masked Singer. Dankzij Minotaurus ben ik weer helemaal verslingerd aan Queen en dan vooral The Show Must Go On. Drama doet het altijd goed, ongeacht de tijd of het moment.

Ziezo, het is paasvakantie. Tijd om rust te nemen. Ik ga de verbinding en vriendschap opzoeken. Koffie drinken, lezen en lopen. Wat creatieve projecten hervatten. Wind mee of tegen, de kriebel om helemaal naar die Rotterdam Marathon toe te leven komt eraan. On a river, I’m floating down the stream and back again om het met de zusjes Söderberg te zeggen. Zussen hebben eigenlijk altijd gelijk.