Hoera, de blog is 7 jaar!

Verjaardagen zijn er om gevierd te worden. Mijn blogbaby is inmiddels een uit de kluiten gewassen kind geworden. 7 jaar geleden begon ik dus op heel regelmatige basis te schrijven over mijn lopende leven. Al gauw werd dat mijn leven in het algemeen waarin lopen een belangrijke rol vervult. Neem nu deze inleiding, de eerste versie vond ik zo beschouwend dat ik er bij in slaap viel. Ik ging een toertje lopen en besefte plots: ik heb Robbie nodig! Het verhaal ging namelijk als volgt. Hans en ik gingen eind juni naar TW Classics. Een afspraak die ik niet wilde missen aangezien ik er mijn twee tieneridolen voor het eerste live aan het werk zou zien: Bryan Adams en Robbie Williams. Het werd een onvergetelijke avond. De muziek van je tienerjaren in het echt horen, is de uitgelezen manier om met je 25 jaar jongere zelf te spreken.

De gitaren loeiden bij Bryan Adams, de Canadese rocker die even oud is als mijn ouders, maar nog altijd kan shaken als een jong veulen. Met zijn raspende zeemzoete stem is hij de ideale zalf voor elk (tiener)kwaaltje. De toon was gezet. Robbie Williams haalde veel meer toeters en bellen van stal. Jullie weten dat ik goed ga op wat drama en theatraliteit: een buiteling vanaf een gouden trap, kleurrijke outfit changes en heel wat ambiance op het podium. Robbie deed zijn naam alle eer aan. Hij is de enige echte King of Entertainment. Het kan onze redding zijn net als de wereld een akelige plek blijkt te zijn. Een tafelspringer of entertainer heeft er nooit in mij geschuild. Als er iets is wat ik met mijn blog wel hoop te zijn, dan is het de Vrouw van het Verhaal. 7 jaar schrijven leerde me dat de goede verhalen overal voor het rapen liggen.

Zelfs als ik er niet naar op zoek ben, kan ik op een verhaal stuiten dat ik wil delen. Zoals een foto helpt om je herinneringen te verankeren, zo doet een tekst dat voor het gevoel. Mijn blog is een mooie steekproef van wat mij bezighoudt in een bepaalde periode. Ik ga al eens grasduinen in mijn eigen bij elkaar geschreven archief. De conclusie is dan steevast: wat ben ik blij met wat ik al heb mogen meemaken. Er is zoveel moois spontaan op mijn pad gekomen. Schrijven helpt om de dingen een plaats te geven. Er zijn de euforische momenten die je een ereplaats geeft in de vitrinekast, maar ook de donkere kantjes die zichtbaar worden en daardoor lucht krijgen. Verhalen kunnen levens redden.

Mijn blog is een project waar ik altijd een beetje mee bezig ben. Ik schrijf mijn teksten in verschillende etappes. Mijn hoofd krijgt daardoor de tijd om woorden en verhalen te genereren opdat een tekst echt af zou zijn. Dat het een tijdrovende hobby is, daar had ik het al vaker over. Ik doe dit niet voor de likes of de bekendheid, wel omdat het zo plezierig is om iets te creëren. Om jullie dus die verhalen te brengen. Ik krijg daar dan ook ontzettend veel voor terug. Ik kan een stukje lopen, maar dat jullie mijn stukjes tekst zo graag lezen, dat raakt me steeds. Mijn blog heeft me al ontzettend veel verhalen van liefde en vriendschap opgeleverd. Dat is dankzij jullie!

Op deze verjaardag zeg ik dus nog maar eens: bedankt, mijn allerliefste lezers, jullie maken van jokeloopt zo’n fijne plek. Jullie zijn mijn chips en cola tijdens de trail die mij steeds de kracht geven om te blijven gaan. Net zoals Robbie wil ik jullie dan ook heel graag vragen: willen jullie samen met mij oud worden?

Cheers op de blog! Dat we samen nog vele verjaardagen mogen vieren!

Het moment – Een ander decor, een nieuwe koers

Aangezien het mij niet ontbreekt aan schrijfhonger en ook de ideeën doorgaans vanzelf komen, knaagt het als mijn blog op een laag pitje staat. Het was een algemeen gegeven waar ik mee kampte: ik leek zowel te weinig tastbare tijd als mentale ruimte te hebben voor veel dingen die me dierbaar waren: lopen, lezen en gewoon thuis zijn met Hans. De openingsuren van de winkel, mijn werkuren dus, bleken niet compatibel te zijn met hoe ik mijn leven wil inrichten. Er waren ook wat andere dingen die wrongen. Zoals lange dagen binnen zitten, geïsoleerd van de buitenwereld. De befaamde work-life balans zat niet goed. Ik was moe en kwam niet tot rust. Het gevoel bekroop me dat ik veel moest missen. Ik veranderde dus nog eens van koers. Terug het onderwijs in, maar dan wel binnen een heel ander decor. Hoog tijd voor een update.

Je hoort het vaak en het is eigenlijk ook wel zo: leerkracht zijn is een roeping. Het was voor mij de logica zelve dat ik voor de klas zou staan. Tot ik besefte dat het op was. Een pijnlijke vaststelling, want mijn hart ging nog steeds sneller slaan voor de interactie met jongeren, waar ik dan ook nog eens mijn liefde voor taal mee kon delen. Het gebrek aan autonomie en waardering nam elk jaar toe. Ik had het gevoel dat ik op elk vlak tekort schoot. Ik stond in een onmogelijke spagaat tussen hart en verstand. Ik had heel wat opgebouwd, maar het was tijd om los te laten. Het schip zou verder varen zonder mij. Ik gooide het roer drastisch om en belandde bij Absolute Run in Leuven. Goed omringd door loopschoenen en mensen baande ik mezelf een weg in de retail sector.

Ik heb echt een mooie tijd gehad in de winkel. Om er een cliché tegenaan te gooien: het is een ervaring die me rijker heeft gemaakt, als mens en als loper. Ik kan niet anders dan dankbaar zijn voor de gegeven kans. Juist daarom deed het afscheid ook een beetje pijn, maar eigenlijk is dat alleen maar goed: het betekent dat het iets betekend heeft en dat zonder enige vorm van rancune de wegen scheiden. Aangezien ik op relatief korte termijn ander werk wilde vinden, keek ik toch weer richting onderwijs. Voor de klas wilde ik liever niet staan. Met jongeren aan de slag daarentegen wel. Zo kwam ik uit bij de functie van leerondersteuner. Na een goed kennismakingsgesprek voelde ik mijn vlam voor het onderwijsveld weer opflakkeren. Ik had heel veel zin in deze nieuwe uitdaging en waagde de sprong.

Op zaterdag 8 februari werkte ik mijn laatste dag in de winkel en op maandag 10 februari begon ik als leerondersteuner. Een pittige switch dus van het één naar het ander. Ik werk voor Leersteuncentrum Oost-Brabant. Met in totaal zo’n 120 collega’s bieden we ondersteuning aan leerlingen met specifieke zorgbehoeften zowel in het kleuter, lager als secundair onderwijs. Binnen dat grotere team, word ik gesterkt door een regioteam van 10 collega’s. Ik ben niet gebonden aan één school, maar ik werk op verschillende scholen. Mijn pakket bestaat momenteel voornamelijk uit ondersteuning in het kleuteronderwijs bij kinderen met een verstandelijke beperking. Echt weer iets heel anders dus.

Mevrouw Odeyn heeft plaats gemaakt voor Juf Joke. Ik werk met kinderen aan individuele doelen, zowel 1 op 1 als in de klas. Ook ouders en de school zijn betrokken partijen die deel uitmaken van het traject. Het is een gevarieerde job waarbij elke dag anders is. Uitdagend ook wel. Er komt heel veel op me af en dat is soms spannend. Gelukkig voel ik me helemaal op mijn plek. Het allermooiste is dat ik weer vol verwondering en bewondering naar leren kijk. Ik sta dagelijks versteld van wat opgroeien zoal behelst en ik haal er voldoening uit om het onderwijs een stukje inclusiever te maken. Aangezien ik ook dicht bij huis werk, is er veel tijd vrijgekomen om leuke dingen te doen, samen met Hans. Ik heb meer leven dan alleen maar werken. Ik kan weer een dutje in de zetel doen als ik daar aan toe ben. Eigenlijk is dat de beste graadmeter om te zien of de balans goed zit. Ik ben benieuwd wat dit hoofdstuk me nog meer zal brengen. Genoeg verhalen over het leven in de kleuterklas alleszins!

Gelukkige Gedichtendag!

De laatste donderdag van januari is de dag dat de poëzie het voor het zeggen heeft. Poëzieweek 2025 is nu officieel begonnen. Het is op dit soort momenten dat ik mijn klas mis. Aftellen naar Gedichtendag en er zoveel trammelant over verkopen dat zelfs de oogjes van de meest ongeïnteresseerde van de klas gaan twinkelen op die bewuste donderdag. Charlotte Van den Broeck kreeg de eer om het Poëziegeschenk te schrijven. Het thema is dit jaar lijfelijkheid. Een goed woord, een sterk woord ook, want lijf klinkt zoveel beter dan lichaam. Daar moeten jongeren toch één en ander over te zeggen hebben (of om die reden juist niet). Voor mij is het dus een Gedichtendag met stille trompet en een beetje mineur.

Bij gebrek aan leerlingen keer ik voor de gelegenheid terug naar mijn eigen puberteit. Omgeven door boeken van de bibliotheek en het ene na het andere creatieve project dat zich in mijn kamer ontspon. Lekker teruggetrokken in mijn eigen hoofd. Dromen en denken. Eens een brief schrijven aan Bart Moeyaert. Stilletjes bladeren door mijn favoriete dichtbundel Met gekleurde billen zou het gelukkiger leven zijn van Jan Van Coillie. Een bundel troost in emotioneel intense jaren. Het kon geen toeval zijn dat ik het boek vorig jaar in de kringwinkel vond en zo weer een kring uit mijn leven rond kon maken. De bundel bevat ook een gedicht dat ik uit mijn hoofd kan opzeggen. Eentje van Bart Moeyaert. Zonder enige twijfel het mooiste gedicht over de geborgenheid van samen in bed liggen.

Siberië

Geef me je jas
van bont van teddyberen.
Leg je arm om me heen
en al je winterkleren.
Zoen me
tot ik warm word.
Zoen me
tot ik spin.
Trek je eigen huid dan uit,
stop mij eronder in.
Sus me met je hartslag:
wij ons wij ons wij ons.
Maak van dit veel te grote bed
een heel klein fort van dons.

Kruip maar op tijd onder de wol vanavond en maak het knus. Cheers op de poëzie!

Het moment – Tijd voor een Flat White

Vrijdag de 13e is geen dag om bang te zijn. Loop dus gerust onder een ladder door en aai een zwarte kat. 39 jaar geleden werd ik namelijk geboren op een vrijdag de 13e in september. 3 keer 13 jaar geleden dus, nog een reden tot feest. Toen ik als kind een keer jarig was op een vrijdag de 13e werd daar toch een beetje mee gelachen. Een ongeluksdag! Niks van dat. De 13 zal voor eens en voor altijd mijn geluksgetal zijn. Ondertussen ook wel dat van Seppe, die zich zondag weer tot vice-wereldkampioen duatlon kroonde met dat bijzondere nummer 13.

Ook mijn geboortejaar 1985 zal me niet snel vervelen. En laat ik dit jaar toch een fantastische ontdekking hebben gedaan over dat bijzondere jaar. De Flat White is mijn favoriete koffiebereiding: een cappuccino met een extra shot espresso. Romig, een tikje klassiek, maar met pit. Eveneens de eerste keuze van Hans (slechts één van de vele dingen die ons bindt). Als koffie-lover label ik bovendien de kleding en tassen die ik maak met mijn merknaam Flat White. Klassiek met net dat tikje meer durf, ook om me te kleden is dat waar ik van hou.

Er zijn verschillende theorieën over het ontstaan of de uitvinding van de Flat White. Mogelijk was de eerste Flat White eigenlijk een mislukte cappuccino die in de smaak viel. Consensus lijkt te bestaan over het feit dat het drankje voor het eerst geserveerd werd in Australië. Het toeval wil – hoewel toeval eigenlijk niet bestaat – dat het eerst tastbare bewijs van de Flat White dateert uit 1985. Moors Espresso Bar in Sydney zou de Flat White sedert dat bijzondere jaar op de kaart hebben staan.

Neem dus een koud of warm drankje naar keuze. Hef het glas of het kopje en dan klinken we samen op het leven en weer een jaartje erbij. Cheers!

Het moment – Een verjaardag, een terugblik en een voorproefje

Er is er eentje jarig vandaag. Op vrijdag 13 juli 2018 ontving deze blog voor het allereerst lezers. Ik deelde dus voor het eerst mijn gedachten met de grote buitenwereld. Een wereld die 6 jaar geleden vooral bestond uit een bescheiden groepje vrienden en familieleden die niet anders konden dan mij te volgen en uiteraard ook enthousiast te zijn. Mijn zomer van 2018 stond in het teken van mijn blog. Ik schreef tegen de sterren op. Een blog vol lege rekken, dat sprak niet aan, dus moesten de rekken gevuld worden met verhalen. Gelukkig liep ik al een jaar of 4 en lag mijn leven wat overhoop. In het magazijn lagen er nog heel wat verhalen voor het rapen. Ik had ze maar uit te pakken en op het schap te zetten.

Vorig jaar vierde ik het lustrum van mijn blogbaby in stijl, met taart en pro forma kaarsjes. Een bijzonder moment. Ik had al zoveel toffe mensen ontmoet door te schrijven over mijn leven en loopavonturen. Wat had mijn blog me al zoveel gebracht. Blablabla. Ik besefte toen nog niet dat mijn nieuwste volger een wel heel bijzonder plekje in mijn leven zou krijgen. Naast een schare trouwe lezers en dierbaren loopmaatjes bracht mijn blog me bij Hans, met wie ik nu mijn leven deel. Ik leerde iemand kennen door mijn verhalen te vertellen, iemand die mij graag leest en ook graag schrijft. Voor ons de manier om elkaar écht te leren kennen voor we dat in het echt deden.

Ergens is het natuurlijk hopeloos ouderwets om teksten te typen over wat je meemaakt en die dan dá-gen later online te gooien. Als de feiten al lang verjaard zijn, om het in sociale media termen uit te drukken. Juist dat is zo heerlijk aan een blog. Een verhaal wordt alleen maar beter als het eventjes op het schap heeft kunnen rijpen. Soms blijft het daar ook liggen en dat is helemaal niet erg. Ik ben de traagheid van de wereld die ik hier creëer steeds meer gaan omarmen. En ja hoor, er is zeker ook druk. Mijn verslag over de La Chouffe trail is nog in premature fase en het is inmiddels al een week geleden dat ik hand in hand met Sam en Hans over de finish liep in Houffalize.

Jullie zullen dus nog even geduld moeten hebben om alles te weten te komen over de La Chouffe trail. Wat ik er al over kan vertellen: ik tikte de 70 net niet aan en hield het bij 69,7 kilometer. Geen haar op m’n hoofd dat er aan dacht om na de finish nog meters te maken. Na 8 uur en 45 minuten zat onze missie er op. Hans, Sam en ik waren een soort van de drie musketiers die eigenlijk met vijf waren, want ook Pieter en Stijn haalden de finish. Het was een Chouffe trail van primeurs, met gerommel in de darmen, wind tussen de bergen, heel wat nattigheid, maar bovenal met een ijzersterk teamgevoel. Het was een trail van de sfeer en gezelligheid, van de verbinding en het samenzijn. Een ervaring om levenslang te koesteren en een ereplaats te geven hier op een schap. Ik denk zelfs aan een plekje in de etalage.

Cheers op de blog en op naar het volgende verhaal!

Een verjaardagsbrief voor Bart Moeyaert

Beste Bart

Ik hoop dat ik gewoon Bart mag zeggen. En ook gewoon jij. Dat deed ik ook toen ik je in maart 2000 een brief schreef. 14 jaar was ik. Een heel grote (naar mijn gevoel de grootste) Bart Moeyaert fan die teleurgesteld was omdat je naast de Gouden Uil greep. Een grote literaire bekroning die alleen jij verdiende. Ik schreef een brief om je op te beuren. Ik dacht namelijk dat je verdrietig zou zijn en ik wilde je laten weten dat je op mijn steun als lezer altijd zou kunnen rekenen. Ik was een fan die haar taak ernstig nam. Ik wist dus dat jij jarig bent op 9 juni. Vandaag schrijf ik om je te feliciteren. Jij wordt op deze zonnige dag namelijk 60 jaar, een feestje waard en een moment om even stil te staan bij 25 jaar Bart Moeyaert in mijn leven.

Ik was dus 14 jaar toen ik voor het eerst een boek van jou in handen kreeg. Als boekenmeisje ging ik meermaals naar de bibliotheek in Herent waar een medewerker zo vriendelijk was om me wat leestips te geven. Ze duwde me jouw Mansoor of hoe we Stina bijna doodkregen in handen. De titel alleen al verklapte dat dit boek anders zou zijn dan de paardenboeken en sentimenteel dramatische verhalen waar ik aan verslingerd was, maar ook een beetje op uitgekeken. Het verhaal van Nisse en Stina nam mij meteen stevig in z’n greep. Dit was écht iets heel anders. Een nieuwe fascinatie was geboren. Ik wilde meteen andere boeken van je lezen en het was officieel: mijn lievelingsschrijver was Bart Moeyaert.

In 1999 kwam Het is de liefde die we niet begrijpen uit. Een ontroerend mooi boek over graag zien. Een moeilijk boek ook wel. Ik las stukjes opnieuw en opnieuw en ik vroeg me soms af wat je bedoelde. Juist dat vond ik eigenlijk heel leuk. Ik las geen hapklare kost. In tegenstelling tot de andere boeken die ik las, bleven jouw verhalen nazinderen. Ik kon ze voelen tot in mijn kleine teen. Daarom deed het soms ook een beetje pijn om jouw boeken te lezen. Zoals Broere, waarin je vertelt hoe je opgroeide als jongste van 7 zonen. Net die fijngevoeligheid en dat stukje pijn vond ik zo mooi. Ik had grote voelsprieten en door me terug te trekken in mijn hoofd en boeken wilde ik het leven wat beter kunnen begrijpen. Jij hielp me daarbij.

Het was ook in 1999 dat ik voor het eerst een eigen boek van Bart Moeyaert kreeg, een gekoesterd exemplaar van Het is de liefde die we niet begrijpen. Ik liet het signeren op de Boekenbeurs. Een jaarlijkse traditie was geboren. Elk jaar in november (meestal de 1e) stond ik daar weer om de nieuwe Bart Moeyaert uit jouw handen te krijgen. Een bijzonder moment voor een fan natuurlijk. Al voelde ik nooit echt de behoefte om me te opzichtig als fan van het eerste uur op te stellen. Ik bleef een introvert boekenmeisje dat liever de connectie met haar lievelingsschrijver voelde dan dat ze die zou uitspreken. Je kwam steeds hartelijk over, een beetje nerveus soms en ik herinner me ook dat je meestal een donkerblauw overhemd droeg. Ik zag de signeerrij jaar na jaar groeien. Je kreeg het publiek en de waardering die je verdiende en daar werd ik blij van.

In 2019 kreeg je de Astrid Lindgren Memorial Award toegekend. Niemand kan er nog omheen: je behoort tot de crème de la crème van de literatuur. Je schrijft voor mensen, niet alleen maar voor de jeugd of voor jongeren. Je toonde aan dat het label jeugdliteratuur in wezen nietszeggend is. Ik ben al die jaren fan gebleven. Als mens, lezer en als leerkracht. Voor mijn leerlingen heb ik mijn liefde voor Bart Moeyaert nooit onder stoelen of banken gestoken. Het voelde dan ook als een pluim op mijn hoed toen je naar aanleiding van je ALMA in De Standaard verkondigde dat “Leerkrachten die zelf niet lezen geen goede leerkracht zijn”. Helemaal mee eens.

Ik heb nu ongeveer de leeftijd die jij had toen ik jouw fan werd. Ik heb mijn taak als boekenpromotor, leesliefhebber en Bart Moeyaert fan altijd heel ernstig genomen. Dat is het minste wat ik kan doen voor alles wat jij mij gegeven hebt en nog steeds voor mij betekent. Voor de kleine 14-jarige Joke van weleer en de grote 38-jarige Joke van nu. Op levenslang boekengeluk met Bart Moeyaert.

Ik wens je een fantastische verjaardag toe!

Liefs
Joke X

IMG_4263b

Gelukkige Gedichtendag!

Jawel, het is weer Gedichtendag! De aftrap voor de Poëzieweek 2024 is daarmee een feit: een week waarin alle talige registers worden opengetrokken, de taal zegeviert en we onze voelsprieten kunnen afstellen. De deur openzetten voor een gedicht dat betekent namelijk lucht door je hoofd laten stromen en eens goed rondkijken. Het thema van de Poëzieweek is “thuis”. De Nederlandse dichter en auteur Edward Van de Vendel schreef het Poëziegeschenk Kom nog even naar mij kijken straks, 10 gedichten over je thuis voelen.

Ik liet mijn leerlingen van het vijfde jaar in de klas nadenken over wat een thuis is. Wat telkens terugkeerde, was dat het een plek is waar je jezelf kan zijn en waar je veilig bent met daarbij een resem herkenbare familietaferelen. Met die insteek vulden ze op een beeldende manier “Mijn thuis is waar” aan. Restte mij enkel nog om een compilatie te maken van hun woorden en beelden.

Mijn thuis is waar

het stil mag zijn
stilte nooit awkward is
we samen kunnen zwijgen
drukte rustig wordt
mijn gedachten pauzeren
ik vrij ben

ik kan ademen
ik aan niks moet denken
ik zowel zing als vloek
ik kan kiezen en verliezen
ik geen rol hoef te spelen
ik als een zwerver kan rondlopen
ik mijn gênantste pyjama draag

Den Dreef is
mijn Playstation staat
mijn spullen rondslingeren
mijn bed me in slaap wiegt
mijn kat ijsbeert tot ik er ben

mijn tandenborstel vrolijk zoemt

ik geen Nederlands moet spreken
ik boterhammen met choco eet
ik mijn roots kan proeven
ik “ya vengo” roep als het eten klaar is
ik elke dag moet afwassen
ik veel te vaak de tafel dek
kraanwater het beste smaakt

we pistolets eten op zondag
we de dag beginnen in kamerjas
de keukentafel iedereen kent
en er soms ruzie is

de zomers beginnen in de tuin
de muren mij beschermen
de muren geen oren hebben
de wanorde welig tiert

het normale bijzonder is
alleen zijn niet eenzaam is
eenzaamheid aangenaam is
de realiteit niet bestaat

altijd iemand op me wacht
altijd ergens een lamp brandt

Mijn thuis is waar ik steeds weer thuiskom.

Onthoud dat iedereen zich in poëzie kan thuis voelen. Ik zeg: cheers op de poëzie!

Het moment – En nu op naar 2024!

Lieve lezers

De laatste dag van het jaar is een zondag, hoe mooi is dat? We zeggen dit jaar vaarwel op de laatste dag van de week en verwelkomen een nieuw jaar op een maandag. Het is het soort structuur waar ik blij van word. Een oudejaarsbericht schrijven zou ik inmiddels een traditie kunnen noemen, ook daar hou ik van: een moment om even stil te staan bij wat is geweest. Een plechtig afscheid dat tegelijkertijd een begin is. Ik zal echter niet proberen om het jaar te vatten in een woord of het te voorzien van een label. Wat dan weer niet wil zeggen dat er niks te zeggen valt over 2023. Oh ja, wat was het intens! Oh ja, wat was het een bewogen en bijzonder jaar! Dat schoot ook door mijn hoofd toen ik vandaag tijdens mijn laatste kilometer van de Eindejaarscorrida over de Grote Markt liep. De zon scheen en de klokken begonnen te luiden. Ik had 12 kilometer geknald door de bochtige Leuvense straten. Voor het eerst sinds lang dacht ik: wat kijk ik uit naar wat het nieuwe jaar me zal brengen.

Mijn 2023 laat zich netjes in tweeën breken zoals ik daar erg kundig in ben met mignonettes van Côte d’Or. De eerste helft ging verder op het donkere pad waar de afgelopen jaren me hadden gebracht. Bonjour tristesse in het kwadraat. Elke dag zat er een ongenode gast bij mij aan tafel om me te confronteren met mijn angsten. Ik moest knokken om het hoofd boven water te houden. Er waren absoluut sportieve hoogtepunten en mooie familiemomenten, maar de duistere ondertoon was knagend en zeurend aanwezig. Het ging meestal niet goed met mij. Daar kwam stilaan verandering in toen de zomer losbrak. Om die reden zou ik 2023 onvergetelijk en bevrijdend durven noemen. 2023 bleek een jaar te zijn waarin minder meer werd. De cijfers van mijn jaar illustreren dat. Ik liep en fietste “slechts” 12.419 kilometer bij elkaar, ik las “amper” 35 boeken en dit is “maar” mijn 42e blogpost. 2023 was echter een topjaar. Ik kon een stadsmarathon op mijn naam schrijven en 2x onder die magische 3 uur marathongrens duiken. Maar vooral: de kleine en grote Joke vonden in Hans hun vriendje voor het leven. Door te lezen, te schrijven én te dromen vond ik de liefde. Beter wordt het niet, geloof me.

Mijn Spotify Wrapped bevestigde dat ik het afgelopen jaar weer wat meer lucht en licht in mijn leven kreeg. Mijn topnummer bleek Out of My Head van First Aid Kit te zijn, ik beluisterde het maar liefst 311 keer. Een song zoals alleen de Zweedse zusjes Söderberg het kunnen brengen: hoop verpakt in een melancholisch jasje, net waar ik behoefte aan had. Ik luisterde het vaakst naar hun muziek in februari. Ook George Ezra bleek – toch wel verrassend – één van mijn best beluisterde artiesten te zijn. Hallo ongedwongen popsong! Vooral het aanstekelijke Dance All Over Me luisterde ik erg vaak. Juli bleek dan weer de maand van Mumford & Sons te zijn. In september was het al Crowded House wat de klok sloeg en oktober was voorbehouden voor good old Leonard Cohen.

Over de sportieve staart van 2023 valt ook nog wel wat te vertellen. Een week na mijn debuut op de cross liep ik de 44 kilometer van de Meerdaalwoudtrail. Man, wat zag ik daar af! Vanaf kilometer 15 voelde ik dat het niet mijn dag zou worden. Het was harken en krabben, bergop taffelen en door de modder ploeteren in het zog van mijn maatje Sam, die gelukkig heel wat boeiende verhalen te vertellen had. Zelfs voor een ervaren afstandsloper is 30 kilometer nog lang als het pijn doet. Enfin, ik haalde de finish en moet niet te hard zeuren, want ik werd tweede achter de bijzonder sympathieke Babette. Roos en Joni, die andere looptandem, beleefden veel plezier aan hun 30 kilometer. Mijn jeugdvriendin Elizabeth stond bovendien aan de finish en zo kwamen er heel wat lijntjes van mijn leven samen. Na een warme douche en een boterham voelde ik weer wat leven door mijn lijf stromen en begonnen we aan onze supportertocht van Hans, die maar liefst 101 kilometer bij elkaar liep tijdens de Bello Gallico. Een inspirerende tour de force om heel trots op te zijn!

Voor nog meer inspiratie en de betere levenswijsheid kan ik altijd terecht bij mijn 4-jarige oogappel en metekindje Leah. Dit jaar kwam ze het kerstfeest door zonder builen of blutsen. Ze kreeg bovendien een kinderfototoestel van Bomma, wat een echte hit bleek te zijn. Foto’s van mensen maken is leuk, maar foto’s van het meubilair maken zo mogelijk nog leuker. Sta eens stil bij de kleine dingen in je omgeving en beschouw het alledaagse niet als vanzelfsprekend. Check. Leah zegt vaak “subiet” als je haar vraagt om iets te doen. Laat de dingen wat meer op hun beloop. Take it easy. Check. En tot slot, toen ze op de wc zat zei ze plots uit het niets “privacy”. Ik dacht eerst dat ik het niet goed begrepen had en vroeg haar het nog eens te herhalen. Pri-va-cy, zei ze, nog net ietsje luider. Je grenzen aangeven en bewaken in het leven. Check.

Ik mocht het afgelopen jaar mijn 5e blogverjaardag vieren. Mijn allerliefste en dierbaarste lezers, wat ben ik jullie dankbaar! Dat zeg ik niet voor de eerste keer, maar ik kan het niet genoeg benadrukken. Jullie zijn de vlam in de pan van deze blog, het kloppende hart, mijn drijfveer om te blijven schrijven over wat mij zoal bezighoudt. Dankzij jullie heb ik van deze plek een volwaardige hobby kunnen maken die me zo ontzettend veel gebracht heeft. Mijn laatste woorden zijn dan ook – traditiegetrouw – voor jullie. Ik wens jullie een schitterend 2024 toe. Dat het jullie veel geborgenheid en genegenheid mag brengen, veel slaap- en sportplezier met dromen groot en klein. Ik wens jullie de allerlekkerste koffie of gewoon veel gezelligheid en een spinnende kat op schoot of gewoon een hartverwarmend moment. Neem het jaar zoals het komt, maar bovenal: blijf dromen.

Joke
X

Hoera, de blog is 5 jaar!

Hoera! Mijn lieve schattige blogje blaast vandaag 5 kaarsjes uit. Op vrijdag 13 juli 2018 stuurde ik voor het eerst mijn schrijfsels de wijde wereld in. Jokeloopt was een feit. Toch wel een spannend moment. 5 jaar later is dit mijn 346e bericht, het 25e van 2023. Mijn blogposts hebben dit jaar een gemiddelde van 1018 woorden. Ik schreef dus al aardig wat tekst bij elkaar. De populairste dag om een bezoekje aan mijn blog te brengen is trouwens dinsdag (en dat is al sinds het prille begin zo). Ter ere van mijn eerste lustrum zet ik voor jullie wat blogoverdenkingen op een rijtje.

Op 5 jaar tijd veranderde er wel wat. Je zou het misschien niet zeggen, maar ik werd zelf ook 5 jaar ouder. Ik evolueerde als mens, sporter en schrijver. Logisch natuurlijk. Als loper ging ik van een standvastige sub 3:30 marathonloper naar een kersvers sub 3’er. Ik deed 4x mee aan de Hel van Kasterlee en ik ontdekte het traillopertje in mezelf. Als je teksten publiceert, leg je je erbij neer dat er een dag komt dat je jezelf uit het verleden hoort spreken en denkt: hm… dat zie ik nu toch anders. Teksten wijzigen omdat mijn mening of beleving dermate veranderd was, deed ik echter nooit. Ik denk wel dat mijn schrijfstijl door de jaren heen wat overdadiger geworden is. Zowel de schrijver als de mens achter deze blog durft nog meer haar eigen ding te doen omdat ik me gesterkt voel dat juist die eigenheid gewaardeerd wordt.

Op 5 jaar tijd veranderde zeker niet alles. Ideeën verzamelen om over te schrijven, een eerste aanzet opstellen en die weer verder uitwerken, een uur schrijven en de dag nadien weer en de dag nadien opnieuw, nog een beetje bijschaven en nog eens en nog eens… Ik geniet nog steeds van het schrijfproces en van de kick om iets te publiceren. Mijn aandacht gaat ook na 5 jaar naar de woorden die ik wil delen. Foto’s zijn mooi meegenomen, maar altijd ondergeschikt aan het verhaal. Het is een bewuste keuze om foto’s niet te bewerken, al denk ik wel grondig na over welke foto’s ik toon. Soms kies ik voor een zorgvuldig uitgedokterde compositie, soms is het een spontaan rommeltje. Af en toe lees ik de pagina na die ik 5 jaar geleden schreef over mezelf, waar ik uitleg waarom ik loop en schrijf. Het is geruststellend dat ik daar enkel stilistisch iets aan gewijzigd heb, maar er inhoudelijk nog steeds hetzelfde in sta.

Het leukste aan een blog hebben is dat je nieuwe mensen leert kennen. Zowel online als offline kreeg ik er enthousiaste volgers en vrienden bij. Mijn blog is een soort van vertrek- of aanknopingspunt om me aan te spreken. Juist omdat ik meer deel dan foto’s en captions is er meteen stof tot vertellen. Bovendien is mijn blog een mooi gestileerd en gestructureerd archief van de afgelopen 5 jaar. Schrijven helpt om dingen op een rijtje te zetten, om ze vast te leggen en ze te kunnen blijven koesteren. Als ik een dip of dipje heb, als ik een writer’s block of blockje heb, helpt het me altijd om eens wat terug te lezen. Ik kan dan niet anders dan dankbaar zijn voor wat ik al heb meegemaakt. Tot slot schuilt er ook een informatieve, praktische waarde in deze blog. Ik kan bijvoorbeeld opzoeken wat ik vorig jaar tijdens de La Chouffe trail gegeten heb en hoe dat beviel. Naar verluidt hebben ook anderen daar iets aan. Al is het hoe het misschien niet moet.

Het moeilijkste aan bloggen is dat het een tijdrovende hobby is. Waar ik tijdens mijn eerste blogjaar mijn blog wilde vullen en meermaals per week iets publiceerde, is mijn streven nu om op een jaarbasis 50 teksten te schrijven. Gemiddeld kost me dat per week makkelijk een uur of 5. Zo zullen jullie wellicht tot zondag moeten wachten op de uitgebreide versie van mijn verslag in Houffalize. 69 kilometer lopen, een familieweekend met tal van boeiende nevenpersonages: dat is al snel een klus van 8 à 10 uur schrijfwerk. Uiteraard gaat dat gepaard met een bepaalde druk. Ik schreef ondertussen al meer dan 10 marathonverslagen en vaak denk ik dat ik het een kopie zal zijn van het vorige (en wie zit daar op te wachten?). De conclusie is altijd dat elke marathon op elkaar lijkt, maar ook een eigenheid heeft die zich reflecteert in het verslag. Daarnaast heb ik nog tal van leuke ideeën (vind ik zelf dan) om over te schrijven, maar waar ik niet aan toe kom. Soms kan dat frustrerend zijn.

Het uitdagendste aan een blog hebben, is beslissen wat je wil delen. En wat dus niet. Op een eerste niveau denk ik na over wat relevant en interessant is om te delen, zowel voor mijn lezers als mezelf. Ik probeer daar kortom een evenwicht te vinden tussen wat ik zelf leuk vind om de wereld in te sturen en wat anderen mogelijk boeiend vinden om te lezen. Op een tweede niveau is bloggen over jezelf natuurlijk een zoektocht naar eerlijk en authentiek zijn zonder je hele privé leven te grabbel te gooien. Ik weet immers niet wie hier leest. Juist omdat het tijd kost om een tekst vorm te geven, gaat er wat mij betreft genoeg tijd over om goed na te denken wat ik kan en wil delen. Een foto gooi je net iets makkelijker online.

Jullie lezen het liefst over mijn sportieve avonturen en mijn familie. Mijn sportieve exploten, type marathon en Hel van Kasterlee, zijn en blijven trekpleisters. Ik merk ook aan mijn statistieken wanneer bijvoorbeeld de marathon van Brugge gelopen wordt of wanneer mijn bekende meter in de media kwam. Nieuwe lezers worden vaak naar deze plek geleid omdat ze specifiek op zoek zijn naar informatie over een sportief evenement. Wat ik schrijf over mijn familieleden wordt duidelijk ook goed gesmaakt. Begrijpelijk, ze zijn en blijven een onuitputtelijke bron van inspiratie, ook voor mij.

Jullie lezen minder graag over alles wat naar literatuur ruikt. Teksten over boeken en poëzie doen het opvallend minder goed. Geen nood, het sterkt mij juist in de overtuiging dat ik daar dus vooral over moet blijven schrijven. Ik had het al over Proust en Tolstoj, over sonnetten, dikke en dunne boeken. Disclaimer: ik zal in dit leven nooit klaar zijn met de literatuur en beschouw het als mijn lezersplicht om jullie daarover te blijven informeren.

Ik ben het meest trots op de teksten waarin ik het gevoel haarfijn kan vatten. Een uitgesproken lievelingsblogpost heb ik niet. Wel zijn er teksten die ik liever teruglees dan andere. Zo gonst mijn verslag over de eerste post-corona marathon van Rotterdam (2021) van de emoties. Ik liep inmiddels al drie snellere marathons, maar toch blijft dat een heel bijzonder moment waarvan ik vind dat ik het trefzeker in woorden heb weten te vatten. De marathon van Amsterdam komt daarbij in de buurt qua gevoel. Wat ik schrijf over mijn mentale gezondheid en worstelingen voelt telkens als een coming-out. Ik geef daar een stem aan iets waarvan ik het liever wegsteek met straffe verhalen. Juist daarom voelt het toch als een opluchting om ook over dat deel van mezelf iets te kunnen vertellen.

Ik ben er trots op dat ik met mijn blog een breed publiek bereik. Mijn bloglezers zijn een bonte verzameling mensen die via verschillende wegen in het echte én het digitale leven hun weg naar mij en deze plek hebben gevonden. Loper-lovers en loper-haters, mannen en vrouwen, creativo’s en sportiva’s, de jonge en al wat rijpere garde. Ik kan zelf verklaringen bedenken over het hoe en waarom, eigenlijk weten jullie dat zelf veel beter.

Ik ben jullie allemaal ontzettend dankbaar. Als mijn blog geen lezers zou hebben, zou ik net zo goed in mijn dagboekschriften van vroeger kunnen krabbelen. De waardering die ik krijg voor mijn schrijfwerk raakt me net zo hard als de complimenten voor mijn sportieve prestaties. Ik schrijf omdat ik een publiek heb dat mij graag leest. Een heel grote dankjewel dus voor jou, dierbare lezer, omdat je graag naar deze plek komt. Omdat je mij als sporter en schrijver laat floreren.

Een nog grotere merci ben ik verschuldigd aan:

  • Frea, creatieve duizendpoot en lezer van het allereerste uur die mij aanmoedigde om voor dit blogproject te gaan.
  • Murielle, die meteen fan was en me de bevestiging gaf die ik nodig had door te zeggen dat ze me hoorde spreken toen ze mijn teksten las. Bovendien is ze ook een trouwe volger van mijn boekentips.
  • Mijn familietje omdat die natuurlijk niet anders kunnen dan fan zijn simpelweg omdat ze familie zijn, maar toch komt het steeds binnen als ze genoten hebben van een blogpost.
  • Tante Hilde die me vorig jaar in Parijs vertelde hoe ze telkens voor een stukje ontroerd wordt door mijn blog, me er nog beter door leert kennen, maar zich er ook in herkent.

Gaan we samen voor nog eens 5 jaar? Cheers op de blog!

IMG_2218b
Het blogleven zoals het is: ik wilde natuurlijk graag een foto met brandende kaarsjes. Mission impossible dankzij de wind.

Het moment – Het schooljaar in een notendop

Vandaag weerklinkt voor het laatst de schoolbel en breien we een eind aan schooljaar 2022-2023. Elk schooljaar is uniek op een eigen manier. Omdat het onderwijslandschap zich in woelige wateren bevindt, maar ook omdat elke klas weer op andere golven drijft. Go with the flow! En bij gebrek aan stroming blijf je gewoon lekker dobberen. Eén ding weet ik zeker: laat je vooral niks wijsmaken, er zit absoluut toekomst in de jeugd van tegenwoordig. Hier volgt een greep uit wat me zal bijblijven van het afgelopen schooljaar.

  • Mevrouw, heeft u al eens een monsterboete gehad? Mevrouw, vindt u dat een knappe man? Leerlingen kunnen heel directe vragen stellen, bijvoorbeeld als je ze uitlegt wat een monsterboete is of als je een reclameposter met man onder de douche bespreekt.
  • De interessante klasgesprekken over wat het betekent om Belg te zijn, in welke mate onderwijs ook opvoeding is of het nut van de pedagogische tik.
  • De openheid van leerlingen, zoals de 17-jarige jongen die nog steeds verwend werd met Sinterklaas: Ja, maar dat is gewoon omdat mijn ouders zich 12 jaar na de scheiding nog steeds schuldig voelen.
  • De origineële spelfouten, bij werkwoordsvormen geldt doorgaans: bij twijfel doe iets met een d! Zo krijg je dus bestondt, werdt, heefd, deedt, legd en hoord. Heel gek. Het Ros Beiaard werd het Ros Bejaard. En euthanasie is toch eigenlijk uithanasie.
  • De verwarring van dementie en dimensie. Hij kwam van een andere dementie. Mijn oma leed aan dimensie. Duidelijk toch?
  • De conclusie dat Duits een hoekige taal is.
  • De mooie verhalen over literatuurbeleving. Een meisje las Bezonken rood van Jeroen Brouwers omdat het haar Oma’s lievelingsboek was. Een jongen vertelde hoe hij met zijn ouders een boekenvergadering hield om te beslissen welk boek hij zou lezen. Een andere jongen koos in de bib altijd voor boeken met blauwe letters op de cover.
  • De integratie van Engelse werkwoorden, interacten en judgen zijn bijvoorbeeld helemaal ingeburgerd in het Nederlands van jongeren. Ze maken soms zelfs een vertaalslag van het Nederlands naar het Engels. Zo kwam een leerling tijdens een groepswerk vragen wat “met gezwinde pas” betekende, waarop ik “snel of haastig” zei. Komt hij terug bij zijn vrienden en zegt: ja guys, dat betekent zo smooth.
  • De promotiecampagne van Air Up drinkflessen werpt duidelijk z’n vruchten af. Ik zag ze in alle kleuren op de banken verschijnen, vaak met bewonderende blikken van klasgenoten. Heel fijn dat onze kinders daardoor meer water drinken.
  • De populariteit van Vinted is eveneens een feit. Ik deed in elke klas een kleine rondvraag en daaruit bleek dat toch 3/4 van de leerlingen (jongens en meisjes) wel eens kleding kocht of verkocht via de app.
  • De intrede van de afritsrok. Ik kende natuurlijk een afritsbroek, maar zag dit schooljaar ook voor het eerst een rokversie. Heel apart.
  • De hoodie is nog steeds helemaal in. Eén van mijn klassen noemde ik eens de hoodie-club toen op een dinsdagochtend maar liefst 18 van de 23 leerlingen een trui met kap droegen.
  • De skinny jeans is helemaal passé. Tegenwoordig draag je een broek liefst zo baggy mogelijk. Voor de ultieme baggy experience kan je best niet alleen een écht breed model kiezen, maar neem je dat ook nog eens twee maten te groot. Succes verzekerd.
  • De totale afwezigheid van kraagjes. Ik zie slechts sporadisch eens een blouse of hemdje met een kraag. Gelukkig doe ik als fan van de kraag heel erg m’n best om dat gemis te compenseren.
  • De hoofdtelefoon draag je als een halssieraad. AirPods lenen zich dan weer uitstekend als oordecoratie. Ik wil niet weten hoe vaak ik de afgelopen 10 maanden vroeg om alsjeblieft die hoofdtelefoon of oortjes op te bergen.
  • De batterijen van laptops, dat zijn wispelturige beestjes! Zelfs na een hele nacht opladen geven ze er de brui aan na een lesuur. De adapter is stuk, het stopcontact werkte niet… er zijn tal van redenen waarom de laptop (verplichte kost bij ons op school) niet opgeladen is. Gek genoeg doen die problemen zich nooit voor bij de batterijen van smartphones.
  • De smartphone als ultiem communicatiemiddel, zowel bij leerlingen als hun ouders. Ik nam de gsm af van een jongen en gaf hem bijgevolg een nota in Smartschool. Nog geen halve minuut later kwam op de gsm een berichtje binnen: Gij, stommerik! Hebt ge nu weer uw gsm in de les gebruikt! De vader had duidelijk zijn meldingen ingeschakeld op zijn eigen smartphone.