Het gerief – Mijn ultieme cadeautips

Thank God it’s Christmas! Had Freddie Mercury geen last van cadeaustress of was die juist dermate groot dat hij niet anders kon dan met de kerst een zucht van verlichting slaken omdat het ein-de-lijk gelukt was om voor iedereen een pakje onder de boom te krijgen? Het zal jullie misschien niet verbazen, maar als kind fantaseerde ik hoe ik professioneel cadeaugever zou worden. Ik zag helemaal voor me hoe mensen mij konden contacteren aangaande hun cadeau-situatie. Op een formulier (ik hield van papierwerk) noteerde ik dan belangrijke informatie, zoals voor wie het cadeau was, waar die van hield en wat het budget was (een paar honderd frank). Mijn zaak was gevestigd in het tuinhuis van de buren, dat was namelijk best groot. Ik zou daar een soort van stock aanleggen van cadeaus die je maar beter op voorraad kon hebben. 30 jaar later spreekt het businessmodel me nog steeds aan.

Aan verbeelding heb ik nooit gebrek gehad, ook niet aan inspiratie om een cadeau te bedenken. Die springt gewoon in mijn hoofd of ik dat nu wil of niet. Een cadeau draait net zo goed om het geven als om het krijgen. Ik geef zelf niet graag iets dat ik lelijk vind, zelfs als ik weet dat de ontvanger er blij mee zal zijn. Noem dat gerust koppigheid. Ik heb overigens helemaal niks tegen cadeaulijstjes en -bonnen. Ze zijn hartstikke handig en ik wil niet de dwarsligger zijn die per se iets anders wil geven dan wat op het lijstje staat. Ik kan daarin dus bijzonder gehoorzaam zijn, maar soms heb ik de pretentie om te denken dat ik een cadeau kan geven dat zó goed is dat diegene het zelf niet kon bedenken. Dat kan trouwens ook iets functioneels zijn. Eén van de eerste cadeaus die ik van Hans kreeg was een plakbandrolhouder. Ik was en ben daar nog steeds superblij mee! Het is er namelijk één in mijn lievelingskleur van mijn favoriete kantoorwarenmerk (Leitz) en hij is extreem handig in gebruik. Ook dat kan dus: dik scoren met een plakbandhouder.

Een goed cadeau hoeft niet duur te zijn en ook niet vergezocht. Inspiratie ligt vaak voor het rapen. Waar zijn mensen op dat moment mee bezig? Vergeet dan niet de dagdagelijkse dingen. Een cadeau hoeft ook niet nieuw te zijn: een kringloopvondst schenken geeft dubbele voldoening. Al weet ik dondersgoed aan wie ik wel of niet iets uit de kringwinkel kan geven, want niet iedereen houdt van tweedehands. Natuurlijk word ik wel eens gepakt door mijn eigen enthousiasme. Er is ongetwijfeld iemand die dit nu leest en denkt aan die keer dat ik de bal grandioos missloeg. Nog een laatste disclaimer: ik ben geen kritische cadeau-ontvanger. Ik ben echt oprecht blij met heel veel dingen en die hoeven absoluut niet origineel te zijn.

Genoeg gestoeft. Tijd voor wat concrete tips en inspirerende cadeauvoorbeelden, zowel voor de knutselaars als de kopers onder ons. Hier gaan we!

iets met letters
Boeken! Boeken! Dat spreekt voor zich. Het aanbod is tegenwoordig zo divers dat je plaatselijke boekwinkel heel wat moois in de aanbieding heeft. Misschien zitten mensen niet altijd te wachten op dat ene boek waarvan jij denkt dat zij het goed zouden vinden. De kans bestaat dat het ongeopend ergens blijft liggen. Naïef als ik ben, denk ik dan: ze hebben dit toch bij de hand mochten ze nood hebben aan een boek. Wat ook kan: een prentenboek cadeau geven aan een volwassene, iets dat ze zelf in hun kindertijd vaak gelezen hebben of iets dat jij vroeger heel mooi vond. Prentenboeken blijven bijzonder. Als volwassene lees je ze ook weer met je kinderogen en besef je pas echt hoeveel schoonheid erin verborgen zit. Denk ook aan eigen letters of tekst: een cadeaubon kan je personaliseren met een kaartje of een zelfgeschreven gedicht. Nederlanders zijn hier meer geoefend in door hun traditie met Sinterklaas surprises. Ik geloof dat iedereen een gedicht kan schrijven. Gewoon lekker rijmen en dat verhaaltje komt vanzelf.

iets met een ervaring
Bij mijn metekindje Leah durf ik het wat eigenzinniger aan te pakken. Voor haar verjaardag gaf ik vorig jaar een schetsboek waarin ik het levensverhaal van onze overleden kat Ada opschreef. Daarbij kreeg ze veel foto’s van Ada om in het boek te plakken, maar ook stickers en ander materiaal voor haar eigen Ada-knutselboek. Dit jaar was het thema slaapgerief. Ik recycleerde dekbedovertrekken die ik van mijn meter kreeg zodat ze op Leah’s bed zou passen. Daar hoorden pyjama’s bij, een nachtkastje dat ik zelf niet meer gebruikte en wat decoratie voor op de slaapkamer: een groot cadeau met veel onderdelen (belangrijk voor een kind), dat zowel functioneel als emotioneel is. Voor de kerst ga ik nog een stapje verder. Dan stellen we zelf een adventskalender samen die begint na Sinterklaas. 18 cadeautjes dus! Daar zitten zowel nieuwe boeken bij, als zelfgemaakte kleding, vetbollen voor de vogels en prullen van de kringwinkel. Je geeft cadeaus, maar het draait om meer dan iets krijgen. Voor volwassenen vind ik een Museumpas daarom een tof cadeau: je maakt de drempel om een museum binnen te stappen kleiner en je hebt er een heel jaar lang iets aan.

iets met cafeïne
Een koffie-cadeau, heerlijk! Je geeft een warm en gezellig moment cadeau. Kies je favoriete koffietent, denk aan de koffiesmaak van de persoon in kwestie en informeer hoe die thuis koffie zet. Je maakt dit cadeau zo groot als je zelf wil door de hoeveelheid aan te passen. Door kwaliteitskoffie te kopen, draag je doorgaans ook bij aan een duurzamere wereld waarin koffieboeren eerlijk loon naar werken krijgen. Wie kan daar tegen zijn? Het spreekt voor zich dat je geen koffie geeft aan iemand die dat niet drinkt. Thee of chocolade om warme chocomelk te maken, zijn dan een alternatief. In veel zaken kan je kant-en-klare cadeaupakketten kopen, maar je kan die net zo goed zelf samenstellen door er leuke mokken of zoetigheid aan toe te voegen. Vind je dat allemaal te veel gedoe? Geef dan gewoon een cadeaubon van de favoriete koffiezaak. Support your locals. Altijd belangrijk.

iets met stof
De cadeaus die het vaakst van onder mijn naaimachine rolden, zijn sweaters en tassen. Twee allround cadeaus die je zowel veilig kan houden qua kleur en ontwerp als heel persoonlijk en zelfs een tikje gewaagd. Ook een stijlvolle keukenschort hoort in dit rijtje thuis. Een sweater, tas of keukenschort vragen geen pasvorm die tot op de millimeter juist moet zijn. Ooit had ik het geweldig ambitieuze plan om voor iedereen een sweater te naaien. Door de examenperiode zat ik heel krap in mijn tijd. Mijn naaimachine ratelde nog een half uur voor ik moest vertrekken naar het kerstfeest: sweaters vers van de pers dus. Een andere keer maakte ik veel te dicht tegen de deadline aan een jas voor mijn nichtje Laurien. Ik had mijn nieuwe naaimachine nog niet lang en het lukte maar niet om een knoopsgat te maken. De klok tikte genadeloos door. Vlak voor de naaiwinkel ging sluiten, belde ik voor wat hulp vanop afstand. Ik was gered en kon een jas afgeven mét knopen en knoopsgaten. Als er aan jou geen crea bea verloren is gegaan, dan koop je gewoon een sweater of tas: je kan er ongeveer iedereen een plezier mee doen en je hebt er nooit genoeg van. Vind ik toch.

iets met gezelschap
Roos kreeg in september een daguitstap cadeau. Je bent op de leeftijd gekomen van de ervaringscadeaus zei ik al lachend. Ik had best wel wat kunnen bedenken om aan Roos te geven, maar ik was egoïstisch en dacht: ik wil tijd met Roos spenderen. Ik ging er maar van uit dat tijd met ons doorbrengen voor haar ook een cadeau zou zijn. Roos mocht de stad kiezen waar we heen zouden gaan, ze werd thuis opgehaald en teruggebracht, een lunch en voldoende koffiemomenten waren eveneens inbegrepen. Haar keuze viel op Gent. Wij zorgden voor een dagprogramma. We begonnen met de expo van Stefan Vanfleteren in het KMSK, iets dat Roos niet zo snel op eigen houtje zou doen. Nadien gingen we lunchen bij Norma (topadres!) om dan de stad in te trekken, waarbij een bezoek aan Het Paard van Troje niet mocht ontbreken. We sloten af bij De Stoffenkamer, een top zaak voor iedereen die van naaien houdt. Kortom: een vol programma met voldoende babbel- en rusttijd. De uitgelezen manier om samen te beleven wat je deelt en te delen wat je beleeft. Ook hier zijn versies te bedenken die wat minder voorbereiding vragen: samen gaan lunchen of ontbijten bijvoorbeeld, al dan niet met cadeaubon. Belangrijk als je een moment samen cadeau geeft: leg zo snel mogelijk een datum vast. Dan blijft het cadeau niet in het ijle zweven.

Ik eindig graag met wijze woorden van een andere kerstsong: All I Want For Christmas Is You! Of je nu wel of geen cadeaus geeft, groot of klein: het grootste geschenk dat je kan geven is tijd. De tijd en moeite die je hebt gedaan om een cadeau te kunnen geven, maar ook kwali-tijd die je schenkt door wat je geeft of de tijd die je simpelweg samen doorbrengt. Als dat geen mooie kerstboodschap van algemeen nut is.

Het boek – De ontredderde vrouw

De vrouw in de literatuur zal voor mij altijd in de schijnwerpers staan. Ik kies niet bewust voor vrouwelijke auteurs, noch verkies ik vrouwelijke hoofdpersonages boven hun mannelijke evenknieën. Schrijverschap overstijgt gendergrenzen, net zoals een goed verhaal niet gebonden is aan het geslacht van het vertelperspectief. Op een eerste (bewuste) niveau neem ik in de boekenwinkel sneller een boek vast dat in mijn voorkeursplaatje past: mijn dikke boon voor Italiaanse en Scandinavische literatuur en een voorliefde voor het gewone leven van alledag. Mensen die gaan mijmeren en overpeinzen over wat is en is geweest, wat nog kan en komen zou. De zoekende mens, zo u wil. Toch kan ik niet helemaal ontkennen dat mijn aandacht onbewust sneller geprikkeld wordt door vrouwelijke verhalenvertellers. Dat bracht mij de afgelopen weken bij een reeks prachtboeken waar ontreddering een rode draad bleek te zijn. Een eigenschap of emotie die ik nooit enkel en alleen aan vrouwen zou toeschrijven. Voelen we ons allemaal niet eens totaal ontredderd? Daarom 7 boekentips met ontreddering in alle subtiliteit en hevigheid.

Laat ik beginnen met het vlotst leesbare boek met de kortste titel. In Ontevreden sleurt de Spaanse Beatriz Serrano je mee naar het kantoorleven van dertiger en head of creative strategy Marisa. Ze speelt met verve een rol in een job die bol staat van alles wat nep en (na)gemaakt is. Niet alleen haar grote ontevredenheid maakt haar ontredderd, ook het besef dat ze niet weet hoe het anders kan en of ze het überhaupt wel anders wil. Het resultaat is een hilarisch én bikkelhard boek over authenticiteit in een wereld die bulkt van de eenheidsworst.

Iets Italiaans mag natuurlijk niet ontbreken in dit lijstje. Het was Silvia Avallone die mij meetrok in het leven van de ontredderde Emilia. Donker hart gaat over de donkere kant in ieder van ons. Ik zeg: geheim verleden, Italiaans bergdorp en dader versus slachtoffer. Jullie weten: dit is een verhaal dat op een stevige plot drijft. Misschien vond ik het verhaal soms net een tikkeltje te veel draaien op dat grote geheim en op het contrast tussen goed en kwaad. Ik kan het Silvia Avallone helemaal vergeven omdat haar vertelkunst je telkens weer op dat puntje van je stoel laat zitten.

We gaan wat verder terug in de tijd, naar de jaren 50 waarin je als vrouw bitter weinig opties had als je niet wilde kiezen voor het gebaande pad. Marlen Haushofer schrijft in Een handvol leven over de vrijgevochten Betty, een vrouw die een prijs heeft betaald voor haar vrijheid. Eentje die niet louter uit ontreddering bestaat. Voor slechts een handje vol leven gaf ze heel wat zekerheden op. Wat haar rest zijn pijnlijke, maar net zo goed dierbare herinneringen. Betty is een fascinerend personage: zowel sterk als slinks, zowel innemend als onvatbaar.

Wie nood heeft aan wat meer spanning en suspense is bij Black-out van P.F. Thomése aan het goede adres. Grace begaat een grote fout. Iets met een dikke wagen, een aanrijding en een kinderfeestje. Wat zich ontspint is een meeslepend verhaal over schuld en onschuld. Gaandeweg blijkt niet alleen Graces ontreddering centraal te staan. P.F. Thomése slaagt erin om een perfect uitgebalanceerd verhaal uit te schrijven dat zich in het nu afspeelt en toch ver weg blijft van elk cliché. Kortom een pageturner die ook echt ergens over gaat.

Eén van de beste boeken die ik dit jaar las is Als de dieren van Lieselot Mariën, een tip van mijn nichtje Ineke. Door de gekke lay-out en een overdaad aan lovende recensies op de achterflap zou ik deze parel niet snel zelf gekozen hebben. Gelukkig was Ineke echt heel enthousiast. Over het verhaal zelf kan ik eigenlijk niet veel vertellen omdat ik het sowieso te kort zou doen door het te willen (samen)vatten. Het is een boek waarbij ik van de eerste tot de laatste pagina dacht: dit is waarom ik zo graag lees! Als de dieren is zo ontzettend rijk en verrijkend. Het is zo mooi en tegelijkertijd zo onthutsend pijnlijk. Lezen die handel!

De liefde, mensen, zullen we daar ooit over uitgepraat zijn? Ik hoop en denk het niet. Big Kiss, Bye-Bye van Claire-Louise Bennett is een onconventionele liefdesroman. Het naamloze hoofdpersonage neemt door op te ruimen afscheid van haar relatie met Xavier, whom she still loves but no longer desires. Wat ze daar precies mee bedoelt? Tja, verwacht geen lineaire plot of grootse inzichten, wel een intiem verhaal dat aantoont hoe onze herinneringen in elkaar haken en soms ook steken laten vallen. Net zoals mensen dat doen trouwens. En wie ben ik om een aanbeveling van Karl Ove Knausgård tegen te spreken?

We eindigen in Marokko. Kijk ons dansen is het tweede deel van de trilogie Het land van de anderen van de Frans-Marokkaanse Leïla Slimani. Haar familiesaga is gebaseerd op haar eigen familiegeschiedenis en eert de levens van drie generaties vrouwen, elk met hun eigen ambities en tegenslagen. Helemaal in lijn met Elena Ferrantes Napolitaanse romans, net zo goed ook heel erg eigen. Het eerste deel is genoemd naar Mathilde, die ontredderd in Marokko terecht komt. Haar dochter Aïcha wordt gynaecoloog en staat centraal in Kijk ons dansen. Verwacht je aan een ijzersterk verhaal, een reis door de geschiedenis en tal van inspirerende vrouwen.

Het boek – Hoe Murakami mijn leven veranderde

Hans en ik leerden elkaar kennen door te lopen. Dat is echt zo. In aanloop naar de Chouffe trail van 2023 raakten we kort aan de praat, eerst via het contactformulier van mijn blog, later ook voor de start van de trail. Lang verhaal kort. Een belangrijke aanvulling is dat we elkaar pas écht leerden kennen door elkaar te schrijven en (elkaar) te lezen. We vonden elkaar in een boek en in elkaars woorden. Dat is geen gezwijmel achteraf voor het goede verhaal, maar het enige echte échte verhaal. Een verhaal waarin toeval niet bestaat en ene Haruki Murakami een heel belangrijke rol speelt.

Het was nochtans een heel onschuldige ogenschijnlijk toevallige beslissing van Hans om enkele dagen voor de Chouffe trail de deelnemerslijst te checken. Zijn oog viel op twee zussen wiens familienaam vaag een belletje deed rinkelen. Geheel toevallig bleek één van die zussen een blog te hebben waar wel wat te lezen viel over de Chouffe trail et voilà er was een aanleiding. We zagen elkaar voor de start, maar ook na de finish. En nee, het bliksemde niet boven Houffalize, want dat er tussen ons iets in de lucht hing, daar merkten wij op dat moment helemaal niks van. Bij nader inzien zijn er op dat moment wel aardplaten beginnen verschuiven of zoiets, alles om ervoor te zorgen dat wij op de één of andere – heel toevallige – manier met elkaar aan de praat zouden blijven.

Ook nadien hadden we via mail nog wel wat te vertellen over onze beleving van de trail. Terwijl ik in mijn eentje in Den Haag vakantie zat te vieren, kwam ik meer over Hans te weten. Mijn nieuwsgierigheid was gewekt. Voor alle duidelijkheid: wij waren geen van beiden op zoek naar een lief, laat staan dat we beseften dat onze gedachtenuitwisseling ons als een ontembare natuurkracht naar elkaar toe stuwde. Hans dook in mijn blog, bleek eveneens behoorlijk geïntrigeerd door mijn wereld en ging boeken lezen die ik goed vond. Toeval bestaat niet: dat was een zinnetje dat vaak terugkeerde in onze conversatie, die zich nog steeds louter online afspeelde. Door over boeken te praten (schrijven dus), leerden we elkaar nog beter kennen. Als ik iets vertelde over Alkibiades van Ilja Leonard Pfeijffer waar ik op dat moment in bezig was, dan vormde dat het beginpunt van een verhaal over systemisch denken en introvertie. Zowel in het grote als in het kleine van het leven kreeg ik steeds vaker het gevoel: hoe kan het dat hij dat net zo aanvoelt?! Er was letterlijk afstand tussen ons, maar nooit eerder voelde ik me zo begrepen.

Onze mails namen toe in hoeveelheid en varieerden inmiddels van lange teksten die bijna essayistisch van stijl waren tot één zin, een woord of zelfs emoji. We stuurden al eens een foto van ons dagelijks reilen en zeilen. Nadat Hans op mijn aanraden Murakami’s Kafka op het strand had gelezen, begon ik op 9 augustus 2023 aan 1q84 (zeg: kuu-tien 84), eveneens van Murakami, een tip van Hans. Hij besloot heel impulsief om dat boek – 1280 pagina’s dik – te gaan herlezen zodat we het samen konden lezen. Het onderwerp van die betreffende mail was Groetjes uit het parallelle universum en ik schreef daarin: Oké, jij mag de ghostwriter zijn, zal ik wel voor huurmoordenaar spelen 😉 Voor die, inmiddels legendarische woorden, had ik me gebaseerd op de korte samenvatting van de achterflap. De rolverdeling lag vast. Vanaf nu was ik Aomame en Hans Tengo. Toeval bestaat niet.

Jullie hebben voet in deze wereld gezet omdat het de bedoeling was dat jullie dat zouden doen. En nu jullie hier eenmaal zijn, krijgen jullie, of je het nu leuk vindt of niet, elk een eigen rol toebedeeld.

Ik had echt totáál geen idee dat 1q84 in wezen een liefdesroman is. Aomame en Tengo leven elk in een ander universum, maar zijn nauw met elkaar verbonden als pure geliefden. In eerste instantie was ik wederom overdonderd door het meesterschap van Murakami. Wat een boek zeg! Verhalend zo sterk, zo meeslepend, zo boeiend, zo alles! De naam magnum opus waardig. Ook 2 jaar later zijn er nog heel wat scènes en verhaalelementen die ik me haarscherp voor de geest kan halen. Maar toeval bestaat niet. Aomame die Proust gaat lezen en madeleines eet. Ze blijkt bovendien een trauma met zich mee te dragen en heeft een fascinatie voor mannen met een kale kop. Ik zat diep in het boek en raakte ook meer verstrikt in het emotionele moeras waar het mij had ingetrokken. Stilaan begon het door te dringen dat ik erg gehecht was geraakt aan Hans en de wereld die wij samen hadden gecreëerd in onze mails. Nog harder kwam het besef binnen dat dit boek over ons ging. Wij leefden in ons eigen magisch realistische wereldje. Ik heb soms zelf het gevoel dat ik in een verhaal van Murakami zit, zo verwoordde Hans het.

Het kan ook geen toeval zijn dat we onbewust ongeveer aan hetzelfde (verschroeiende) tempo lazen. Door subtiel te benoemen dat we onszelf zagen in de personages kreeg de leeservaring een bijkomende dubbele bodem. Alles wat ik las en vooral ook tussen de regels, zou Hans dat ook op die manier lezen? En als hij daarbij dan ook aan mij dacht, wat zou dat dan bij hem teweeg brengen? Naast de parallelle universums van Murakami bestonden er op die manier nog twee bijkomende universums: dat van Joke en Hans in de echte wereld, gescheiden van elkaar en dat van Joke en Hans tussen de regels van het boek.

Is het niet beter om altijd naar de ander te blijven verlangen, zonder ooit bij elkaar te komen? Dan kun je altijd met hoop door het leven blijven gaan.

Het kostte ons uiteindelijk amper anderhalve week om de dikke pil weg te werken. Tengo en Aomame denken naar het einde van het verhaal na over hoop en de kwetsbaarheid die daarmee gepaard gaat. Is het beter om altijd te blijven hopen en in een soort droom te blijven leven of kan je die hoop maar beter omzetten in daden en dus kiezen voor de realiteit? Tussen ons was het inmiddels duidelijk: wij moesten maar eens – in het echt – samen een koffie gaan drinken. Toch? Ik koesterde de hoop dat de magie van ons schrijvende parallelle wereldje doorbroken zou worden. Emotioneel zat ik er te diep in. Ik voelde me kwetsbaar en ging ervan uit dat ik met een gebroken hart achter zou blijven. De enige optie om de schade te beperken was door weer te landen in de echte wereld. Desnoods met een harde smak. Hans kon toch onmogelijk zo leuk in het echt zijn als ik hem schrijvend vond? Jawel dus… De magie in onze woorden bleek ook te werken in het echt. Net zo goed als we schrijvend konden praten met elkaar, zo konden we dat ook sprekend. We dronken een flat white en vergaten de tijd rondom ons.

Na die intense zomer van 2023 volgde uiteraard een reconstructie van de feiten. We konden onze verhalen samenleggen en ook de foto’s die we allebei maakten van passages uit het boek, dingen die we op de één of andere manier treffend vonden voor onze situatie. Wat bleek? We maakten quasi identiek dezelfde foto’s. We lazen het boek bovendien met amper drie kwartier verschil uit, zonder dat te hebben afgesproken. 1q84 was zowel een katalysator van een groot liefdesverhaal als een eye opener van jewelste. We zijn onze Haruki een brief verschuldigd om uit te leggen wat zijn boek voor ons betekend heeft. Ik had nooit durven dromen dat ik door te lezen de man van mijn leven zou ontmoeten. Onderschat nooit de kracht van een goed verhaal.

Het boek – Waarom je eens Murakami moet lezen

Ik leerde Haruki Murakami kennen in het najaar van 2007. Zijn boek Norwegian Wood (1987) was een stevige binnenkomer. Toru Watanabe groeit op in een turbulent Tokio waar hij niet gespaard blijft van emotionele catastrofes. Het was een verhaal dat pijn deed in de diepte, net daarom vond ik het zo goed. Een jaar later kruiste Murakami weer mijn pad. Ik werkte in het boekenvak en had een collega die grote fan was. Ze raadde me Kafka op het strand (2002) aan. Dit was Murakami helemaal op dreef. Ik was diep onder de indruk. Wat die Japanner kon creëren in een roman, dat was ongezien! Er volgden meer Murakami’s en telkens bleef ik verbluft achter. Haruki was een blijvertje. Een schrijver die ik iedereen van harte zou aanbevelen, niet alleen omdat hij zo’n fervent afstandsloper is en daar prachtig over kan schrijven, maar ook omdat hij alles heeft om je de leeservaring van je leven te bezorgen.

  • De boeken van Murakami zijn uniek, maar bereiken toch een breed publiek. Hij is kortom een prachtig voorbeeld van een auteur die begrijpelijk kan schrijven, terwijl hij bulkt van de eigenheid. Wat hij schrijft is zonder twijfel literair te noemen (zijn naam circuleert telkens als kanshebber voor de Nobelprijs), zonder ook maar een greintje elitair te zijn. Over bescheidenheid gesproken: in Romanschrijver van beroep (2015) reflecteert Murakami op zijn schrijverschap. Ik beschouw mezelf zeker niet als bijzonder begaafd. Ik heb ook nooit gedacht dat ik over een speciaal talent beschik.
  • Zijn werk is een ode aan de verbeelding en de fantasie. Hij creëert een eigen universum waarin je volledig geabsorbeerd wordt. Elementen die terugkeren zijn de wondere wereld van katten, bijzondere cafés waar jazz gedraaid wordt en bijzondere thee geschonken (Murakami baatte zelf jarenlang een jazzbar uit) en verwijzingen naar muziek van The Beatles (check Norwegian Wood maar eens). Murakami’s magisch realisme is bovendien doorspekt met humor. De setting is telkens het alledaagse leven waarin personages zelf ook niet helemaal vatten wat hen precies overkomt. Neem nu zijn jongste roman De stad en zijn onvaste muren (2024): de genoemde – onbestaande – stad is net zoals zijn muren fluïde, maar als Murakami je bij de hand neemt, wordt de stad door je verbeelding tot leven gewekt.
  • Een verhaal van Murakami geeft door die magische draai een andere kijk op onze realiteit. Waarom zijn werk niet tot het fantasy-genre behoort, heeft net te maken met de situering in de alledaagse wereld zoals wij (de Japanner) die kent. Zijn boeken zijn bij uitstek een weerspiegeling van onze maatschappij met alle relevante thema’s die daarbij horen. De dunne lijn met een droomwereld of een parallel universum is juist een middel om personages menselijke psychologische diepgang te geven en hen te laten voelen. Onvergetelijk vind ik het verhaal van de schaduw die als een levende gedaante van zijn mens gescheiden wordt in Hard-boiled wonderland en het einde van de wereld (1985).
  • Hij is de meester van de suspens. Zijn verhalen denderen aan een rotvaart voorbij met een spanningsboog die zich niet laat voorspellen. Murakami maakt dan ook handig gebruik van klassieke trucjes zoals cliffhangers en plot twists, maar hij kan die op zo’n knotsgekke manier laten draaien dat je geen idee hebt welke kant je op zal botsen. Net zoals de evenwichtsoefening tussen alledaags en magisch weet hij hier ook voldoende rustmomenten in te bouwen, zodat je als lezer wel de kans hebt om op adem te komen.
  • Murakami lezen is de puurste vorm van escapisme, maar het kan wel degelijke ernstige gevolgen hebben voor je ware leven. Hier volgt dan ook een stevige leeswaarschuwing: Murakami lezen kan je leven drastisch veranderen. In augustus 2023 begonnen Hans en ik, semi los van elkaar, 1q84 te lezen. Een adembenemende vuistdikke trilogie die onze levens met elkaar deed verstrengelen. 1q84 is ons verhaal. Hoe dat zo kon gebeuren? Dat lezen jullie donderdag!

Het boek – Twee zomerse lijstjes

Geen zomer zonder boeken en geen boeken zonder zomer. Na onze ultra exploten is het tijd om wat meer met de beentjes omhoog te liggen. Om met een koffietje in de zon te zitten. Of met een glas wijn in de hand en de voetjes in het zand. Wij trekken er kortom op uit. Dat doen we niet zonder onze shortlist voor de zomer te delen. Zeer goed gewikt en gewogen. Van alles wat en ook voor wat als. Er is trouwens een reden waarom we allebei dezelfde Murakami meenemen. Later meer!

Zomerleeslijst van Joke
Kernwoorden: genoeg lijvigheid, oud en nieuw, veel streepjes Italië, de betere familiekroniek, sfeer op de berg, er mag drama zijn
Lessons van Ian McEwan
De kwetsbare tijd van Donatella Di Pietrantonio
Leugens en tovenarij van Elsa Morante
De Schönwalds van Philipp Oehmke
Gedeelde stilte van Lalla Romano
Zwarte september van Sandro Veronesi
Hard-boiled wonderland en het einde van de wereld van Haruki Murakami
Kairos van Jenny Erpenbeck
Summer van Ali Smith
De stad en zijn onvaste muren van Haruki Murakami
Kijk ons dansen van Leïla Slimani
Als een steen in de stroom
van Mauro Corona
Intermezzo van Sally Rooney

Zomerleeslijst van Hans
Kernwoorden: dichtbij en ver weg, graag wat dikte, vertrouwd en op ontdekking
De herinnerde soldaat van Annet Daanje
Kwade dagen van Rob van Essen
De menselijke smet van Philip Roth
De stad en zijn onvaste muren van Haruki Murakami
Het volgende station van Hiro Arikawa
Het lichaam van Clara van Jan Siebelink



Het boek – Een stukje vervlogen tienertijd

Aidan Chambers is niet meer. De Britse jeugdauteur overleed op 11 mei. Wellicht geen naam die klinkt als een klok of misschien doet ie maar een klein belletje rinkelen. Daarom een spoedcursus Aidan Chambers in 5 trefwoorden: Je moet dansen op mijn graf – leesbevordering – opgroeipijnen – Bart Moeyaert – Dance-cyclus.

Ergens aan het begin van de nillies las ik als 16-jarige Je moet dansen op mijn graf omdat het één van de favoriete en allesbepalende boeken van mijn grote held Bart Moeyaert was. Ik werd diep geraakt. Dit verhaal was zo anders dan de andere jeugdboeken die ik las. De personages waren echter en ook hun worstelingen voelden dichterbij. Zo mogelijk nog meer omver geblazen was ik van De tolbrug. Een prachtig boek over de pijn die opgroeien heet en de drijvende motor die vriendschap is. Ik wist niet dat boeken mij op die manier konden beroeren.

Toen ik veel later als leerkracht Nederlands voor de klas stond, was Aidan Chambers vaste prik op mijn leeslijst. Vrije keuze weliswaar, want dat is één van de dingen waar hij zelf op hamerde als stem in het debat rond leesbevordering: het leesplezier moet zegevieren bij jongeren. Laat ze zelf ontdekken wat hen ligt en wat niet. Er zijn wel wat paralellen tussen het werk van Aidan Chambers en Bart Moeyaert. Dat ze verschillende generaties vertolken is dan ook amper te merken. De jonge Bart mocht ooit de grote Aidan interviewen en daar werd het zaadje geplant voor een hechte vriendschapsband. Aidan Chambers was geen veelschrijver. Zijn Dance-cyclus bestaat uit 6 romans die niet op elkaar voortbouwen, maar elk een verhaal over opgroeien vertellen.

Ik kan het verhaal van De tolbrug niet meer reconstrueren. Ik kan me wel nog levendig herinneren hoe ik in dat boek verzonken was, hoe het me opzoog en in de ban hield. Op het eerste zicht had ik misschien niet heel veel raakvlakken met hoofdpersonage Jany, een 17-jarige jongen die bewust de eenzaamheid opzoekt door als tolheffer op een verlaten tolbrug te gaan werken. Duchtig op zoek naar zichzelf. Inmiddels ben ik dik twee leesdecennia verder. Vrijwillige isolatie, eenzaamheid en onbegrip zijn thema’s die me al vaak hebben geraakt in de literatuur. De 39-jarige Joke wilde dus plots heel erg graag een exemplaar van De tolbrug hebben, liefst de editie die ik destijds zelf in mijn tienerhanden hield. Na wat tweedehands speurwerk viel mijn exemplaar in de bus. En of het een blij weerzien was! Het boek verscheen in Nederlandse vertaling in 1993, maar voelt nog verrassend eigentijds aan. Ik zocht en vond een passage die ik destijds indrukwekkend mooi vond. Zo mooi dat ik ze overschreef en in mijn archief bewaarde:

Misschien is de fout dat we over dagen denken in termen van kloktijd, een vaste, mechanische eenheid, terwijl tijd dat misschien helemaal niet is. We pretenderen alleen graag dat het wel zo is, omdat we dan het gevoel hebben dat we de tijd kunnen beheersen. Terwijl er waarschijnlijk helemaal niets valt te beheersen. Wat we doen is verschillende soorten woorden door elkaar halen. Je kunt lengte meten. Je kunt de tijd niet echt goed meten. Hoe meet je het verleden of de toekomst? En het heden heeft helemaal geen lengte, dat is simpelweg Nu. Als we ‘nu’ proberen te meten, dan komen we tot de ontdekking dat het altijd voorbij is, deel geworden is van het verleden. Als we er geen meetwoorden voor zouden gebruiken, zouden we niet zo met onze handen in het haar zitten over wat Tijd is.

Eigenlijk is het heel dapper om jeugdauteur te zijn. In mijn gelezen tweedehands exemplaar van De tolbrug is hier en daar wat gekribbeld, zoals je kan verwachten als iets door tienerhanden is gegaan. Helaas bleek de leeservaring voor de tiener in kwestie niet bijster positief uit te draaien. Op het allerlaatste blad werd naast het paginanummer 256 onverbiddelijk geschreven: Waren er 256 te veel. Au. Ik denk (en mogelijk is dat ijdele hoop, maar je moet altijd geloven in de jeugd) dat deze tiener heel stiekem toch nog eens zal terugdenken aan die 256 pagina’s. Vooral omdat de laatste zin zo ongelooflijk mooi en veelzeggend is: “Ik denk het wel. Jij hebt ook een verhaal te vertellen. Net als iedereen.”

Het boek – 5x anders dan anders

Er zijn heus dagen dat ik niet lees en – gelukkig – heb ik dan niet meteen het gevoel dat ik niet geleefd heb. Om een leven als actieve lezer te leiden probeer ik een evenwicht te vinden tussen lezen als activiteit inplannen en mijn boekkeuze af te stemmen op de mentale ruimte die op dat moment beschikbaar is. Ik zet liefst mijn tanden in een dik boek als ik weet dat ik tijd heb om te lezen. Als ik in een dipje zit, laat ik een inspannende leeservaring liever links liggen. Het mooie is dat als je quasi dagelijks leest je je door een nieuwe boekkeuze altijd laat leiden door het voorgaande dat je las. Juist door iets heel anders te willen of net meer van hetzelfde. Aangezien wij twee lezers onder één dak zijn, zijn we zowel elkaars literair klankbord als eerstelijns leesadvies. De afgelopen tijd las ik behoorlijk wat boeken die net dat tikkeltje anders zijn (toeval bestaat natuurlijk niet). Verhalen die in hun aanpak of concept een andere richting kiezen dan een klassieke roman en daarbovenop ook een aparte titel hebben. Jullie krijgen van mij 5 boekentips: stuk voor stuk leesbaar, niet te dik en een keertje anders dan anders.

Nadat ik in het najaar helemaal ondersteboven was van De walvissen van Glasgow kon ik niet wachten om een tweede boek van Rune Christiansen te lezen: De eenzaamheid in het leven van Lydia Erneman. Christiansen is een Noor en die weten wel raad met de grote thema’s des levens, net zoals met alles wat donker en duister is. Laat dit boek nu net bijzonder hoopvol en licht zijn. Lydia Erneman haalt voldoening uit haar werk als dierenarts, haar leven is geen opeenstapeling van pech en rampspoed. De eenzaamheid die zij ervaart is er één van de subtiele soort die niet per se een obstakel vormt om gelukkig te kunnen zijn. Christiansens stijl is sober, maar rijk. Hij zou geen echte Noor zijn, mocht er niet ook een rol voor de natuur weggelegd zijn.

Ik ga naar de schapen van Marieke De Maré (eentje van Club 85!) vind je vaker terug als boekentip in allerhande lijstjes. Het was Hans die zei dat ik dit moest lezen. Terecht. Ik ga naar de schapen blinkt uit in eenvoud. Zowel in de opzet als de taal vind je letterlijk en figuurlijk veel witregels. Elk woord is raak. Ongekreukt geluk. Het verhaal van Andrej, Rocco, Tove en Simone laat zich moeilijk samenvatten omdat het balanceert op de grens tussen zwijgen en spreken. Naar de schapen gaan, naar hen kijken en met hen praten biedt vaak soelaas. Een stukje troost in de schapenstal. En ja hoor, dit boek gaat wel degelijk ergens over. Bovendien is het ook nog eens heel grappig.

Zwijgen in de schapenstal is iets anders dan zwijgen op eender welke andere plek. Daar zijn ze allen op een uiteenlopend moment in het leven achter gekomen. – Marieke De Maré

Begin maart publiceerde De Standaard een overzicht van De 50 beste Nederlandstalige boeken van de 21e eeuw. Ik ga heel goed op dit soort lijstjes. Gewoon heerlijk ouderwets boeken quoteren en rangschikken. Het resultaat is een gezonde mix van voornamelijk fictie met non-fictie die met vlag en wimpel slaagt voor de diversiteitstest. Wat ik nog niet las, wil ik graag dit jaar gelezen hebben. Daarom kocht ik de nummer 41: Het tegenovergestelde van een mens van Lieke Marsman. Een boek waar het woord ideeënroman voor bedacht is. Een echt, maar wel fictief verhaal dat zoveel mooie en waardevolle inzichten bevat over de uitdagingen die de hedendaagse tijd typeren. Een mens die op zoek is naar zichzelf met de klimaatverandering op de achtergrond.

Iedereen loopt maar weg met de zee tegenwoordig. Nou, als ze hem maar niet naar de bergen brengen. Hier in de bergen kunnen wij zo’n zee helemaal niet gebruiken. – Lieke Marsman

Een goede boekenwinkel brengt je bij de boeken die je écht goed vindt en waarvan je niet wist dat ze bestonden. Zo stuitte ik bij Paard van Troje in Gent op De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf van de Nederlandse Maria Kager. Een debuutroman zo waar, die vorig jaar De Bronzen Uil in ontvangst mocht nemen. Prijswinnaars zijn niet altijd even leesbaar, deze topper is dat wel. Fris en speels zijn adjectieven die vaak terugkeren in de lovende recensies. Volledig terecht. Tragikomisch zeker ook. Het is een boek waar je hardop mee kan lachen. Frida Wolf groeit op naast de gevangenis als dochter van de gevangenisdirecteur. Mij heb je dan meteen mee. Je kan het kind uit de gevangenis halen, maar hoe haal je de gevangenis uit het kind?

Een beetje Bart Moeyaert was ons eerste gevoel bij Wachtruimte in de Atlantische Oceaan van Mona Høvring. Dit boek is een prachtig voorbeeld van het verhalend vermogen dat dichters kunnen hebben. Hoofdpersonage Olivia is eigenzinnig en introvert. Ze is een vrouw die op zoek is naar nabijheid zonder zichzelf te verliezen in de ander. Als ze Bé ontmoet verandert er heel veel. Er zijn wel wat parallellen tussen Mona Høvring en Rune Christiansen: het zijn generatiegenoten en Noren. Waar ze allebei meesterlijk in slagen is om het complexe en gelaagde op een eenvoudige manier weer te geven. Precies dat waar ook poëzie om draait. En een beetje Bart Moeyaert, dat kan de wereld redden zoals we allemaal weten.

Het moment – Hoe gaat het met Roos?

Op vrijdag 28 maart 2025 ergens laat op de avond kwam Marilou ter wereld. Een prachtige naam voor de nu al fantastische dochter van Roos en Niko. Een nichtje erbij dus in de familie. Reden tot feest! Net zo bijzonder is het dat mijn zussen en broer nu allemaal een ouderrol op zich nemen. En zoals dat gaat met Roos: ook dit is een rol die ze in alle authenticiteit invult. Eerlijk en recht-door-zee, vanuit de buik en met een positieve blik. Nu vind ik Marilou natuurlijk al helemaal geweldig gewoon omwille van het feit dat ze Roos en Niko als ouders heeft. Maar – geloof het of niet – Marilou lijkt op mij! Verschillende bronnen hebben dat onafhankelijk van elkaar vastgesteld. Ernstige denkrimpel en altijd in voor een overpeinzing: check! Gevoel voor drama en mogelijk wat overprikkeling: jawel! Het kan dan ook geen toeval zijn dat ze op een vrijdag ergens laat op de avond geboren werd. Tijd om wat vragen op Roos af te vuren.

Hoe bevalt het moederschap je?
Heel goed, al waren de eerste weken best overrompelend. Je weet uiteindelijk niet echt wat je te wachten staat tot het zover is. Ondanks dat Marilou 9 maanden in mijn buik zat, moet je elkaar echt leren kennen. Gelukkig was Niko er en konden we samen zoeken. 

Wat is Marilou voor een mensje?
Marilou kan een pittige dame zijn, ze maakte zelfs indruk op de vroedvrouwen in het ziekenhuis. Haar favoriete activiteit is luisteren naar wat je te vertellen hebt, nog liever heeft ze liedjes. Zodus hebben Niko en ik al verschillende songs bedacht voor haar. Dan kan ze hard lachen en soms ‘praat’ ze al een beetje terug. 

Mis je het lopen een beetje of heel erg?
Heel erg, zonder twijfel. 
Ik heb nog kunnen lopen tot week 34 in de zwangerschap en toen kreeg ik te veel last van mijn rug. Dat is op zich nog niet zolang geleden, maar toch lijkt het al een eeuw geleden dat ik liep. Er wordt zoveel gezegd over wat het moederschap met je doet en dat het je zo kan veranderen, dat ik soms vreesde dat lopen me misschien niks meer zou zeggen, dat ik er geen nood meer aan zou hebben, maar het tegendeel is waar. Ik snak ernaar om terug te kunnen lopen, die hartslag eens goed de hoogte in te jagen. Dat gevoel kan je niet evenaren met een wandeling, fietstocht of zwemmen. Om optimaal te herstellen mag ik van de kine nog even niet lopen. Ik mag wel al terug skeeleren. Terug kunnen sporten doet heel veel deugd. 

Heb je al sportieve plannen voor het najaar?
Nog niet. Het is ook moeilijk plannen omdat ik niet goed kan inschatten hoe snel ik het allemaal kan opbouwen. Ik heb van mezelf geleerd dat ik vooral loop omdat ik het zo leuk vind en niet altijd met een hoger doel. Tegenwoordig hoor ik iedereen maar doelen stellen en trainingsschema’s afhaspelen, maar het plezier van het lopen op zich is toch het belangrijkste.   

Waar kijk je de komende tijd naar uit?
Er staan nog heel veel leuke dingen gepland, minder sportief maar wel even plezierig: een trouw van goede vrienden, Rock Werchter 2025 en vooral veel avonturen met Marilou. 

Uit goede bron hebben we vernomen dat je een boek herlezen hebt. Verklaar u nader!
Met een kleine baby breng je meer tijd door in de zetel. Naast dat ik zowat alle huis- en verbouwprogramma’s kijk, ben ik ook terug een beetje beginnen lezen. De verwarde cavia, is een perfect boek om te lezen met een vermoeid hoofd: kleine hoofdstukjes, luchtig en vooral heel erg grappig. Ik ben nu aan het tweede boek bezig, De verwarde cavia terug op kantoor. Ook heel goed!

Bedankt, Roos, voor deze update en tot heel snel weer!

Gelukkige Gedichtendag!

De laatste donderdag van januari is de dag dat de poëzie het voor het zeggen heeft. Poëzieweek 2025 is nu officieel begonnen. Het is op dit soort momenten dat ik mijn klas mis. Aftellen naar Gedichtendag en er zoveel trammelant over verkopen dat zelfs de oogjes van de meest ongeïnteresseerde van de klas gaan twinkelen op die bewuste donderdag. Charlotte Van den Broeck kreeg de eer om het Poëziegeschenk te schrijven. Het thema is dit jaar lijfelijkheid. Een goed woord, een sterk woord ook, want lijf klinkt zoveel beter dan lichaam. Daar moeten jongeren toch één en ander over te zeggen hebben (of om die reden juist niet). Voor mij is het dus een Gedichtendag met stille trompet en een beetje mineur.

Bij gebrek aan leerlingen keer ik voor de gelegenheid terug naar mijn eigen puberteit. Omgeven door boeken van de bibliotheek en het ene na het andere creatieve project dat zich in mijn kamer ontspon. Lekker teruggetrokken in mijn eigen hoofd. Dromen en denken. Eens een brief schrijven aan Bart Moeyaert. Stilletjes bladeren door mijn favoriete dichtbundel Met gekleurde billen zou het gelukkiger leven zijn van Jan Van Coillie. Een bundel troost in emotioneel intense jaren. Het kon geen toeval zijn dat ik het boek vorig jaar in de kringwinkel vond en zo weer een kring uit mijn leven rond kon maken. De bundel bevat ook een gedicht dat ik uit mijn hoofd kan opzeggen. Eentje van Bart Moeyaert. Zonder enige twijfel het mooiste gedicht over de geborgenheid van samen in bed liggen.

Siberië

Geef me je jas
van bont van teddyberen.
Leg je arm om me heen
en al je winterkleren.
Zoen me
tot ik warm word.
Zoen me
tot ik spin.
Trek je eigen huid dan uit,
stop mij eronder in.
Sus me met je hartslag:
wij ons wij ons wij ons.
Maak van dit veel te grote bed
een heel klein fort van dons.

Kruip maar op tijd onder de wol vanavond en maak het knus. Cheers op de poëzie!

De 60 boeken van Hans in 2024

Als 2024 al een topjaar was op loopgebied, dan was het dat zeker ook op leesvlak. Maar liefst 60 boeken heb ik verslonden; dikke en dunne, grappige en ontroerende, oude en nieuwe… En dankzij Joke als mijn ervaren leesgids waren het stuk voor stuk boeken die absoluut het lezen waard waren. Ik ontdekte ook de kringwinkel als onuitputtelijke bron van boeken voor een spotprijs zodat ik inmiddels een respectabele voorraad leesvoer gehamsterd heb. Heerlijk toch om zoveel keuze te hebben bij het zoeken naar een volgend boek om lekker mee in de zetel te kruipen.

In navolging van Joke ben ik ook begonnen alle boeken die ik gelezen heb te noteren in een schriftje, vergezeld van een score. Maar liefst 10 boeken kregen het voorbije jaar de allerhoogste score 1+. Deze score is enkel voorbehouden voor de echt goede boeken die me bovendien op een of andere manier emotioneel weten te te raken.

Het is onbegonnen werk om over elk van die 60 boeken iets te vertellen, hoewel ze het stuk voor stuk waard zijn om vermeld te worden. Daarom ga ik proberen enkele dwarsdoorsneden van mijn leeservaringen met jullie te delen.

Hattricks: van elf schrijvers las ik meer dan één boek. Uitschieter is Jens Christian Grøndahl met zeven boeken, gevolgd door Ilja Leonard Pfeijffer met vier boeken. Drie boeken: Arnon Grunberg, Tommy Wieringa, Ian McEwan, Solvej Balle en Bart Moeyaert. Twee boeken: Joost Zwagerman, Rob van Essen, Mona Høvring en Paolo Cognetti.

Topscorer: Grøndahl was met voorsprong mijn favoriete schrijver. Van de 7 boeken die ik van hem las kregen er 3 de hoogste score. Hij is de schrijver bij uitstek die me weet te raken door de treffende manier waarop hij beschrijft hoe zijn personages worstelen met en in het leven, hoe ze omgaan met geluk en teleurstellingen, hoe ze de liefde beleven, hoe ze omgaan met de pijn die ze zichzelf en anderen soms gewild, soms ongewild aandoen. De kracht van zijn romans zit denk ik in de grote herkenbaarheid. Ik durf Grøndahl dan ook mijn lievelingsschrijver van het moment te noemen.

Gouden schoen: ik las drie boeken van Nobelprijswinnaars; Han Kang (De vegetariër), Jon Fosse (Ochtend en avond) en Gabriel Garcia Márquez (Honderd jaar eenzaamheid). Honderd jaar eenzaamheid begon ik enkele jaren geleden al eens te lezen, maar ik legde het halverwege aan de kant. Deze keer zette ik door en las deze pil helemaal uit. De vegetariër van Han Kan was het enige boek van deze drie dat de hoogste score kreeg en was toch ook echt een van de beste boeken die ik in 2024 gelezen heb, wat mij betreft dus zeker een terechte Nobelprijswinnaar. Al zijn Joke en ik ervan overtuigd dat ook Murakami zonder twijfel in dit rijtje thuishoort.

Plaatjes: ik las vooral fictie, van de 60 boeken waren er slechts twee non-fictie. Verder las ik ook een prachtig stripverhaal, Op een zee van leugens, over het leven van Anaïs Nin, dat me er op zijn beurt weer toe aanzette om Kreeftskeerkring van Henry Miller te lezen. Het is altijd fijn als er iets is dat op een of andere manier een aanleiding vormt om een bepaald boek te lezen. Dat kan een ander boek zijn, maar het kan evengoed iets anders zijn. Zo heb ik Woeste hoogten gelezen omdat het nummer Wuthering Heights van Kate Bush me erg intrigeerde.

Legendes: de volgende klassiekers passeerden de revue. Stoner (John Williams), Woeste hoogten (Emily Brontë), Honderd jaar eenzaamheid (Gabriel Garcia Márquez), Kreeftskeerkring (Henry Miller), Gloed (Sándor Márai), De maan en het vuur (Cesare Pavese). Allemaal decennia geleden geschreven maar allesbehalve gedateerd. De thema’s die in deze boeken op meesterlijke wijze aan bod komen zijn zodanig universeel en tijdloos dat ze ook nu nog brandend actueel zijn.

Tot slot, welke boeken wil ik jullie met stip aanraden? Oftewel, welke “1+” boeken hebben mij van m’n sokken geblazen, hopend dat ze met jullie hetzelfde zullen doen?

  • De melkweg – Bart Moeyaert
  • Lessen – Ian McEwan
  • De vegetariër – Han Kang
  • Stoner – John Williams
  • Portret van een man – Jens Christian Grøndahl